Week 3: Executief functioneren Flashcards

1
Q

Wat zijn etiologische disfuncties voor het domein executieve functies

A

problemen met planning of organisatie
Stoornis in inhibitie/impulscontrole
geheugenproblemen
problemen met zelfregulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Strooptest

A

Meetpretentie: cognitieve flexibiliteit, concentratie, vermogen tot inhibitie
Doelpopulatie: iedereen
–> de test met de kleuren geschreven in andere kleuren. Eerst zwart, dan kleur, dan de echte test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verbale Fluency

A

Verbale fluiditeit, informatieverwerking, taalproductie, cognitieve flexibiliteit
Doelgroep: mensen met eventuele taalstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

WAIS

A

Meetpretentie: abstract redeneervermogen werkgeheugen
Doelpopulatie: adolescenten en volwassenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bourdon-Vos

A

meetpretentie: selectieve aandacht en concentratie
doelgroep: kinderen
Doel: alle 4-stip figuren markeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn vragenlijsten die horen bij executieve funties

A

Bourdon-VOS, Verbale fluency, strooptest

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly