thema 3 woordenschat extra Flashcards

taalactief

1
Q

iemand iets verkopen wat hij of zij eigenlijk niet wil hebben

A

aansmeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

een speld met woorden of een afbeelding

A

de button

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

een riem

A

de ceintuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

je dacht dat iets makkelijk zou gaan,maar het mislukt toch

A

de kous op de kop krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

alle kleren die je hebt

A

de gardrobe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

een ketting die je als versiering om je hals draagt

A

de halsketting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ruimte bezet houden

A

in beslag nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

als je even niet meer kunt praten

A

sprakeloos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

mooier maken

A

verfraaien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

met iemand afspreken dat diegene een belonong krijgt die gelijk heeft

A

wedden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

als je zomaar iets kiest

A

willekeurig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

als iemand precies komt op het moment dat je hem nodig hebt

A

als geroepen komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

heel erg mooi

A

beeldschoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

sierlijk, smaakvol.ze heeft een elegant jurk aan

A

elegant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

iemand die heel veel praat of kletst

A

de kletksous

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

te strak zitten bijvoorbeeld> de halsband knelt

17
Q

als kleding erg los om je lichaam hangt

18
Q

mensen die allemaal bij hetzelfde bedrijf werken

A

het personeel

19
Q

een wijde jurk die als een zak om je heen hangt

A

de soepjurk

20
Q

smakeloos

21
Q

Met mensen aan boord

22
Q

Een van iets waar er meer van zijn.

A

het exemplaar

23
Q

als iets zo belangrijks is dat mensen het later zullen onthouden.

A

historisch

24
Q

als een raket omhoog wordt geschoten

A

de lancering

25
als iets je een blij of verdrietig gevoel geeft omdat je het mooi of zielig vindt
ontroerd
26
opeens,plotseling.
onverwacht
27
een toestel dat door de ruimte reist om dingen te onderzoeken
de ruimtecapsule
28
iemand die door de ruimte reist
de ruimte vaarder
29
een reis door de ruimte
de ruimtevlucht
30
een toestel dat in de ruimte om de aarde draait
satelliet