vocabulary unit 2 Flashcards
een duik
a plunge
gevaar, risico
peril
een waaghals
a thrillseeker
een waaghals (2)
a daredevil
gooien
to hurl
een rand
a ledge
duiken
to plunge
een sprong
a leap
verzonken
submerged
afval
debris
het getijde
the tide
onverwacht
unanticipated
een stroming
a current
troebel
murky
verlamming
paralysis
van de ruggengraat
spinal
the activity of jumping into the sea from a cliff or other high point
tombstoning
neurowetenschappen
neuroscience
puberteit
adolescence
de prefrontale herscenschors
the prefrontal cortex
voldoening
gratification
een gebied in de grote hersenen
striatum
gelukshormoon
dopamine
voedsel zoeken
foraging
losgeld
a ransom
kapen
to hijack
tegelijkertijd
simultaneously
een vestiging
a plant
berucht
infamous
een vergoeding
a fee
in zwichten voor
to cave in
afpersing
extortion
voorzichtig zijn
to be cagey
in dalende lijn
in decline
geweigerd
declined
de frontlinie
the frontline
uitrusting, apparatuur
gear
hijsen
to heave
loog
leach
een afdeling
ward
verwoestend
devastating
gebrek aan
lack of
het beoordelen van slachtoffers
the triage
eerste
primary
het monetair stelsel
the monetary system
pendelen
to commute
zoekt en gij zult vinden
seek and ye shall find
een herinnering
a recollection
luguber
macabre
voortstuwen
to propel
halsbrekend
breakneck
een doorgang
a passageway
een gevel
a façade
klauwen
clutches
een achtervolger
a pursuer
een zoektocht
a scavenger hunt
landbouw
agricultural
klimmen
to ascend
een waas
a blur
een polsslag
a pulse
ademhaling
respiration rate
nederig
humbling
verwachten
to anticipate
rondlopen
to pace
slopend
gruelling
condenseren
to condense
nucleaire oorlogsvoering
nuclear warfare
een zoektoch
a quest
een sterrenstelsel
a galaxy
verwerpen
to reject
verwaarlozen
to neglect
koolstof
carbon
een tempo
a pace
een prestatie
a feat
een loopband
a conveyor belt
doortrapt
wicked
inhalig
greedy
gek
loony
verbazen, verwonderen
to marvel
een gif
a toxin
onderhandelen over
to bargain for
een tijdperk
an era
een elektriciteitsnet
a power grid
aluminiumfolie
tinfoil
een instrorting
a meltdown
een nasleep
an aftermath
oproepen
to evoke
een boswachter
a woodsman
een doemprofeet
a doomsayer
uitbreiden
to expand
een klif
a cliff
de kustwacht
the coastguard
een gevolg
a consequence
een rage
a craze
een weddenschap
a dare
een sterfgeval
a death
een pier
a pier
een risico
a risk
foto’s nemen vanaf hoge gebouwen
rooftopping
het onbekende
the unknown
camoufleren
to camouflage
van de rotsen springen
to tombstone
adembenemend
breathtaking
dodelijk
fatal
overmijdelijk
inevitable
in het bijzonder
particularly
ondiep
shallow
scherp
sharp
je leven riskeren
to risk life and limb
je leven riskeren (2)
to risk your life
ondanks
despite
gezond verstand
common sense
een cyberaanval
a cyberattack
cybermisdaad
cybercrime
een hacker
a hacker
veligheid
safety
terrorisme
terrorism
een transactie
a transaction
een truuk
a trick
een slachtoffer
a victim
een testament
a will
storten
to deposit
leegmaken
to empty
bekostigen
to finance
voor de gek houden
to fool
inbreken
to hack
overtuigen
to persuade
doen alsof
to pretend
beschermen
to protect
op gepaste wijze
appropriately
financieel
financial
een uitbraak
an outbreak
een vooruizicht
a prospect
quarantaine
quarantine
uitbarsten
to erupt
besmetten
to infect
vrijlaten
to release
beperken
to restrict
verhongeren
to starve
besmetteljik
contagious
angstaanjagend
terrifying
aan je lot overgelaten worden
to leave somebody to their own devices
gebruikmaken van
to take advantage of
de apocalyps, de openbaring
the apocalypse
een storm
a blizzard
een bosbrand
a bushfire
een cycloon
a cyclone
een droogteperiode
a drought
een aardbeving
an earthquake
een overstroming
a flooding
een moesson
a monsoon
een schuilplaats
a shelter
een tsunami
a tsunami
een vulkaan uitbarsting
a volcanic eeruption
een natuurbrand
a wildfire
evacueren
to evacuate
ervaren
to experience
vluchten
to flee
woeden
to rage
een bunker
a bunker
de ineenstorting
the collapse
een vertraging
a delay
een oefening
a drill
een noodgeval
an emergency
de overleving
the survival
een overlever
a survivalist
vluchten
to bug out
schuilen
to hole up
overdreven reageren
to overreact
