Thema 1 Basisstof 4 Flashcards

1
Q

Wat zijn de verschillende typen ontwikkeling bij de mens?

A
  • Lichamelijke ontwikkeling: veranderingen in het lichaam
  • Geestelijke ontwikkeling: veranderingen van verstand, gevoelsleven en persoonlijkheid
  • Motorische ontwikkeling: leren van bewegingen

Deze typen ontwikkeling zijn essentieel voor het begrijpen van de menselijke groei en verandering door de levensfasen heen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem de levensfasen van de mens met bijbehorende leeftijden en kenmerken.

A
  • Baby: 0 tot 1½ jaar - groeispurt, afhankelijk van andere mensen
  • Peuter: 1½ tot 4 jaar - leert o.a. praten en lopen
  • Kleuter: 4 tot 6 jaar - leert o.a. fietsen, tekenen en samen spelen
  • Schoolkind: 6 tot 12 jaar - geestelijke ontwikkeling zoals lezen, schrijven en rekenen
  • Puber: 12 tot 16 jaar - groeispurt, sterke lichamelijke en geestelijke ontwikkeling, voortplantingsorganen beginnen te functioneren, gevoelens veranderen
  • Adolescent: 16 tot 21 jaar - wordt geheel zelfstandig
  • Volwassene: 21 tot 65 jaar
  • Oudere (bejaarde): boven 65 jaar - veel ouderen hebben hulp nodig

De leeftijden bij elke levensfase zijn gemiddelde leeftijden en kunnen variëren tussen individuen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een groeispurt?

A

Een periode van snelle groei

Groeispurten komen voor in verschillende levensfasen, met name in de baby- en puberjaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In welke levensfase leert een kind lopen en praten?

A

Peuter (1½ tot 4 jaar)

Dit is een cruciale fase voor de ontwikkeling van basiscommunicatie en motorische vaardigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een kenmerk van de puberteit?

A

Sterke lichamelijke en geestelijke ontwikkeling, voortplantingsorganen beginnen te functioneren

Dit is ook een periode waarin de emoties en stemmingen van jongeren sterk kunnen wisselen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de kenmerken van de adolescentie?

A

Een adolescent wordt geheel zelfstandig

Deze levensfase markeert de overgang naar volwassenheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de leeftijdsgrenzen voor de volwassenheid?

A

21 tot 65 jaar

Deze fase omvat de meeste productieve jaren van een individu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarin verschilt de levensduur van een levensfase tussen verschillende mensen?

A

Een levensfase duurt niet bij ieder mens even lang

Levensfasen zijn gemiddelden; individuele ervaringen kunnen sterk variëren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat leren kinderen in de kleuterfase?

A
  • Fietsen
  • Tekenen
  • Samen spelen

Deze activiteiten zijn belangrijk voor sociale interactie en motorische vaardigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar hebben veel ouderen (bejaarden) behoefte aan?

A

Hulp

Dit kan variëren van fysieke ondersteuning tot emotionele en sociale hulp.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly