thema 3 woordenschat extra Flashcards
taalactief
iemand iets verkopen wat hij of zij eigenlijk niet wil hebben
aansmeren
een speld met woorden of een afbeelding
de button
een riem
de ceintuur
je dacht dat iets makkelijk zou gaan,maar het mislukt toch
de kous op de kop krijgen
alle kleren die je hebt
de gardrobe
een ketting die je als versiering om je hals draagt
de halsketting
ruimte bezet houden
in beslag nemen
als je even niet meer kunt praten
sprakeloos
mooier maken
verfraaien
met iemand afspreken dat diegene een belonong krijgt die gelijk heeft
wedden
als je zomaar iets kiest
willekeurig
als iemand precies komt op het moment dat je hem nodig hebt
als geroepen komen
heel erg mooi
beeldschoon
sierlijk, smaakvol.ze heeft een elegant jurk aan
elegant
iemand die heel veel praat of kletst
de kletksous
te strak zitten bijvoorbeeld> de halsband knelt
knellen
als kleding erg los om je lichaam hangt
lubberen
mensen die allemaal bij hetzelfde bedrijf werken
het personeel
een wijde jurk die als een zak om je heen hangt
de soepjurk
smakeloos
stijloos
Met mensen aan boord
bemand
Een van iets waar er meer van zijn.
het exemplaar
als iets zo belangrijks is dat mensen het later zullen onthouden.
historisch
als een raket omhoog wordt geschoten
de lancering