Week 2 Opzet, schuld en strafuitsluitingsgronden Flashcards
Noem de drie opzetvarianten en leg uit.
Opzet als bedoeling: (hoogste variant, ‘oogmerk’);
Voorwaardelijk opzet: (laagste opzetvariant, denk aan Hoornse taart en Porsche-arrest;
Opzet met noodzakelijkheidsbewustzijn: denk aan Thomasbremerhavenarrest. Gevolg niet primair gewild, hangt wel onlosmakelijk samen met het primaire doel.
Porsche-arrest?
Criteria voor voorwaardelijk opzet is niet aangenomen. Opzet kon niet bewezen worden,eigen dood neem je niet op de koop toe.
Wat is culpa?
(wrr + verwijtbaarheid) Culpa is een verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid.
Noem de twee soorten schuld.
Bewuste schuld (roekeloosheid) en onbewuste schuld (je denkt niet aan de gevolgen, maar dat had je wel moeten doen).
Noem de vijf rechtvaardigingsgronden.
(nemen wrr weg) Noodweer, overmacht als noodtoestand, BEvoegd gegeven ambtelijk bevel, wettelijk voorschrift, ontbreken van materiele wrr.
Noem de vijf schulduitsluitingsgronden.
Noodweer exces, psychische overmacht, ONbevoegd gegeven ambtelijk bevel, ontoerekeningsvatbaarheid, afwezigheid van alle schuld.
Hoornse taart arrest?
Indien iemand bij de uitvoering van zijn misdrijf niet het oogmerk heeft om andere personen te raken, maar deze kans wel aanvaard, is er sprake van voorwaardelijk opzet en kan er derhalve toch aan het bestanddeel opzet worden voldaan.
Melk en waterarrest?
Afwezigheid van alle schuld (ongeschreven schulduitsluitingsgrond).
Opticienarrest?
Noodtoestand valt ook onder overmacht in de zin van art. 40 Sr.
Veeartsarrest
De dader van een strafbaar feit is niet strafbaar indien door het overtreden van de strafrechtelijke norm de doelstelling van die norm juist beter wordt nageleefd, ook al is de daad formeel gezien wel wederrechtelijk. Ontbreken van materiële wrr.