Vocabulaire Flashcards
verbeteren (beter maken, niet corrigeren)
améliorer
beheersen
maîtriser
terubetalen
rembourser
zich uit de slag trekken
se débrouiller
wennen aan
s’habituer à
zich storten in
se lancer dans
de aanpassing
l’adaptation
de gezelligheid, de sfeer
l’ambiance
de troef
l’atout
de cultuurshock
le choc culturel
het zelfvertrouwen
la confiance en soi (en + forme tonique)
de gewoonte (van een land/bevolking)
la coutume
de uitdaging
le défi
verandering van omgeving
le dépaysement
de uitwisseling
l’echange
de verrijking
l’enrichissement
de buitenlander, de vreemde, het buitenland
l’étranger/-ère
de ervaring
l’expiriénce
het gastgezin
la famille d’accueil
de kosten
les frais
de Franse overzeese gebieden
la France d’outre mer
de gemeenschap van Franstaligen
la Francophonie
de gastvrijheid
l’hospitalité
de onderdompeling
l’immersion
de rijpheid, de maturiteit
la maturité
de levenswijze, de levensstijl
le mode de vie
het eten
la nourriture
de openheid, de ruimdenkendheid
l’ouverture d’esprit
de repatriëring
le rapatriement
de terugbetaling
le remboursement
het verblijf
le séjour
zelfstandig
autonome
avontuurlijk
aventureux
tweetalig
bilingue
warm, hartelijk
chaleureux
Gekruid
épicé
onmisbaar, (absoluut) noodzakelijk
indispensable
onvergetelijk
inoubliable
taal-, linguïstisch
linguistique
verrassend
surprenant
ervaring opdoen
acquérir de l’expérience
tot het einde/uiterste gaan
aller jusqu’au bout
vrijwilligerswerk doen
faire du volontariat/du bénévolat
heimwee hebben
avoir le mal du pays (avoir le cafard = fam.)
de kosten dekken
couvrir les frais
een job/een stage in de wacht slepen
décrocher un job/un stage
je grenzen verleggen
dépasser ses limites
stage lopen
effectuer un stage
zich verstaanbaar maken
se faire comprendre
kennismaken met (een persoon)
faire de la connaissance de
zelfzeker worden
gagner de l’assurance
zijn koelbloedigheid bewaren
garder son sang-froid
op zich nemen, zorgen voor, voor zijn rekening nemen
prendre en charge
wennen aan
se faire à
zich op zij gemak voelen
se sentir à l’aise
in het buitenland leven
vivre à l’étranger
het eindexamen in het secundair onderwijs (Frankrijk)
le bac (calauréat)
de studiebeurs
la bourse d’études
een leerling van de eerste jaren secundair onderwijs (Frankrijk)
le collégien
het inschrijvingsgeld
le droits d’inscription
het openbaar onderwijs
l’enseignement public
het privé-onderwijs
l’enseignement privé
de vestiging, de instelling
l’établissement
de hogere studies
les études supérieures
de faculteit
la fac(ulté)
een leerling van de laatste jaren secundair (Frankrijk)
le lycéen(ne)
het laatste jaar secundair (België)
la rhéto(rique)
het laatste jaar secundair (Frankrijk)
la terminale
de universiteit
l’université
school-, onderwijs-
scolaire
een studiebeurs krijgen
obtenir une bourse
je laatst jaar secundair opnieuw doen
refaire sa rhéto