Week 1 stof Flashcards
1
Q
ik (neutraal)
A
watashi
2
Q
ik (mannen)
A
boku
3
Q
partikel (geeft een topic aan)
A
wa
4
Q
zijn (ww)
A
desu
5
Q
achtervoegsel voor naam (vergelijkbaar met meneer/mevrouw)
A
-san
6
Q
partikel (maakt de zin vragend)
A
ka
7
Q
welke nationaliteit
A
nani-jin
8
Q
Nederland
A
oranda
9
Q
Nederlander
A
oranda-jin
10
Q
Amerika
A
amerika
11
Q
Amerikaan
A
amerika-jin
12
Q
Japan
A
Nihon
13
Q
Duitsland
A
doitsu
14
Q
België
A
beruggi
15
Q
Letterlijk -persoon. Geeft nationaliteit aan
A
-jin
16
Q
school
A
gakkou
17
Q
universiteit
A
daigaku