Thema 9 Flashcards

1
Q

Van wie krijgt de Farao zijn macht?

A

Van de god Re

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De Farao dient de goden

A

houdt de schepping in stand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De Farao regeert de mensen

A

brengt de orde tot stand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Natuurlijke orde

A

-overstroming nijl
-geen misoogsten
-geen ziektes uitbraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Dynastie

A

Opeenvolging van politieke leiders die tot eenzelfde famillie behoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Propaganda

A

Politieke leiders stellen zich voor anders dan ze zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Centralisatie

A

Het beoefenen van de macht vanuit een persoon of/en een plaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Farao vergoedt medewerkers met:
Wie leverde ze:

A

belastingen in natura
het gewone volk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Voorbeeld hierarchische structuur

A

school, leger, bedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke twee bijdragen leverde het gewone volk aan de politieke organisatie van egypte?

A

Belastingen in Natura
Arbeid voor de grote mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom zijn er weinig geschreven bronnen van het gewone volk?

A

Ze konden niet lezen en schrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly