Vetstofwisseling Flashcards
Welke vetten komen het meest voor in onze voeding?
triglycheriden
Het triglycheriden gehalte is hoog direct na de maaltijd.
Wat is het begin- en eindproduct van de vetstofwisseling?
Begin: triglycherides
Eind: CO2, H2O en ATP
Volgens welke stappen verloopt de vetstofwisseling?
triglycherides –> vetzuren –> acetyl CoA –> citroenzuurcyclus –> oxidatieve decarboxylering –> CO2, H2O, ATP
Wat is de bèta oxidatie?
Vetzuren worden omgezet in acetyl CoA.
Wat is de lipogenese?
Acetyl CoA wordt omgezet in vetzuren.
Het opbouwen van vetten. Wordt geremd door glucagon.
Wat is synthese prostaglandines?
Vetzuur wordt omgezet in prostaglandines.
Wat is verbranding van glycerol (= 1/2 glucose)?
Glycerol wordt omgezet in glyceraldehyde-3-P en vervolgt vervolgend de glycolyse.
Wat is makkelijker; vetten opslaan of glycerol opslaan?
Vetten opslaan is makkelijker.
Voor het opslaan van glycerol is veel water nodig, dus veel gewichtstoename.
Hoe gaan SCT uit het bloed?
Ze gaan direct het mitochondrium in.
Hoe gaan MCT uit het bloed?
Ze gaan via activering (+ co-enzym A) het membraan in.
Hoe gaat LCT uit het bloed?
Ze gaan via activering de carnitine shuttle in en vervolgens het membraan in.
Wat is vetmobilisatie?
Vetreserves worden afgebroken om te verbranden.
Wat is lipolyse?
De afbraak van vetten.
Dit vindt plaats in de mitochondriën.
Triglycheriden worden glycerol + 3 vetzuren.
Wanneer is het vetzuur gehalte in het bloed?
Bij bijvoorbeeld vasten. Vetzuren worden uit vetmassa gehaald en gebonden aan albumine. Dit wordt naar de vetcellen vervoerd.
Wat is een CAT-1 deficiëntie
Een stofwisselingsziekte waarbij er geen carnitine aanwezig is. Dit moet gesuppleerd worden.
Een SCT en MCT dieet + essentiele vetzuren suppleren.