Week 16 Flashcards

1
Q

Wat is de definitie van “euthanasie”?

A

het actief beëindigen van het leven een patiënt door een medische arts op verzoek en wens van de patiënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van “hulp bij “zelfdoding”?

A

het bieden van hulp aan iemand bij het uitvoeren van zijn/haar zelfdoding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem de 6 zorgvuldigheidscriteria

A
  1. verzoek is vrijwillig en goed overwogen
  2. lijden is onverdraaglijk en hopeloos
  3. patiënt is geïnformeerd over de situatie en prognose
  4. geen redelijk alternatief
  5. ten minste één andere onafhankelijke arts is geconsulteerd
  6. het leven is beëindigt met medische zorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is géén alternatief voor euthanasie

A

palliatieve sedatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een “schriftelijke wilsverklaring”?

A

In een schriftelijke wilsverklaring zet je op papier wat je medische wensen zijn. Dit is geen garantie voor euthanasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de Regionale Toetsingscommissie Euthanasie (RTE)

A

Bij toetsing die door de RTE wordt uitgevoerd wordt beoordeeld of de arts de zorgvuldigheidseisen heeft nageleefd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer toetst de RTE een euthanasie casus?

A

De toetsing vindt plaats ná euthanasie van de patiënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is anders bij euthanasie bij kinderen?

A

Kinderen kunnen vanaf 12 jaar een verzoek om euthanasie doen. Tot 16 jaar is er toestemming van ouders of voogd nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de definitie van een “natuurlijke dood”?

A

Ieder overlijden dat uitsluitend het gevolg is van spontane ziekte, incl. een complicatie van een medische behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is er anders bij een procedure als een minderjarige is overleden?

A

Behandelend arts neemt direct contact op met gemeentelijke lijkschouwer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar dient een “A-verklaring” voor?

A

A-verklaring is de verklaring van overlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar dient een “B-verklaring” voor?

A

B-verklaring is de verklaring van de doodsoorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie mag wettelijk beslissen om een medische behandeling stop te zetten?

A

De beslissing om therapie te beperken, etc, dienen gezamelijk te worden genomen door IC-staf, huisarts of chirurg, verpleegkundigen, en indien mogelijk de patiënt en de familie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is definitie van “medisch zinloos”?

A

Als de behandeling niet meer in het belang is van de patiënt.
Een behandeling is medisch zinloos als de patiënt onnodig lijdt en verlies van waardigheid ervaart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de definitie van “medisch hopeloos”?

A

Wanneer er geen hoop is op verbetering of op goede afloop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Beschrijf 5 fasen van doodsmentaliteiten van Ariès en Jacobson

A
  1. De getemde dood
  2. de dood van het zelf
  3. de dood van de ander
  4. de onzichtbare dood
  5. de spectaculaire dood (Jacobsen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat betekent “medicalisering van de dood”?

A

Medicalisering omvat het proces waarbij verschijnselen als ziekte gedefinieerd of als medisch probleem behandeld werden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

In welke wet is vastgelegd dat een overledene door een arts moet worden geschouwd?

A

Wet op de lijkbezorging (Wlb)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wanneer schakelt een arts de gemeentelijke lijkschouwer in?

A

Wanneer de arts niet is overtuigd van natuurlijke doodsoorzaak

20
Q

Wat is de definitie van een “complicatie”?

A

Een onbedoelde en ongewenste uitkomst tijdens of volgend op het handelen van een hulpverlener

21
Q

Wat is de definitie van een “calamiteit”?

A

Een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis die betrekking heeft op de kwaliteit van de zorg.

22
Q

Wat betekent de “Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz)”?

A

Zorgaanbieders zijn verplicht om een calamiteit zo snel mogelijk bij IGZ te melden

23
Q

Is euthanasie een plicht van een arts?

A

Nee, euthanasie is geen plicht van een arts. Daarnaast is het ook geen recht van een patiënt

24
Q

Wat betekent de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (WTL)?

A

Volgens deze wet zijn euthanasie en geassisteerde zelfmoord toegestaan onder strenge voorwaarden

25
Q

Waaruit bestaat de Regionale toetsingscommissie euthanasie (RTE)?

A

Een arts, jurist en een ethicus

26
Q

Wat is de “drion pil”?

A

Volgens rechter Drion in 1991 moesten mensen een medicijn of een pil kunnen nemen als ze vonden dat hun leven voltooid was

27
Q

Wat is het verschil tussen palliatieve sedatie en euthanasie?

A

Het verschil is het doel. Bij palliatieve sedatie wil de arts het lijden verlichten (wat kan eindigen in de dood)

28
Q

Hoe luidt de hypothese van de historici Phillipe Ariès?

A

“De dood is, als onderdeel van de natuur, is wild en bedreigend, maar kan, door cultuur, worden getemd”
Ziekte, dood = natuur
Geneeskunde = cultuur

29
Q

In welke fase van Phillipe Ariès trad medicalisering van de dood op?

A

Fase 4: de onzichtbare dood

30
Q

Hoe snel moet een lijkschouw plaatsvinden na het overlijden?

A

De overledene moet binnen 3 uur nadat de arts is geïnformeerd worden beschouwd

31
Q

Wat doet de behandelend arts bij een overlijden na hulp bij zelfdoding of euthanasie?

A

De arts geeft geen verklaring van overlijden af. Er wordt informatie verstrekt aan de gemeenschappelijke lijkschouwer

32
Q

Wanneer is euthanasie van toepassing bij pasgeborenen?

A

Voor ernstig gehandicapte pasgeborenen die geen uitzicht hebben op een draaglijk bestaan

33
Q

Wat betekent “kwantitatieve zinloosheid”

A

De kans dat de interventie de patiënt voordeel oplevert is heel klein

34
Q

Wat betekent “kwalitatieve zinloosheid”

A

De kwaliteit van het voordeel dat de interventie oplevert is zeer klein

35
Q

Wat zijn 2 scoringssystemen om de ernst van de ziekte in te schatten van een patiënt?

A
  1. de APACHE

2. de SAPS

36
Q

Wat betekent het begrip “existentieel lijden”?

A

Het gevoel dat ontstaat wanneer de zin van het leven voor een patiënt verloren is gegaan

37
Q

Wat zijn belangrijke vormen van existentiële uitdagingen?

Noem er 3

A

Doodsangst, verdriet over verlies en verandering, vrijheid en verlies van controle, afgenomen waardigheid, eenzaamheid, veranderde relaties, zoeken naar betekenis van leven

38
Q

Wat zijn de drie subgroepen van een B-verklaring?

A

1a: primaire doodsoorzaak
1b: aandoening die heeft geleid tot doodsoorzaak
1c “

39
Q

Wat is de juridische positie van een arts als hij/zij twijfelt om euthanasie uit te voeren bij zijn/haar patiënt?

A

Hij/zij heeft de morele plicht om de patiënt vroegtijdig te verwijzen naar een collega die geen principiële bezwaren heeft

40
Q

Wat zijn “vlekken van Sommer”?

A

Uitdroging van de slijmvliezen

41
Q

Wat is de kern van het betoog van Ariès over het ‘moderne doodgaan’?

A

Doordat we tegenwoordig de natuur – en dus ook de dood - hebben getemd met behulp van
technologie, is de dood juist weer afschrikwekkend geworden en daarmee ‘ongetemd’.

42
Q

Wat is kenmerkend voor de fase van de ‘spectaculaire dood’?

A

Herritualisering en commercialisering van de dood

43
Q

Hoe is de besluitvorming rond de behandelingsduur op de IC gereguleerd?

A

De arts heeft het recht de behandelingsduur te bepalen, ongeacht de wens van de familie

44
Q

Wat is het verschil tussen legalisering en decriminalisering?

A

Decriminalisering betekent het verwijderen van wetten

Legalisering komt neer op het introduceren van nieuwe wetten en beleid die formele regels invoeren

45
Q

Welke vormen van euthanasie zijn er?

A

Assisted suicide: zelfmoord plegen met hulp van anderen die weten dat ze je helpen
Vrijwillig: gedood worden dood anderen omdat je dat wil
Niet-vrijwillig: gedood worden door anderen, omdat je lage kwaliteit van leven hebt, maar het voor jou niet mogelijk is om dat uit te spreken
Onvrijwillig: moord

46
Q

Voor welke soort patiënten is het levenseindekliniek met name gericht?

A

Patiënten die op korte termijn niet aan hun ziekte zullen overlijden, zoals MS