te onthouden punten Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

wanneer is een psychische stoornis relevant in het strafrecht?

A
  • als reden voor schorsing
  • eerlijk proces
  • ontoerekeningsvatbaar
  • detentieongeschiktheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

stappen van beoordeling voor de rechter (volledig strafproces)

A
  1. bewijsvraag
  2. kwalificatievraag
  3. strafuitsluitingsgronden
  4. straf en of maatregel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn 2 strafuitsluitingsgronden?

A

schulduitsluitingsgrond: toerekenvatbaar?
rechtvaardigingsgrond: gedwongen in de situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat meet een forensische gedragsdeskundige niet?

A

de wilsvrijheid

de gevaartaxaties in algemene zin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn de vraagstellingen van het pj-rapportage? (5)

A
  1. aanleidingen te weigeren mee te doen aan t onderzoek?
  2. psychische stoornis aanwezig? welke diagnose?
  3. tijdens het plegen van het ten laste gelegde?
  4. PS effect op de gedragskeuze/ gedragingen tijdens ten laste gelegde?
  5. motiveer dit: welke manier? mate toerekeningsvatbaarheid?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

vraagstelling risicoanalyse (4)

A
  1. Verwachting residive risico
  2. wat zijn beschermende factoren?
  3. context, situaties en andere factoren?
  4. onderlinge beïnvloeding van deze factoren?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

soorten psychiatrisch onderzoek

A

Mono-, multi- , tripledisciplinair, klinisch in PFA, PBC observatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt onderzocht in het PBC?

A

Groepsobservatie (participerend), mileuonderzoek, psychologisch, psychiatrisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de route tot strafzitting?

A
  1. aanhouden. verhoor, inverzekeringstelling
  2. inbewaringstelling (gewongen opname)
  3. gevangenneming (rechtbank)
  4. gevangenhouding (rechtbank)
  5. strafzitting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

niveau’s van geweldincidenten en soort opname (4)

A

niveau 4: FPCcentrum
niveau 3: FPKliniek
niveau 2: FPAfdeling
niveau 1: besloten afdeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar staat het RNR-model voor?

A

Risk: risicomanagment
need: gericht op de criminele factoren
Responsitivity: op het individu afgestemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

betekenis good lives model

A

er zijn universele basisbehoeften. Bij daders zijn deze er niet of verkeerd vervult. De behanding helpt bij het leren van deze behoeften op prosociale manier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn voorspellers van fysiek geweldadig gedrag?

A

zelfbeschadiging, behandelduur, impulsiviteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn voorspellers voor herhaaldelijk fysiek agressief gedrag?

A

zelfbeschadiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

3 soorten agressie

A

micro agressie
verbale agressie
fysieke agressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

forensische zorg vs. psychische zorg?

A

FZ: strafrechtelijk kader
PZ: equivalentiebegrip

17
Q

PZ wordt verleend door PMO. Wie zitten hierin?

A

psycholoog, psychiater, verpleegkundige, huisarts, doorzorgfunctionaris.

18
Q

wat is een stepped care schema?

A

er wordt begonnen met de zwaarste variant van behandeling wanneer de dader die nodig heeft. Wanneer deze behandeling haar werking heeft gedaan, kan een variant met meer vrijheden worden uitgevoerd, uitlopend tot verlofmogelijkheden buiten de kliniek en eventueel verdere behandeling in een resocialisatieafdeling en forensische polikliniek. Gedurende dit hele traject wordt door de strafrechter de tbs meestal verlengd

19
Q

risico = …. x ….

A

verwachte ernst X verwachte frequentie

20
Q

soorten resocialisatie: 5 + functie van elke

A
  1. begeleid verlof: gericht op diagnostiek en behandeling
  2. onbegeleid verlof: toetsen betrouwbaarheid
  3. transmuraal verlof: verantwoordelijkheid toetsen + structuur
  4. proefverlof: reclasseringen (laatste fase kliniek)
  5. voorwaardelijk beïndigen: reclassering op de voorgrond
21
Q

de principes van behandeling en begeleiding

A

risicoprincipe: hoe groter hoe gestructureerder de zorg
behoefteprincipe: focus op de behoeftes die recidive vergroten
responsiviteitsprincipe: op individuele eigenschappen afgestemd
Behandelingsintegriteit: op bedoelde wijze uitvoeren
professionaliteitsprincipe: wettelijke voorwaarden

22
Q

wat zijn de twee vormen van herstelrecht en wat is het verschil ?

A

herstelbemiddeling (informeel, voor emotioneel herstel)

mediation (formeel, herstel schade, toekomst perspectief afspraken)

23
Q

wat zijn de rechten van slachtoffers van tbs-delicten

A

bijwonen verlengingszitting
spreekrecht verlengingszitting
info behandelingsstappen
behoeften over verlof aangeven