Week 1: HC.6 Epidemiologie van Kanker Flashcards

1
Q

Epidemiologie?

A

Wetenschap die het voorkomen en de verspreiding van ziekte onder de bevolking bestudeert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Belang?

A

bekende risicofactoren monitoren, onbekende risicofactoren opsporen, effecten van screening evalueren, politieke en beleidskeuzes, richtlijnadherentie
Taak: omvang van kankerlast en evolutie daarvan beoordelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Meten incidentie kanker in Nederland?

A

Nederlandse Kankerregistratie; sinds 1989 absolute stijging van kanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Lokalisatie kanker?

A

Meeste in huid, borst, long, prostaat en darm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Indicentie longkanker?

A

sinds 1989 nagenoeg gelijk gebleven, maar incidentie bij mannen 50% gedaald en bij vrouwen verdubbeld -> steeds meer vrouwen roken namelijk
En door toename overleving op toename prevalentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

SLokdarmdanker incidentie?

A

Toegenomen oa door meer mensen met overgewciht -> meer refluxm -> Barret oesophagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

COVID?

A

kankerdiagnoses naarbeneden, want bevolkingsonderzoek tijdelijk stopgezet en groter drempel naar dokter gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Screening?

A

borstkanker, darmkanker, baarmoederhalskanker
Voordeel: winst in levensjaren, laag stadium bij ontdekking, minder invasieve behandelingen
Nadeel: overdiagnosicering en overbehandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Absolute overleving (Overall survival)?

A

tijd tussen diagnose en sterfte (ongeacht doodsoorzaak)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ziektevrije overleving (disease-specific survival)

A

tijd tussen diagnose en progressie van ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Relatieve overleving (relative survival)?

A

maat voor ziektevrije overleving = Absolute overleving gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht en jaar van diagnose (overleving tov overleving vergelijkbaar persoon die niet ziek is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly