Week 6 en 7 HC's Flashcards
Voordelen FV curve
Stroomsterkte betere maat voor opsporen luchtwegweerstand
Fouten tijdens blazen makkelijker te zien
Door karakteristieken patronen herkennen ziektebeelden
Z-score
Gemeten waarde - voorspelde waarde /Standaar deviatie
Grenzen: 1,64
Functies neus
Transport, verwarming, bevochtiging, filtering, afweer, reuk, smaak
Functies Larynx
Respiratie, hoesten, scheiden lucht en voedselweg, slikken, stem
Supraglottitis
Ook wel epiglottis (hoor je aan stem), bacterieel, zeldzaam, kwijlen, recht op, hoge koorts (weg door vaccin)
Laryngitis supglottica
Vaak, inspiratie stridor, blafhoest, ligt plat, virus, ICS
Mucosa:
Trilhaarcellen (microvilli), slijmbekercellen, basale cellen (clubcellen/pneumo 2), neuroendocriene cellen, club cellen, lamina propria, gladde spieren, epitheel (pseudogelaagd cilindrisch trilhaarepitheel)
Submucosa:
Klieren, kraakbeen
Adventitia
losmaking en vezelig bindweefsel
Terminale bronchioli
Secundaire pulmonale lobulus
respiratoire bronchioli
Primaire lobules = acinus = 2000 alveoli
Bronchioli
Geen klieren en kraakbeen, minder slijmcellen, meer clubcellen en kubischer
Alveoli
Porien van Kohn verbinden
Kanalen van lambert: respiratore bronchiolus belangrijk
Type 1 pneumo: 95%, gaswisseling
Type 2: surfactant, kan naar type 1
Fick:
Vgas = A/T x Dgas x (pO2alveoli-pO2cap)
Dgas= Sol/Wortel MW
Diffussiecapa: DLo2: A/T x Dgas of Vgas/Palv-Pcap
Waarom diffussietest met CO
CO is alleen diffusie afhankelijk en bindt zelfde als O2 maar dan sterker aan Hb –> corrigeren als je diffusie wil weten
Diffusie afhankelijk van
A, T, drijvende druk verschil en diffusie constante
Hemoglobine
2a en 2b + heem+Fe2+ = HbA1
HbA2: a2d2
HbF: a2y2 –> hogere affiniteit O2
Waarom O2 lage affiniteit
Sterische hindering door histadine
Waardoor meer afgifte bij inspanning
pO2 daalt, rechtsverschuiving door: meer CO2 en lagere pH
Hb is allosterisch, waarom sigmoidaal
T: 2,3 BPG gebonden in centrale holte, R: O2 kan binden
CO2 van weefsel –> long
- carbaminoHb
- HCO3: deel spontaan in plasma (langzaam)
en in ery: męt CA reactie, CO2 in omgezett in HCO3 OH gebruikt dus je krijgt H+. - Opgelost CO2
Verworrven gestoord transport
- Anemie: minder O2 capa
- CO vergiftiging: meer carboxyHb ipv Roxy, lagere O2 transport cava
- MetHb: oxidatie Fe2+ –> 3+: giftig dus minder O2 capa
Aangeboren gestoord transport
- Sikkelcelanemie: afwijkend b hb
2. Ontbreken b Hb –> heamolysis en erytropoiesis
Wet van Laplace
oppervlakte spanning is omgekeerd evenredig met straal
Surfactant verlaagd opp spanning, minder leeglopen door gelijke druk.
Inademing spieren
Externe intercostaal spieren, diafragma
Hard: hulp: sternocleidomastoideus, scalenus
Uitadmeingspieren
-
Hard: interne intercomtaal en buikspieren
Elastantie
Hoeveel kracht moet je uitoefenen om het te kunnen veranderen
dP/dV
fibrose heeft hoge elastantie
Compliantie
Hoe gemakkelijk vervormt het
C= dV/dP
emfyseem is compliant
Arbeid
kracht x weg = druk x volume
Verlengd exspirium + piepen
astma/COPD
Basaal crepiteren beide zijden vs crepetaties
Decompensatio cordis vs pneumonie/fibrose
Rhonchi:
lwi
Apneusis
lang diep in, kort uit
Cheyne strokes
onregelmatig Inuit, pauze, wel gelijkmatig: clusrer breathing
Celgroepen medulla
DRG: inspiratie –> diafragma
VRG: in en actieve ex –> buik en intercostaal
Hoog in pons:
alles intact, intact nX: normaal, n. X kapot: actief in en uit (onregelmatiger)
Laag in pons
fine tuning weg. n. X intact: redelijk, n. X kapot: apneusis
hoog in medulla:
finetuning niet goed, wel pacemaker
Laag in medulla
acute dood door apneu
Fysiologische dode ruimte
anatomisch + alveolair
F omhoog
longembolie, emfyseem
geen perfusie
shunt
saturatie neemt af
pneumonie of AV malformatie
geen ventilatie
Vteug omhoog
amicaal vs basaal
amicaal: ventilatie kleiner en perfusie kleiner, echter neemt perfusie erger af. Dus V/Q hoger in longtop. Basaal heb je ongeventileerd, shuntachtig
Verscherpt ademgeruis:
pneumonie (vocht in long)
Verzwakt ademgeruis
Emfyseem
Grenzen berusten op
Verschil in radiolucentie
Silhouette sign
Grens verdwijnt
Dense
Wit, massa, vocht, consolidatie
Atelectase
Collaps; verdwijnen hartcontour, verplaatsing fissuren, mediastinum, hilus en trachea, hoog diafragma