thema 4 Flashcards

1
Q

verandering in iemands levensstijl

A

bv.
van hulpeloos, onzeker en bedroefd
naar
gelukkig, opgewekt en zelfverzekerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe geven de mensen van het circus hoop aan Will?

A

Ze lieten zien dat een ander leven ook mogelijk was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verklaring titel Butterfly circus

A

In het eerste deel van de film leek Will op een rups.

Dankzij de circusdirecteur en zijn vrienden ontpopt hij stilaan tot een prachtige vlinder en wordt hij fier op zichzelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

omschrijving begrip ‘inspiratie’

A

inspiratie geeft mensen de kracht om van hun leven iets zinvols te maken waardoor ze zelf en andere gelukkig worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een citaat dat mij inspireert en waarom

A

Kom naar mij als je moe bent en onder zorgen gebukt gaat.
Ik zal je rust geven

omdat: ik vind het ook belangrijk dat mensen weten dat ze ook naar mij kunnen komen als er iets is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

een verhaal dat mij inspireert en waarom

A

De barmhartige Samaritaan

omdat: ik vind dat mensen elkaar meer moeten helpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Jezus

A
  • word gevolgd door veel mensen
  • zegent de kinderen
  • stelt zijn leerlingen gerust dat ze niet voor niets alles hebben opgegeven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Grote groep mensen met veel zieken

A
  • volgen Jezus
  • hopen dat hij de zieken geneest
  • brengen ook hun kinderen naar Jezus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Farizeeën

A
  • stellen Jezus op de proef

- willen hem beschuldigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De leerlingen (met Petrus)

A
  • willen de kinderen wegsturen

- zijn ongerust en vragen zich af of ze niet voor niets alles hebben opgegeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Mensen met hun kinderen

A
  • willen dat Jezus hen zegent

- vragen dat Jezus voor hen bidt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De rijke jongeman

A
  • vraagt aan Jezus wat hij moet doen om gelukkig te zijn
  • zegt dat hij zich altijd aan de wetten heeft gehouden
  • wordt verdrietig omdat Jezus zegt dat hij alles moet verkopen wat hij bezit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe gaat Jezus om met de rijke jongeman

A

Waar de farizeeën en de rijke jongeman overtuigd zijn dat ze het goed doen, draait Jezus het helemaal om.
Voor hem telt het niet of je alle wetten nauwgezet volgt, maar wel of je een hart hebt voor armen, zieken en kinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

een inspiratie voor mij is

A

mijn mama omdat ze altijd super lief voor mij is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly