thema 3 Flashcards

1
Q

wat houdt persoonlijk leiderschap in?

A
  • er bestaat een link tussen zelfkennis en leiderschap
  • te maken met wie je bent
  • leiding geven aan onszelf en aan onze omgeving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wie zijn de jezuïeten?

A
  • de Sociëteit van Jezus
  • uit de 17e eeuw
  • meest invloedrijke kloosterorden ter wereld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verhaal Chris Lowney

A
  • leefde eerst als Jezuïet -> kreeg religieuze roeping waardoor hij in het bedrijfsleven stapte
  • starte met peerevaluaties + andere ‘vernieuwende’ evaluaties die eigenlijk niet zo nieuw waren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

4 pijlers ignatiaans leiderschap

A
  • zelfbewustzijn
  • vindingrijkheid
  • liefde
  • Heroïsme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke inhoud gaf Chris Lowney aan pijler van zelfbewustzijn?

A

sterktes en zwaktes leren kennen en zelfevaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke inhoud gaf Chris Lowney aan pijler van vindingrijkheid

A

flexibiliteit + creativiteit + out of the box denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke inhoud gaf Chris Lowney aan pijler van liefde

A

talent zien in iedereen + talent doen aarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke inhoud gaf Chris Lowney aan pijler van heroïsme

A

willen uitblinken + doelen die groter zijn dan je eigen ego

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat bedoelt Chris Lowney met the switch on the inside?

A

de beslissing om als leider op te treden moet voor een individu bepaald worden door die individu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

voorbeeld gezag

A

een dirigent heeft autoriteit door geloof in wederzijds kunnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

voorbeeld macht

A

een politieagent heeft autoriteit op basis van zijn uniform

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

gezag

A

hierbij is er sprake van vrijwillige onderwerping en gedeeld geloof in een externe bron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

macht

A

hierbij is er sprake van een gedwongen onderwerping

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

gezachscrisis

A

het gemeenschappelijk draagvlak wordt geschonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

machtsmisbruik

A

het misbruiken van je macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

democratie

A

brede inspraak door verschillende afdelingen van een organisatie

17
Q

decentralisatie

A

eigen kleur, eigen autonomie of zelfstandigheid door het ontbreken van een centraal gezag dat alles van bovenaf aan de afdeling oplegt

18
Q

voorbeeld van kwetsbaarheid

A

onrust, mogelijk veroorzaakt door liefdesverdiet

19
Q

welke van de vier ignatiaanse pijlers van de jezuïten spelen ook een rol in benedictijnse ‘deemoed’ (nederigheid) en benedictijnse ladder

A

zelfbewustzijn -> deemoed

heroïsme -> benedictijnse ladder + waarschuwt ook voor overmoed

20
Q

de ander zal mij een zorg wezen!

A

antipathie

21
Q

ik ben ook maar een mens!

A

middelmatigheid

22
Q

ik zal verdomme echt zeggen wat ik denk!

A

woed

23
Q

mag ik ook eens twijfelen a.u.b?

A

wankelmoedigheid

24
Q

foert, ik wil een steen verleggen!

A

ongehoorzaamheid

25
Q

ik zeg niet altijd wat ik denk (of ik zeg het achter de rug)!

A

hypocrisie