toetsweek prgf 2 en 3

Question 1

bevolkingsdichtheid

Answer 1

Gemiddeld aantal inwoners per vierkante km

Question 2

dorp

Answer 2

een woonplaats met minder dan 50.000 inwoners per vierkante km

Question 3

forens

Answer 3

iemand die dagelijks heen en weer reist tussen woongemeentes en werkgemeente

Question 4

grootstedelijke functies

Answer 4

taken van een stad voor zijn inwoners en een groot gebied in de omgeving, zoals wonen, werken, recreëren, onderwijs en gezondheidomgeving

Question 5

industriële revolutie

Answer 5

grote veranderingen in west-europa in de 19e eeuw door de uitvinding van de stoommachine

Question 6

infrastructuur

Answer 6

alle bovengrondse en ondergrondse verbindingen, zoals wegen, havens, spoorlijnen en kabels

Question 7

re-urbanisatie

Answer 7

vanuit de dorpen opnieuw naar de stad verhuizen

Question 8

suburbanisatie

Answer 8

trek van de stad naar het platteland

Question 9

urbanisatie

Answer 9

trek van het platteland naar de stad

Question 10

verpaupering

Answer 10

achteruittgang van een stadswijk

Question 11

verstedelijking

Answer 11

trek van het platteland naar de stad

Question 12

voorzieningen

Answer 12

plekken waar diensten aangeboden worden waar alle mensen in een gebied gebruik van kunnen maken.

Question 13

arbeiderswijk

Answer 13

een wijk die in de 19e eeuw dicht bij het stadscentrum werd gebouwd met kleine woningen voor fabrieksarbeiders

Question 14

binnenstad

Answer 14

Het oudste deel van de stad dat gebouwd is voor 1870

Question 15

naoorlogse wijk

Answer 15

Wijk die gebouwd is na de tweede wereldoorlog met veel hoogbouw

Question 16

nieuwbouw wijk

Answer 16

wijk aan de rand van de stad met verschillende bouwstijlen en veel ruimte en groen

Question 17

vooroorlogse wijk

Answer 17

Arbeiderswijk die door de overheid aan de stadsrand gebouwd is tussen 1910 en 1940 met veel groen

Question 18

stadscentrum

Answer 18

het hart van de stad waar vooral winkels, kantoren en uitgaansmogelijkheden zijn