thema 10 Flashcards
wat zijn de 4 verschillende kenmerken van het fysiotherapeutisch methodisch handelen
doelgericht, bewust, systematisch, procesmatig
De Beer Schiet Piet
wat zijn de verschillende vormen van best practice
best evidence = wetenschappelijke waarden van de testen
clinical expertise = eigen ervaring met bepaalde aandoeningen of testen
patient values = het rekening houden met de informatie en waarden van de patient
waar bestaat het therapeutisch proces uit
behandelplan
behandeling
evaluatie
afsluiting
wat zijn de verschillende uitkomsten bij een screening
bekend patroon onbekend patroon bekend patroon, 1 of meerdere afwijkende symptomen bekend patroon, afwijkend beloop aanwezigheid 1 of meerdere rode vlaggen
wat zijn de doelen van een screening
doelen van een screening
- is de patient pluis of niet pluis
- ben jij de juiste zorgaanbieder
- identificeren rode vlaggen –> radiculair beeld
- kijken naar het patroon en beloop
wat valt onder diagnosticeren
het onderbrengen van een symptomencomplex in een ziekteklasse
een proces waarbij gewonnen gegevens worden omgezet in de namen van ziekten, stoornissen, beperkingen en paticipatieproblemen
wat zijn de 4 strategieën van probleemoplossing
hypothetico-deductieve benadering
patroonherkenning
algoritme of belsisboom
verzamelmethode
wat zijn de voor en nadelen van de 4 verschillende strategieen van probleemoplossing
hypothetico-deductieve benadering: het opstellen van hypothese’s en op basis hiervan het onderzoek starten
voordelen: er kan snel een diagnose gesteld worden
nadelen: in het begin worden er meerdere opties open gehouden, het is van belang te starten met de meest aannemelijke hypothese
patroonherkenning: een probleem herkennen op basis van expertise of ervaring
voordelen: er kan snel een diagnose gesteld worden
nadeel: er worden enkel verschijnselen herkend die passen bij een bekend probleem, kans op het stellen van een foute diagnose
algoritme of beslisboom: werken naar aanleiding van een stappenplan.
voordelen: kan helpen bij besluitvorming
nadelen: er zijn maar weinig complete en gedetailleerde beslisbomen aanwezig
verzamelmethode: naar aanleiding van alle informatie die je hebt verkregen een diagnose stellen
voordelen: levert veel informatie op, mijn onbekend probleem een goede manier om het onderzoeksproces volledig te doorlopen.
nadeel: kost veel tijd en vaak kan je niet zoveel informatie verzamelen zonder al hypothesen te gaan opstellen, niet methodische wijze van handelen
wat zijn de categorieën van een anamnese
Personalia hulpvraag gezondheidsprobleem, historie en beloop, invloeden op het probleem relatie met vroegere problemen behandeling en resultaten, restricties en adviezen contra-indicaties individuele omstandigheden verwachtingen lekenoordeel oplossingen van de patient.
wat houden de begrippen initiele hypothese en PIP en NPIP’s in
initiele hypothese: de eerste hypotheses die je maakt op basis van de verwijzing, op grond hiervan worden de anamnese en aanvullend onderzoek ingezet.
PIP’s: patient identified problems, alles wat de patient vertelt
NPIP’s: non patient identified problems, interpretatie van de therapeut —> meetinstrument
wat is het model van Cott
model van Cott: beschrijft de bewegings-re-adaptie die de kennis van de pathologie inlijft en rekening houdt met de fysieke, sociale en psychologische factoren.
het model van Cott kijkt naar
- Hulpvraag (prefered movement capacity)
- Huidige niveau (current movement capacity)
- Maximaal haalbare niveau (maximal achievable movement potential)
wat zijn de onderdelen van het oriënterend onderzoek
- anamnese
- activiteit(en) onderzoek —> ADL onderzoek
- inspectie en oriënterende palpatie
- actief onderzoek
- passief onderzoek
- weerstand onderzoek
- specifiek myogeen onderzoek —> oriënterende spierlengte testen
wat is de inhoud van de fysiotherapeutische diagnose
Leeftijd + contactreden patiënt (PIP/NPIP/Hulpvraag)
Gezondheidsprobleem qua aard (ICF), beloop (tijdslijn) en prognose:
onderliggende medische factoren
externe/omgevings factoren
persoonlijke factoren
Tijdslijn (beloop van het herstel, vb bindweefsel hersteltijd)
Te verwachten herstel(prognose)
waarvoor dient de fysiotherapeutische diagnose
1.Communicatiemiddel:
Tussen fysiotherapeuten onderling (ziekte, overleg)
Tussen fysiotherapeuten en mensen in aanverwante beroepen
Tussen fysiotherapeut en patiënt
- Ten behoeve van effect onderzoek fysiotherapie
- Basis voor de indicatie, de kern van het gezondheidsprobleem, de prognose en het behandelplan
wat zijn de onderdelen van het behandelplan
Behandeldoelen: hoofd- en tussendoelen; Verrichtingen: soort en vorm Werkwijze Relatie tussendoelen en verrichtingen Fasering van verrichtingen Aantal, duur en frequentie van sessies Geschatte duur van behandelepisode Taken van patient en fysiotherapeut Afspraken met andere zorgverleners