Week 2; Betrouwbaarheidsanalyse en Factoranalyse Flashcards

1
Q

Wat is de betrouwbaarheidsanalyse?

A

Heeft betrekking op 1 construct

Kijkt of de gevonden factoren betrouwbaarzijn (geeft herhaalt meten hetzelfde resultaat weer)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een construct en een stimuli?

A

Construct -> een theoretisch begrip; gaat om hoe het bedoeld is
Stimuli -> Operationeel (variabelen) Indicatoren, manifeste variabelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de stappen van de betrouwbaarheidsanalyse?

A
  1. Operationalisering
  2. Dataverzameling
  3. Hercoderen variabelen
  4. Analyse uitvoeren om Cronbarchs alfa te bepalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer is een schaal voldoende betrouwbaar bij betrouwbaarheidsanalyse?

A

Hoogte van chronbach’s alpha;

  • > .80 is helemaal top
  • > .70 is prima
  • > .60 is net aan
  • < .60 is slecht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is Cronbach’s alfa

A

Fungeert als maat voor interne consistensie tussen 0 (geen consistentie) en 1 (volledige consistentie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer items verwijderen in betrouwbaarheidsanalyse

A

Als de alfa slecht is kan deze worden verhoogd door het verwijderen van het laagst correlerende item.
als de alfa met >0.05 toeneemt is het een substantiële verbetering en kan die worden verwijdered

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de factoranalyse?

A

datareductie en interpreteren van factoren - veel items reduceren naar gering aantal factoren
2 soorten;
1. Principale componenten analyse
a. Probeert zo veel mogelijk variantie te hanteren
b. Alle variantie is bruikbaar
2. Principale factor analyse
a. Verklaren van variantie
b. Niet alle variantie is bruikbaar
Bijvoorbeeld mensen thuis uitnodigen komt niet alleen door sociale invloeden, maar ook door bijv. gebrek aan ruimte in huis of schaamte voor je huis.
Deze benadering zou beter zijn om te meten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn de stappen van factoranalyse?

A
  1. het uitgangspunt is correlatiematrix
  2. Kies een benadering
  3. Ga na of factoranalyse een geschikte techniek is gegeven de data
  4. bereken de initiële factoroplossing
  5. Bepaal aantal factoren
  6. Roteer de initiële factoroplossing
  7. Benoem factoren
  8. Bereken voor elke respondent een score op elke factor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat doe je in stap 1 van factoranalyse?

A

Correlatiematrix -> kijken of er iets boven de 30 is (+ en- tellen niet mee)
zo ja = oblique rotatie
zo nee = varimax rotatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat doe je in stap 2 van factoranalyse?

A

kiezen tussen principale componenten analyse of principale factoranalyse.
componentenanalyse -> variantie kan volledig worden verklaard (unieke en error variantie zijn erg klein)

Factoranalyse -> variantie kan niet volledig worden verklaard (unieke en error variatie zijn groter) = wordt in deze cursus gebruikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat doe je in stap 3 van factoranalyse?

A

Geschiktheid factoranalyse
2 toetsen;
- KMO-test = vergelijkt correlaties
analyse is geschikt wanneer de uitkomst >0.50
- Bartlett’s test = H0 alle correlaties zijn 0
factoranalyse is geschikt, wanneer h0 verworpen kan worden (dus chi kwadraat is significant)
p < alfa (0.05

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doe je in stap 4 van factoranalyse?

A

Bereken de initiële factorstructuur
communaliteit = variantie verklaard onderliggende factoren, extraction moet groter zijn dan >.20
Item verwijderen met kleinste waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doe je in stap 5 van factoranalyse?

A
Aantal factoren bepalen
Het criteria voor de factoren;
- Eigenwaarde > 1
- Knik/elbow criterium
- totale variantie verklaard >60% (cumulatief)
- Interpreteerbare factoren
- theoretische gronden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat doe je in stap 6 van de factoranalyse?

A

Roteren
Kies voor varimax of oblique rotatie
kies voor oblique wanneer er tenminste 1 correlatie is tussen factoren dus > 0.30 (te zien in correlatiematrix)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat doe je in stap 7 van factoranalyse?

A

Interpreteren van factoren en checken voor dubbelladers;
Bij varimax roatie -> rotated factor matrix
Bij oblimin rotatie -> pattern matrix

bepaal voor elke factor welke variabelen het hoogst laden en geef op basis van deze variabelen een label aan de dimensie

Een dubbellader is een item dat meerdere factoren laadt
vershil tussen hoogste en op 1 na hoogste factorladingen van één item <0.20 verwijderen (het kleinste verschil wordt verwijderd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat doe je in stap 8 van de factoranalyse?

A

Bereken voor elke respondent een score op elke factor;