vocabulary unit 3 deel 2 Flashcards
een rekeningstand , rekeningsaldo
an account status
een ambitie, verlangen
an aspiration
een bankautomaat
an ATM
besparingen
austerity
een rekeningstand
a balance
een zichtrekening
a checking account
een afbraak
a degradation
een vermogen, eigen kapitaal
an equity
een principe
a maxim
een hypotheeklening
a mortgage
een debetstand
an overdraft
een aandelenindex
a share index
een rekeningstand
a statement
de effectenbeurs
the stock exchange
een verrichting
a transaction
een geldopname
a withdrawal
vereisen
to require
uitlenen
to lend
dreigen
to loom
onderlegd
savvy
schaars
scarce
grimmig, boos
stark
voor onbepaalde duur
indefinitely
onmiskenbaar
undeniably
in strijd zijn met
to be at odds
een ras apart
a breed apart
een schuldenlast
a debt burden
een gebruikelijke veronderstelling
a default assumption
een vakbondsactie
an industrial action
een toenemende zorg
a rising concern
een overdreven stijging van de beurskoers
a speculative bubble