vocabulary e hoofdstuk 1 Flashcards
1
Q
la plage
A
het strans
2
Q
le probleme
A
het probleem
3
Q
la mer
A
de zee
4
Q
le message
A
het bericht
5
Q
aider
A
helpen
5
Q
le truc
A
het ding
6
Q
regarde
A
kijk
7
Q
on adore
A
wij zijn gek op
8
Q
de rien
A
niets te danken
8
Q
merci
A
bedankt
9
Q
aujourd hui
A
vandaag
10
Q
demain
A
morgen
11
Q
alors
A
dan
12
Q
voila
A
hier is
13
Q
peur etre
A
misschien