Tarea 1.1 Begroeten en afscheid nemen Flashcards
1
Q
Hola
A
Hallo
2
Q
Buenos días
A
Goedemorgen/goedendag (tot ca. 2 uur)
3
Q
Buenas tardes
A
Goedemiddag/goedenavond (tot ca. 11 uur)
4
Q
Buenas noches
A
Goedenacht
5
Q
Adiós
A
Doei
6
Q
Hasta luego
A
Tot ziens
7
Q
Hasta mañana
A
Tot morgen
8
Q
Hasta pronto
A
Tot snel
9
Q
¿Qué tal?
A
Alles goed?
10
Q
¿Cómo estás?
A
Hoe gaat het met jou?
11
Q
¿Cómo está?
A
Hoe gaat het met u?
12
Q
muy bien
A
heel goed
13
Q
bien
A
goed
14
Q
regular
A
het gaat wel
15
Q
mal
A
slecht