Vragen uit tentamens Flashcards
Wat doet ivabradine?
Verlaagd de HF door een remming van spontane diastolische depolarisatie in de SA-knoop via een specifieke remming van de cardiale pacemaker If-stroom.
Heeft GEEN effect op intercardiale geleiding, contractiliteit, ventriculaire repolarisatie of de perifere weerstand.
Wat is CO-transmissie?
Het uitscheiden van verschillende transmitters door één neuron.
Wat voor EPSP hebben de N- en M-receptoren?
N-receptor: fast EPSP
M-receptor: slow EPSP
EPSP: exciterend postsynaptische potentiaal
Wat doet een B2-receptor?
Vasodilatatie in bloedvaten (ATP –> cAMP - relaxatie)
Wat doet een fosfodiesterase remmer?
Remt de afbraak van cAMP, hierdoor krijg je een sterke vasodilatatie
Voorbeeld van een fosfodiesterase remmer?
Dipyridamol
Wat doet Nitroglycerine?
Stimuleert de vorming van NO en is afhankelijk van guanylyl cyclase.
Wat is propranolol?
Een B-blokker die de cardiale werking van een hoge sympathicus remt. Daarnaast worden de sinusfrequentie, AV-geleiding en O2-verbruik verlaagd + Na-blokkade.
Wat doen A2-agonisten?
Stimuleren A2-receptoren in CZS waardoor de sympatische activiteit verminderd, en de HD en BD zullen dalen.
Welke 2 stoffen remmen het positief inotrope effect van preganglionaire sympathische activatie?
A2-receptor agonist en propranolol
Welke 2 stoffen zorgen bij een toename van expiratie voor bronchoconstrictie?
Histamine en serotonine
Wat doet isoprenaline?
Werkt via een B-adrenerge receptor antagonist
Verhoogd de BD en HF en zorgt voor bronchusverwijding.
Wat doet adrenaline?
Zorgt voor een daling van de perifere vaatweerstand via B2-receptoren.
Zorgt voor HF stijging via B1-receptoren en baroreflex
Wat zijn bijwerkingen van een muscarine agonist?
Diarree, Zweten, Miosis, Misselijkheid, Urinelozing (contractie blaas)
Angiotensine II bindt aan een AT1-receptor en zorgt voor:
Vasoconstrictie, Zout/water reabsorptie, Aldosteron secretie, Sympatische activatie, Celgroei, Fluid retention