W7 - Gehoorscreening en -diagnostiek bij volwassenen Flashcards
Screening
In korte tijd een globale indruk krijgen van de aard en de mate van één aspect van het niet goed kunnen horen: ‘pluis’ of ‘niet pluis’.
Waar kunnen zich problemen voordoen in het oor?
- Gehoorgang
- Trommelvlies
- Gehoorbeentje
- Slakkenhuis
- Gehoorzenuw
Wat voor problemen kunnen in de gehoorgang ontstaan?
Te veel oorsmeer, verstopt.
Wat voor soort problemen kunnen in de trommelvlies ontstaan?
Perforatie, gaatjes waardoor geluid niet meer goed wordt doorgegeven.
Welke problemen kunnen in het gehoortebeentje ontstaan?
Otosclerose (langzaam slechthorend). Of gehoorbeentjes zijn niet goed aangelegd, volledig ontbreken. Geluid wordt hierdoor niet goed doorgegeven.
Welke problemen kunnen zich in het slakkenhuis voordoen?
Problemen met de trilhaartjes waardoor er een perceptief gehoorverlies kan ontstaan. (Middenoor minder gevoelig voor geluid)
Welke problemen kunnen zich in het gehoorzenuw voordoen?
Duwt een tumor op waardoor het geluid niet goed verder kan worden geleden.
Geleidingsverlies
- problemen in buitenoor of middenoor
- geluidsvermindering, geen klankvervorming
- beengeleidingsdrempels liggen (vrijwel) normaal, de luchtgeleidingsdrempels zijn gezakt.
Vb:
- otosclerose; vastgroeiing stijgbeugel
- middenoorontsteking
Perceptief gehoorverlies
- ook wel: waarnemingsgehoorverlies
- problemen in binnenoor
- geluidsvermindering én klankvervorming
- luchtgeleiding- en beengeleidingsdrempel liggen (vrijwel) gelijk.
Vb:
- menière (gehoorverlies & oorsuizen)
- lawaaislechthorendheid
- gehoorzenuwgezwel
- presbyacusis (ouderdomsslechthorendheid)
Gemengd gehoorverlies
- perceptieverlies met (een tijdelijke) geleidingsverlies.
- zowel de luchtgeleiding- als de beengeleidingsdrempels zijn gezakt, maar de beengeleidingsdrempels liggen wel beter dan de luchtgeleidingsdrempels.
Vb:
- lawaaislechthorendheid plus middenoorontsteking.
Screeningonderzoek naar spraakverstaan
- eenvoudige indruk van gehoorscherpte
- fluister- of conversatiespraak
Wat zijn de regels voor screeningonderzoek naar spraakverstaan?
- rustige kamer.
- proefwoorden kalm en met gelijkmatige sterkte uitspreken.
- mondbeweging van onderzoeker mag niet gezien worden.
- niet te testen oor goed afsluiten.
- ! Mogelijk dat patiënt niet alleen minder goed hoort, maar ook vervorming waarneemt!
Onderzoek m.b.v. stemvorken bij screeningonderzoek naar spraakverstaan
- Weber: stemvork boven op hoofd
- Rinne: - steel stemvork op mastoïd (bot achter oor) of stemvork voor het oor.
Wat zijn de nadelen van onderzoek m.b.v. stemvorken?
- geluidssterkte ~ kracht aanslaan
- geluidssterkte neemt snel af
- wijze stemvork voor oor ~ sterkte trilling
- slechts gehoorverlies meten voor één frequentie
Gehoorscreening a.d.h.v. OAE’s
Oto-Akoestische Emissies:
- Het oor brengt zelf geluid voort
- Ontspringen vanuit de cochlea
- Direct na de geboorte aanwezig mits het oor goed functioneert (gezonde haarcellen)
- Sterkte opgevangen geluidjes ~ sterkte stimulus en ernst slechthorendheid.
Spontane OAE’s (SOAE)
- Zwakke toontjes (= emissies) opgevangen door microfoontje
- Spontaan en continu door het oor uitgezonden.
- In +/- 50% van de gezonde oren
- Zeer goede reproduceerbaarheid.
Click-Evoked OAE’s (CEOAE)
- Telefoontje zendt klikstimuli uit.
- Microfoontje vangt emissies op.
Toondrempelaudiometrie
- op zoek naar de grens wanneer je de tonen niet hoort en net begint te horen. = hoordrempel
O symbool toondrempelaudiogram
Luchtgeleidingsdrempel bepaald met hoofdtelefoon.
- Rechteroor
- Ongemaskeerd verkregen drempel.
x symbool toondrempelaudiogram
Luchtgeleidingsdrempel bepaald met hoofdtelefoon
- linkeroor
- ongemaskeerd verkregen drempel.
∆ symbool toondrempelaudiogram
Luchtgeleidingsdrempel bepaald met hoofdtelefoon
- rechteroor
- gemaskeerd verkregen drempel
□ symbool toondrempelaudiogram
Luchtgeleidingsdrempel bepaald met hoofdtelefoon
- linkeroor
- gemaskeerd verkregen drempel
< symbool toondrempelaudiogram
Beengeleidingsdrempel bepaald met vibrator op mastoïd
- rechteroor
- ongemaskeerd verkregen drempel
> symbool toondrempelaudiogram
Beengeleidingsdrempel bepaald met vibrator op mastoïd
- linkeroor
- ongemaskeerd verkregen drempel
⊂ symbool toondrempelaudiogram
Beengeleidingsdrempel bepaald met vibrator op mastoïd
- rechteroor
- gemaskeerd verkregen drempel
⊃ symbool toondrempelaudiogram
Beengeleidingsdrempel bepaald met vibrator op mastoïd
- linkeroor
- gemaskeerd verkregen drempel
Toonaudiometrie
- Met audiometer worden tonen aangeboden
- Via koptelefoon wordt totale gehoorverlies gemeten
- Via vibratorblokje (beengeleiding) wordt perceptieverlies gemeten
- Toondrempelaudiogram
Fysiologische gehoordrempel
Wat ‘normaal’ is
Pathologische gehoordrempel
Wat afwijkt
Wat is het stuk dat tussen de fysiologische en de pathologische gehoordrempel zit?
Gehoorverlies
Wat is de airbone gap?
Het gebied tussen de beengeleidingsdrempels en de luchtgeleidingsdrempels.
Wat wordt gebruikt voor spraakaudiometrie?
- Phonetic Balanced woordenlijsten (PB)
- M-k-m woorden; dak, bol
- Leidse PB lijsten, Utrechtse lijst
- CD
- 10-20 woorden op 1 geluidssterkte per 10 dB
- Normaalhorenden: 60 dB 100% spraakverstaan
Retrocochleair gehoorverlies
Retocochleair is een gehoorverlies waar het probleemgebied achter het slakkenhuis bevindt: in de gehoorzenuw of in de hersenen. Helaas kan hierbij een cochleair implantaat of een hoortoestel geen oplossing bieden, aangezien de oorzenuw geen geluidsinformatie kan doorgeven.
Van wat voor soort verlies is er sprake als de lijn in de grafiek in de spraakaudiogtam is opgeschoven naar links of rechts?
Geleidingsverlies
Van wat voor soort gehoorverlies is er sprake als de lijn in de grafiek van de spraakaudiogram is gedaald?
Perceptieverlies
Hoe herken je een Retrocochleair gehoorverlies in een spraakdiogram?
Hoe hoger hoe minder wordt verstaan, gaat met boogje naar beneden.
Wat is een discriminatieverlies en hoe zie je het in een spraakaudiogram?
Sommige mensen hebben veel moeite om een bepaalde, soms smalle, frequentieband te horen. Dit kan resulteren in wat bekend staat als “discriminatieverlies”; je hoort spraak wel, maar verstaat het niet.
- gedeelte tussen 100% en de lijn die niet verder afloopt maar op een % blijft hangen.
Mate van slechthorendheid: -10-15dB
Normaal gehoor
Mate van slechthorendheid: 16-40dB
Licht gehoorverlies: moeite zachte spraak/afstand/rumoer
Mate van slechthorendheid: 41-55dB
Matig gehoorverlies: moeite verstaan normale spraak
Mate van slechthorendheid: 55-70dB
Ernstig gehoorverlies: moeite ook met verstaan luide spraak
Mate van slechthorendheid: 71-90dB
Zeer ernstig gehoorverlies: In combinatie met spraakafzien nog wel verstaan mogelijk
Mate van slechthorendheid: 90dB>
Doofheid: geen spraakverstaan mogelijk met alleen akoestische informatie.
Spraakafzien
Het aflezen van klanken van iemands mond, gecombineerd met non-verbale communicatie zoals mimiek en lichaamstaal.
Fletcher index
Gemiddelde gehoorverlies
Hoe bereken je een hoge fletcher index?
Gemiddelde van 1kHz, 2kHz, 4kHz
Hoe bereken je een lage fletcher index?
Gemiddelde van 500Hz!!!, 1kHz, 2kHz
Vanaf welke fletcher index worden hoortoestellen vergoed?
Vanaf gemiddelde van 35dB voor hogere fletcher index.
Presbyacusis
Ouderdomsslechthorendheid
Hoe bereken je het discriminatieverlies in een spraakaudiogram?
100% min het maximale spraakverstaan.
Welke slechthorendheid herken je aan een dip in de 4kHz?
Lawaaislechthorendheid
Welke slechthorendheid herken je eraan dat de been en de luchtgeleiding naar elkaar toe komen op 2kHz?
Otosclerose
Hoe kan je een oorontsteking herkennen in een audiogram?
Luchtgeleiding groter verlies dan beengeleiding.
Ski slope audiogram
Lage tonen gaan goed en bij de hoge gaat het heel snel naar beneden. Komt voor na chemotherapie.
Impedantiemetrie
- Tympanometrie
- Stapediusreflex
- objectief
- nauwkeuriger diagnose omtrent verscheidene vormen geleidingsslechthorendheid.
Tympanometrie
Meet de beweeglijkheid van het middenoorsysteem (trommelvlies) en geeft aan hoe het gehoorverlies hiermee samenhangt.
Onderdruk in het tympanogram:
Normale vorm maar naar links. Bijvoorbeeld door verkoudheid, trommelvlies ingetrokken.
Glue in het tympanogram:
Veel vocht in het middenoor. Vlak en de trommelvlies kan zich niet goed bewegen dus laag.
Fixatie in het tympanogram:
Normale curve maar veel lager. Trommelvlies kan het geluid niet goed meer doorgeven. Otosclerose.
Luxatie in het tympanogram:
Onderbreking van de gehoorbeentjes . Zie je aan onderbreking in het midden.
Trommelvliesperforatie of aanwezigheid van trommelvliesbuisje in tympanogram:
Vlakke curve maar hoger, dus meer beweging trommelvlies.
Stapediusreflex
- kijken of M. Stapedius aanspant op geluid.
- Spant bilateraal aan als respons op unilaterale stimulus.
Wanneer kan de reflex niet gemeten worden bij stapediusreflex?
Indien stapes gefixeerd (otosclerose)
Hoe wordt (octaaf)toonaudiometrie gemeten? 2
- luchtgeleidingsdrempel
- beengeleidingsdrempel
Wat voor gehoorverlies kan je bij (octaaf)toonaudiometrie meten?
- Geleidingsverlies
- Perceptieverlies
- Gemengd verlies
Wordt bij (octaaf)toonaudiometrie gehoorverlies per frequentie gespecificeerd?
Ja
Hoe wordt spraakaudiometrie gemeten?
- luchtgeleidingsdrempel
- beengeleidingsdrempel
Wat voor gehoorverlies wordt met spraakaudiometrie gemeten?
- Geleidingsverlies
- Perceptieverlies
- Gemengd verlies
Wordt gehoorverlies bij spraakaudiometrie per frequentie gespecificeerd?
Nee
Hoe wordt impedantiemetrie gemeten?
- Tympanometrie
- Stapediusreflexmeting
Wat meet je met tympanometrie?
Functie middenoor
A. Onder-, boven, glue ears.
B. Trommelvliesbuisje, perforatie
C. Otosclerose
D. Luxatie van de keten.
Wat meet je met stapediusreflexmeting?
- Functie middenoor
- Retrocochleair
- Cochleair recruitment
Cochleair recruitment
Het bereik van het gehoor wordt vanaf zowel de boven- als onderkant kleiner. Dit kleiner worden van het dynamisch bereik wordt recruitment genoemd. Veel mensen zijn geneigd luider te gaan spreken tegen slechthorenden. Dat heeft dan een averechts effect: de spraak klinkt dan al snel te luid en gaat hierdoor vervormen.”
Akoestiek van spraak, hoe werkt het?
- Openen en sluiten van stembanden vormen een geluidsgolf.
- De mond-, neus- en keelholte fungeert als een klankkast.
- Tong en gehemelte vormen formanten.
- Lippen en tanden voegen een laatste vervorming toe.
Formant
Eenformantis eenresonantie(significante en smalle piek) op een bepaalde frequentie. Een klank kan op éénfrequentieeen formant bevatten, maar ook op meerdere. Formanten leveren een belangrijke bijdrage aan deklankkleur.
Hoeveel μ micro is 1 microseconde
1 μs
Hoeveel Bel is 1 dB?
1/10 Bel
Geluidsdruk/geluidssterkte
- Grootte van lichtdrukvariaties
- Pascal (Pa)
- Zuivere toon 1 kHz:
- net hoorbaar: 2.10`-5 Pa - verdeling van kracht over een oppervlakte. Bv: duwen van ren golf op trommelvlies.
Geluidsintensiteit
- Hoeveelheid trillingsenergie die ten gevolge van de geluidsdruk een bepaald oppervlak per tijdseenheid treft (vb. Trommelvlies)
- Watt/m2 (W/m2)
- Zuivere toon 1 kHz:
- net hoorbaar: 10`-12 W/m2
Hoe hoor je het geluid van een speaker?
De speaker beweegt heen en weer en brengt luchtdeeltjes in trilling, lokaal ontstaan er verdichtingen en verdunningen van luchtdeeltjes.
Waarin wordt geluidsdruk gemeten?
In Pascal (Pa) of Bar.
1 bar = 100 000 Pascal (1×10`5)
Hoe wordt geluidssterkte bepaald?
- Door de grootte van de variatie van de geluidsdruk (amplitude)
Hoe erg kan geluidsdruk variëren?
Enorm. Van 2.10-5 Pa (0.00002 Pa) voor een net hoorbaar geluid tot 20 Pa voor geluid op de pijngrens (factor 10
6).
Wat is geluidsintensiteit?
Hoeveelheid energie die per seconde (vermogen in Watt (W)) door een oppervlak gaat. (m2)
Wat is het verband tussen geluidsdruk en intensiteit?
- Geluidsintensiteit is evenredig met de druk in het kwadraat: I ~ p2
- De intensiteit neemt dus snel toe.
Bijv:
2× zo grote druk ≠ 4× zo grote intensiteit.
5× zo grote druk ≠ 25× zo grote intensiteit.
10× zo grote druk ≠ 100× zo grote intensiteit.
Hoeveel Pa is 0 dB?
0.00002 Pa
Lineaire schaal
Optelschaal
Logaritmische schaal
Vermenigvuldigingsschaal
War voor schaal is een decibelschaal?
Een vermenigvuldigingsschaal. Voor geluidsintensiteit geldt: toename van 10dB = intensiteit vermenigvuldigen met 10.
Dus: als een geluidsintensiteit met 10 wordt vermenigvuldigd, neemt de intensiteit 10 dB toe (dus bij een vermenigvuldiging met 100 is de toename 20 dB enz.)
Hoe werkt de logaritmische schaal?
Een logaritme van de verhouding van de grootheid tot een referentiewaarde.
- Log 10 = 1, want 101 = 10
Log 100 = 2, want 102 = 100
Log 1000 = 3, want 103 = 1000
- Bij logaritme plaats je machten van 10 op gelijke afstand.
Threshold
Drempel
Isofonen
Curves met gelijke subjectieve luidheid.
Geluidsspectrum
De toon-opbouw van een geluid.
Decibel Hearing Level
Hoeveel dB wat geluid heeft.
Decibel Sound Pressure Level
Hoeveel druk een geluid heeft gemeten in dB.
Voor geluidssterkte L in dB geldt:
L = 10×log (I : I^(o))
L = 20× log (p÷p^(o))
I= Intensiteit, I^(o) = vaste waarde 10^(-12) W/m2
P= druk, p^(o) = vaste waarde 2×10^(-5) Pa