Thema 1: Op Expeditie Flashcards

1
Q

Noem de 7 werelddelen

A

Afrika, Antarctica, Azië, Europa, Noord-Amerika, Oceanië, Zuid-Amerika

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem de 7 continenten

A

Afrika, Antarctica, Australië, Eurazië, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Zeelandië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen een continent en een werelddeel?

A

Een continent is een grote landmassa omgeven door water; werelddelen zijn op andere manieren, onder andere cultuur en politiek, gescheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

A

Weer is de neerslag of het gebrek er aan op een korte periode, klimaat is de verandering in neerslag en temperatuur in een bepaald gebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de twee parameters van het klimaat?

A

Het klimaat is afhankelijk van neerslag en temperatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent de afkorting “T” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent de afkorting “Tw” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Temperatuur warmste maand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat betekent de afkorting “Tk” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Temperatuur koudste maand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent de afkorting “Tj” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Gemiddelde jaartemperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat betekent de afkorting “N” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Neerslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat betekent de afkorting “Nj” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Jaarlijkse neerslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat betekent de afkorting “Nw” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Neerslag in de winter (koude maanden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat betekent de afkorting “Nz” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Neerslag in de zomer (warme maanden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat betekent de afkorting “D” bij het bestuderen van klimatogrammen?

A

Droge maand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly