week 2 Flashcards
sensory keenness theorie
Het idee dat intelligentie te meten was in de sensorische kenmerken
wat is een tekort in de hedendaagse intelligentietesten
wordt niet getest op aanpassingsvermogen
2 aspecten die terugkomen in de definitie van intelligentie
leren en adaptatie
Spearman
algmene factor (g) en specifieke factoren (s)
algemene factor (g)
functioneert volgens spearman als een soort ‘kracht’ die effect had in de gehele cortex van de hersenen
Thurstone
ipv spearman dacht hij dat er groepsfactoren waren
primaire mentale vaardigheden
associatief geheugen,
verbaal begrip,
rekenvaardigheden,
perceptuele snelheid,
visueel-spatiele vaardigheden
inductief redeneringsvermogen en woordvloeiendheid
vernon
integratie van spearman zijn g en van thurstone zijn groepsfactoren
Cattell-Horn-Carroll theorie
stelt dat intelligentie bestaat uit doordringende (stratum III), brede (stratum II) en smalle (stratum I) vaardigheden die gerangschikt zijn
Stratum II
fluide intelligentie
gekristalliseerde intelligentie
reactietijd
visueel-spatiele vaardigheden
breed geheugen
auditieve verwerking
cognitieve verwerkingssnelheid
domein-specifieke kennis
structure of intellect model (SOI)
guilford
intellectuele vaardigheden opgedeeld in 3 dimensies:
1. operatie
2. inhoud
3. product
Theorie van Luria
Allereerst vindt de verwerking plaats op subcorticaal niveau, waar aandacht zit. Daarna wordt er in de sensorische delen van cortex verwerkt. Als laatste wordt de informatie in de frontale kwabben verwerkt, waar plannen plaats vindt en motorische output begint te vormen.
in het sensorische cortex gebieden vinden er 2 verschillende vormen van verwerking plaats…
- simultaneous processing
- Successive processing
PASS-theorie
planning, attention, simultaneous, succesive
savants
mensen met een zeer laag intellect die op een specifiek gebied excelleren. (bewijzen theorie van Garder over meerdere intelligenties)