Synthesizers Flashcards

1
Q

Hoe wordt de klank van een synthesizer geproduceerd

A

Niet fysiek geproduceerd maar door een elektrische schakeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe komt een klank tot stand

A

-oscillator
-filter
-amplifier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Volgorde klank van begin tot einde

A

Input — oscillator — filter — amplifier — output

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een oscillator

A

Bron van de klank. Hier wordt de klank geproduceerd a.d.h.v geluidsgolven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoeveel oscillatoren heeft een synth

A

Min 1, meestal meerdere

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat kan je per oscillator instellen

A
  • frequentie
  • het octaaf
  • de golfvorm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De meest voorkomende basisgolven

A
  • sinusgolf (sine)
  • driehoeksgolf (triangle)
  • blokgolf (square)
  • zaagtand (sawtooth)

Kunnen ook gecombineerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe worden oscillatoren geproduceerd in een analoge synth

A

Door een elektrische schakeling. Wordt daarom ook VCO (voltage controlled oscillater) genoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Klinkt een bepaalde oscillator hetzelfde op alle synths of plug-ins

A

Nee, ze hebben elke hun eigen soort oscillator. Op elke synth gaat dit een beetje anders klinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Door wat wordt de oscillator beïnvloed

A

Door de filter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke filtertypes bestaan er

A
  • Low pass filter
  • High pass filter
  • Bandpass filter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doet een low pass filter

A

Filtert tonen boven een bepaalde frequentie weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doet een high pass filter

A

Filtert tonen onder een bepaalde frequentie weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat doet een bandpass filter

A

Filtert tonen boven en onder bepaalde frequenties weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de cutoff

A

Die bepaald hoever de filter open of dicht staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de resonance

A

De frequentie waar de ‘boost’ gegeven kan worden op de plaats waar de filter begint

17
Q

Wat doet een amplifier

A
  • heeft geen specifieke functie
  • maakt het geluid van de synth hoorbaar
    • wordt wel beïnvloed door de LFO of enveloppe, waardoor bepaalde effecten kunnen ontstaan zoal tremolo
18
Q

Wat doen envelopes, LFO en effecten

A

Basisklanken van synths, geproduceerd door de oscillator, aangepast door de filter en versterkt door de amplifier, kunnen we fine-tunen door “modulatie”

Modulatie = geautomatiseerde aanpassing gedurende een bepaalde tijd

19
Q

Wat doet een envelope of LFO

A

Automatisering van het proces om een functieknop handmatig open of toe te draaien

20
Q

Op wat kan modulatie toegepast worden

A

De filters, amplifiers en afhankelijk,van de synth of plugin kan je soms frequenties of andere parameters beïnvloeden

— achteraf kan je nog externe effecten toevoegen zoals gitaarpedalen, sommige synths hebben zelf ook ingebouwde effecten die typerend zijn voor synths

21
Q

Wat zijn de meest gebruikte envelopes

A

ADSR

22
Q

Wat is ADSR

A
  • attack
  • decay
  • sustain
  • release
23
Q

Wat houdt attack in

A

De tijd van uw minimum volume to de Max volume
—controleert het begin van de enveloppe = hoe lang het duurt voor de klank tot stand komt

24
Q

Wat houdt decay in

A

De tijd van je maximum level naar de sustain level
— bepaald hoe lang het duurt voor het sustain level bereikt wordt

25
Q

Wat houdt sustain in

A

De volume van de muziek
— bepaald hoe luid het volume is als je een lange tijd op de toets blijft drukken

26
Q

Wat houdt sustain in

A

De volume van de muziek
— bepaald hoe luid het volume is als je een lange tijd op de toets blijft drukken

27
Q

Wat houdt release in

A

De tijd van de toets loslaten tot de min volume
— controleert het einde van de enveloppe = hoelang de klank nog blijft doorklinken nadat de toets losgelaten is

28
Q

Wat controleerde de amplifier en wat de filter

A

Volume

Sterkte/hoeveelheid volume

29
Q

Wat is een LFO

A

Low Frequency Oscillator

Een oscillator dat trager beweegt dan hoorbaar is en constant in de achtergrond geproduceerd wordt. Hij wordt gebruikt net zoals enveloppes, om de filter en de amplifier te moduleren over een bepaalde tijdspanne

-zoals een gewone oscillator kan de golf vaak aangepast worden(sinus, driehoek, zaagtand, blok,…

LFO
= automatische hand die functieknop open en toe draait