Voc F À Retenir Flashcards
De raad, het advies
Le conseil
Het vertrek
Le départ
De woonst, de slaapgelegenheid
Le logement
De korting
La réduction
De inlichting
Le renseignement, les infos
Het verblijf
Le séjour
De stage, de cursus, het kamp
Le stage
De wereldreis
Le tour du monde
Betaalbaar
Abordable
Heerlijk, bijzonder lekker
Délicieux, délicieuse
Landen
Atterrir
Ontwikkelen
Développer
Iemand vertrouwen
Faire confiance à quelqu’un / avoir confiance en
Aarzelen, twijfelen
Hésiter <> se méfier de
Logeren, overnachten
Loger
Vlot … praten
Parler couramment…
Reserveren
Réserver
Zich aanpassen aan
S’adapter à
Zich uit de slag trekken
Se débrouiller
Zich zorgen maken
Se faire du soucis
Zich vervelen
S’ennuyer
Verloren lopen, verkeerd rijden
Se perdre
Zich bezig houden met, zorgen voor
S’occuper de
Nauwelijks
À peine