Symptomen Neurologische aandoeningen Flashcards

1
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Soorten CVA

A

Ischemisch:

  • Voorbijgaand:
  • -TIA
  • -RIND
  • Blijvende letsels
  • -Progressive stroke
  • -Completed stroke

Hemorragisch:

  • Intracerebraal
  • -Apoplexie
  • -Lobair hematoom
  • Extra cerebraal
  • -SAB, Subarachnoïdale bloeding
  • -Subduraal hematoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch insult

A

Oorzaak: thrombose / embolie / stenose
meestal op de basis ve atheromateuze plaque op de grote cerebrale arterien
Bij 15% een TIA voorafgaand

-/S: Thrombose:
Uitval geleidelijk over tientallen minuten, in rust, 's morgens
Geen of zeer kort BWZverlies
Normale AH
Bleek gelaat
Snelle pols
Vaak TIA vooraf met dezelfde symtpomen

-/S: Embolie:
Plotse uitval over enkele minuten, bij inspanning
Plots en snel maar meestal kort BWZverlies
Vaak TIA vooraf met andere symtpomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

TIA
Transient Ischemic Attack

A

Plotse neurologische uitval

Volledig herstel binnen 24u

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

RIND
Reversible Ischemic Neurological Deficit

A

Plotse neurologische uitval

Volledig herstel na meer dan 24u en minder dan 7dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Progressive stroke

A

(ischemisch)

Gelijdelijke cerebrale uitval en tenslotte encephalomalacie/hersenverweking in het achterliggend hersenweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Completed stroke

A

(ischemisch)
Blijvende uitval die na een dieptepunt meestal nog een beetje verbeterd.
Tenslotte encephalomalacie/hersenverweking in het achterliggend hersenweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hemorragisch insult

A
Oorzaak: bloedvatruptuur
Trauma of meer specifieke oorzaken
/S: 
Bij inspanning
Hoofdpijn, braakneiging
Plots en snel BWZverlies 
Blazende en snurkende AH (stertoreuze AH)
Rood gelaat
Trage pols
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Intracerebrale apoplexie
beroerte / attack

A

Primaire CENTRALE bloeding middenin de hemisfeer: capsula interna : tractus corticospinalis
Oudere mensen met hypertensie
capsulolenticulaire bloedingen (knik in tractus corticospinalis)
Bloed in liquor
/S:
Plots en diep coma, meestal overlijden in de eerste 48u
Bij overleven: (letsel in dominante hemisfeer)
-Blijvende afasie
-Spastische hemibeeld (= hypoësthesie)
+ piramidaal syndroom = flexiecontractuur arm + extensieconractuur been
-Mictiestoornis (retentie of incontinentie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Intracerebraal lobair hematoom

A

Meer PERIFERE bloeding in de witte stof v meestal 1 hersenlob door kleine lokale vaatmisvorming
/S:
3 fasen:
- Plots ondiep coma met hemibeeld ifv plaats
- Daarna verbetering
- Na gemiddeld 1 week terug hemolyse vh hematoom met AAT (achteruitgang) door volumetoename vh RIP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Extracerebraal subarachnoïdale bloeding

A

= meningeale bloeding / SAB
Bloeding tss de 2 bladen vd arachnoïdea
90% bij jonge mensen
Ruptuur intracraniaal aneurysma
(Bij 25% waarschuwende kleine bloeding op voorhand)
/S:
Intense (!) hoofdpijn dat uitstraalt naar de nek met nadien subacuut coma / of acuut overlijden
bij 25%: blijvend discreet hemibeeld met diplopie
+ na 6u meningeale prikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Extracerebraal subduraal hematoom

A
Bloeding tss dura mater en arachnoïdea
Heel vaak posttraumatisch (vallen)
Zeer ernstig!
/S:
typische fasen:
1. Aspecifieke klachten: 
Hoofdpijn / somnolentie / psychische veranderingen(krikkel)
  1. Subacuut vrij plots hemibeeld -> BWZdaling -> evt eplilepsie aanval -> dieper coma + uitval -> hersenstamuitval

bij 10% bilateraal dus geen hemibeeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch:
A. carotis interna insufficiëntie

A
  1. Amaurosis fugax: vluchtige blindheid
  2. Fatische sympt: Spraakstoornissen
  3. Onvolledig syndroom v Horner: miose, ptose, enoftalmie
  4. Proportioneel hemibeeld (BL en OL in zelfde mate aangetast)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch:
A. vertebralis en/of A. basilaris-insufficiëntie

A
  1. Hersenstamstoornissen:
    BWZstoornissen, vitale centra= AH, BD, T° + craniale zenuwen
  2. Evt: cerebellum:
    Ataxie (dronkemansgang)
  3. Beide occipitaalkwabben:
    diplopie (dubbel zien)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch:
A. cerebri media

A

Niet proportioneel hemibeeld:
Hemiparese in arm is meestal meer uitgesproken dan in het been
Maaiende beweging met been + arm in draagdoek

Heel veel voorkomend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch:
A. cerebri anterior

A

Psychische stoornissen (gedrag)

Niet proportioneel hemibeeld:
Hemiparese in been is meestal meer uitgesproken dan in arm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ischemisch:
A. cerebri posterior

A

Anopsie: bilaterale gezichtsuitval
of
Homonieme hemianopsie: halfzijdige gezichtsuitval
= amaurosis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Purulente meningitis

A

Vnl: neisseria menigitidis (meningokok) of pneumokok of haemophilus influenza B
/S:
Meestal geen uitval, met 2 uitzonderingen:
-meningokok: Waterhouse-Fridericksen-syndroom
-pneumokok: (soms blijvende) uitval n viii, doofheid + motorische onrust + evt status epilepticus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Waterhouse-Fridericksen syndroom

A

Toxische shock door meningokokken en kleine embolen van geïnfecteerd materiaal = meningokokkenaggregaten + WBC + bloedplaatjes
waardoor er petechieën ontstaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Niet-purulente meningitis
Acute vorm

A

Virale vorm

Meestal geen neurologische uitval, evolueert gunstig na 1-2 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Niet-purulente meningitis
Chronische vorm

A

TBC bacterie, parasiet: toxoplasma gondii, schimmel

Wél neurologische uitval - coma - overlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Algemene symptomen Meningitis

A
  1. Infectieus syndroom (koorts, alg malaise, nauseau, tachycardie, tachypnee)
  2. Meningeaal syndroom (hoofdpijn, braken, rugpijn, fotofobie, nekstijfheid)
  3. Cerebrale prikkeling (verwardheid, hallucinaties, hyperreflexie, convulsies)
    OF Cerebrale uitval (verlamming, visusverlies, afasie, BWZverlies, coma)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Soorten encephalitis

A

Subacuut: viraal
Chronisch: congenitaal door toxoplasmose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Algemene symptomen Encephalitis

A

(=meningisme)
1. Infectieus syndroom (koorts, alg malaise, nausea, tachycardie, tachypnee)

  1. Bewustzijnsvermindering!!!
  2. Meningeaal syndroom (hoofdpijn, braken, rugpijn, fotofobie, nekstijfheid)
  3. Cerebrale prikkeling (verwardheid, hallucinaties, hyperreflexie, convulsies)
    OF Cerebrale uitval (verlamming, visusverlies, afasie, BWZverlies, coma)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hersentumoren

A

Altijd:
1. SYNDROOM V INTRACRANIALE HYPERTENSIE:
Hardnekkige (ochtend)hoofdpijn en ochtendbraken, BWZ daling, psychische veranderingen, diplopie

Meestal:
2. Laattijdig FOCAAL SYNDROOM: 
Afh v localisatie v tumor
\+ cerebrale prikkeling of uitval
\+ bijna altijd epileptische aanvallen 

(+ per tumor gerelateerde symptomen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Frontale tumor

A

Psychische en motorische stoornissen + motorische afasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Temporale tumor

A

Sensoriële afasie (wernicke), psychische verschijnselen, auditieve hallucinaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Parietale tumor

A

Sensibele stoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Occipitale tumor

A

Visus stoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Thalamus tumor

A

Thalamussyndroom met contralaterale gevoelsstoornissen en thalamische hyperpathie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hypothalamus stoornis

A

Hypothalamussyndroom met psychische stoornissen
Diabetes insipidus
Metabolismestoornissen
Afwijking in groei en sexuele rijping
Gestoorde thermoregulatie en AH, BD, zweetsecretie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hypofyse tumor

A

Chiasmasyndroom (bitemporale hemianopsie)

Endocriene stoornissen

32
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Cerebellum tumor

A

Hemisfeersyndroom: lateraalsyndroom: motorische homolaterale hemi-ataxie, dysmetrie, asynergie en adiadochokinese

Vermissyndroom: middellijnssyndroom: locomotorische ataxie (dronkenmansgang)

Intentietremor
Spierstroefheid
Evenwichtsverlies bij sluiten ogen
Nystagmus

33
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hersenstam tumor

A

Psychische stoornissen: BWZstoornis
Motorische stoornissen: hemiplegia alternans
Hemianesthesie alternans
Hersenzenuwafwijkingen

34
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Brughoek tumor
tussen pons en cerebellum
acusticusneurinoom

A

Gehoorstoornissen en doofheid

Evenwichtsstoornissen

35
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Focale epilepsie
Jacksonaanvallen
Eenvoudige partiële aanvallen

A

Enkel motorische verschijnselen OF sensibele verschijnselen

Daarna binnen enkele minuten geleidelijke uitbreiding naar de volledige lichaamshelft waardoor

Nadien soms een tijdelijke parese OF gevoelsstoornis

36
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Focale epilepsie
Complexe partiële aanvallen

A

Psychische EN motorische aanvallen
Aura:
-psychische verschijnselen: plotse angst, deterioratie, dromen
-zintuiglijke sensaties: reuk, smaak, zicht, geluid
-vegetatieve verschijnselen: gevoel van onwelzijn

+daarna:
langer durende BWZdaling met mondbewegingen en routinehandelingen (wassen)

+ volledige retrograde amnesie

37
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Gegeneraliseerde epilepsie
Convulsieve gegeneraliseerde epileptische aanvallen
Tonisch-clonische aanval
Grand-mal

A

Bij 10% prodromale fase (prikkelbaar + kleine spierschokjes.
zz: aura (enkele minuten)
-Tonische fase: 10 - 30 sec
Peracuut BWZ verlies + tonische contractie van alle spieren (epileptische gil)
-Clonische fase: 30 - 60 sec
Afwisselende stuiptrekkingen + bijna totale verslapping met progressief langere pauzes tussenin
Rood-paars gezicht
Ogen open, pupillen lichtstijf mydriase
Babinskyreflex
Urine-incontinentie
Vegetatieve tekens
-Coma: 4 min
Spierrelaxatie, hyperventilatie, terug normale huidskleur
-Diepe slaap
-Kortdurende desoriëntatie en uitputting

38
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Gegeneraliseerde epilepsie
Convulsieve gegeneraliseerde epileptische aanvallen
Febriele convulsies
Hyperthermische stuipen
Gelegenheids insult altijd geinduceerd door koorts

A
  • bij 3% vd kids tss 6m en 4j
  • 1 aanval per koortsperiode, vaak ‘s avonds, max 15min
  • Geen neurologische uitval nadien
  • na 10dagen nrml EEG
  • familiale voorbeschikdheid
39
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Gegeneraliseerde epilepsie
Niet convulsieve gegeneraliseerde epileptische aanvallen
Absences
Petit mal

A
  • kids tss 4 - 12j + verdwijnt spontaan vanaf puberteit
  • Dagelijks verschillende kortdurende aanvallen 20-40
  • BWZdaling:
    Plotse stop activiteit
    Wazige ogen, draaien omhoog
    Myoclonie v oogleden of mond
    Plotse stop aanval en activiteit herzet
40
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Gegeneraliseerde epilepsie
Niet convulsieve gegeneraliseerde epileptische aanvallen
Myoclonieën
Juveniele myoclonus-epilepsie
Impulsief petit mal
A

Begint rond puberteit
Vooral 1-2u na ontwaken
Kortdurend hevig spierschokken (vooral BL)
Tonusverlies, evt val

41
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Multiple Sclerose
MS

A
  1. Visusstoornissen: (tijdelijk) Centraal scotoom
  2. Sensibele stoornissen: kortdurende paresthesieën +
    nadien bij 90% trage progressie gestoorde fijne tast en bewuste proprioceptie vanaf voet over heel OL
  3. Motorische verschijnselen: struikelen, niet snel stappen, snel moe bij stappen en nadien bij 90% een volledig piramidaal syndroom (spastische parese/paralyse) met vaak unilaterale beperkte aantasting ve BL (2benen/1arm)
  4. Cerebellaire verschijnselen: Coordinatiestoornissen (ataxie), intentietremor, dysarthrie, nystagmus
  5. Hersenstamstoornissen: diplopie + draaiduizeligheid
  6. Mictiestoornissen: incontinentie of retentie
42
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ziekte v Parkinson
Idiopathisch parkinsonisme
HyPOkinetisch rigied syndroom

A

1e teken: Verminderd meebewegen v 1 of beide BL bij het stappen
Later rusttremor (fijn of grof) handen - kin - tong - hoofd (verdwijnt deels bij activiteit)
Tenslotte: hypokinesie en rigiditeit: micrografie, maskergelaat, kleine stapjes, propulsie, flexiecontracturen
Verder wisselende dysarthrie

43
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Chorea v Huntington
Chorea chronica
HyPERkinetisch dystoon syndroom

A

Choreatische bewegingen
Dementie
Persoonlijkheidsstoornissen

44
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

NCD

A

60% ziekte v Alzheimer
15% Lewy Body
5% Vasculaire NCD

45
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Ziekte v Alzheimer DAT
Dementie vh Alzheimer Type

A

Sluipend begin + continu degressief verloop met geleidelijke achteruitgang in geheugen en leervermogen zonder stabiele fasen

46
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Lewy body dementie
LBD

A

Eerste tekens tss 50 - 80j, levensverwachting 6-12j na vaststelling
Combi v denk en bewegingsstoornissen
-Gedetailleerde visuele hallucinaties
-Fluctuerende cognitieve functies
-Wisselende aandacht of BWZ en Parkonisme

slaapstoornis, overgevoeligheid neuroleptica

47
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Vasculaire NCD

A

door ischemie
Stapsgewijze achteruitgang vd hersenfunctie met telkens plots en beperkt weefselverlies en hersenfunctieverlies
Aantasting grijze stof: globale cognitieve aftakeling
Aantasting witte stof: loopstoornissen, parkinsonisme, urineincontinentie, traagheid infoverwerking

48
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Craniocerebrale traumata
Schedelfractuur
Lineaire fractuur

A
Tijdelijke schedelmisvorming
Evt ruptuur bloedvat waardoor locaal hematoom
CAVE Brilhematoom (bilateraal orbitaal) of hematoom achter het mastoïd
49
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Craniocerebrale traumata
Schedelfractuur
Impressiefractuur

A

Deel v schedelbot word 1schedeldikte naar binnen verplaatst
Locale hersencontusie + vaak meningeale scheuren
CAVE meningitis bij os ethmoidale en os temporale (open verbinding neus of oor -> liquoree)

50
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Craniocerebrale traumata
Schedelfractuur
Schedelbasisfractuur

A

CAVE hersenzenuwuitval
Na uren locaal hematoom
Vaak samen met contusio of commotio

51
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Vasculaire letsels hersenen
Epidurale hematoom

A
  1. Kortdurend BWZverlies
  2. Intervallum lucidum (MAX 8u)
  3. Neurologische stoornissen
52
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Vasculaire letsels hersenen
Subduraal hematoom

A

Acuut:

  1. GEEN intervallum lucidum
  2. Achteruitgang van zowel het bewustzijn
  3. en de motorische reacties

Chronisch:

  1. Langdurig intervallum lucidum
  2. Aspecifieke klachten
  3. Uitvalsverschijnselen
53
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hersenparenchymletsels
Diffuse commotio cerebri

A

NOOIT UITVAL

  1. Kortdurend BWZverlies (max 15min)
  2. Retrograde amnesie
  3. Posttraumatische amnesie PTA

(+max 2maand geheugenstoornissen)

54
Q

1.5 Neurologische aandoeningen vh encephalon

Hersenparenchymletsels
Contusio cerebri

(focale hersenlaesie)

A
  1. Comateuze toestand
  2. Onmiddellijk focale uitvalsverschijnselen
  3. Intracraniale hypertensie (door de bloedingen)

(hersendood bij bloeding in hersenstam –> orgaandonoren)

55
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Myelomalacie

A
(= Ischemie)
Acute hevige rugpijn
Motorische uitval
Gestoorde pijnzin 
Gestoorde temperatuurzin
56
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Spontane spinale bloedingen

A

(=Hemorragisch)

Acute hevige rugpijn

57
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Poliomyelitis anterior acuta

A
  1. Kortdurend infectieus syndroom (GI-last, koorts)
  2. Daarna meestal subklinische infectie vh CZS bij 2% menigeaal syndroom
  3. Verlammingsfase: 10 dagen (spierpijn, fasciculaties, paralyse OL: hypotone verlamming met areflexie en spieratrofie)
  4. Regressiefase: weken tot maanden met geleidelijke verdwijning vd verlammingen na +/- 6 weken
  5. Sekwelfase: Zeer langdurige revalidatie met adaptatie ad gestoorde spierfunctie
58
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Herpes Zoster
Zona
Gordelroos

A

Prodromale fase: met koorts, hoofdpijn, malaise, adenopathieën
Daarna jeuk, paresthesieën op pijn in een dermatoom
na 2 dagen gegroepeerde vesikels op een erythemaeuze bodem
Na 1-4 weken uitdroging vd vesikels

+kleine huidlittekens en veranderde huidsensibiliteit

59
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Tetanus
Kaakklem
2 soorten

A

Locale:
spierkramp rondom wonde

Veralgemeende:
Pijn, spierstijfheid
Tonisch spierkrampen eerst aangezicht (trismus, risus sardonicus), later romp (opisthotonus) met normaal BWZ

60
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Amyotrofe LateraalSclerose
ALS

A

Motorische stoornissen (normale sensibiliteit) - degeneratie vd zenuwen
1. begin:
Progressieve spinale spieratrofie =
Voorhoornsyndroom:
cervicale assymetrische aantasting vd bovenste lidmaten (fasciculaties, spierkrampen na inspanning) vaak in 1 hand eerst
+ Piramidaal syndroom:
Babinskyreflex + normale peesreflexen in de atrofische spieren

  1. later:
    Hersenstamprobleem
    Progressieve bulbaire paralyse = aantasting motorische hersenstamkernen, met slik-, spraak- en AHstoorn.
  2. Na max 4j sterven aan AH problemen of slikpneumonie, tenzij kunstmatige beademing
61
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Traumata vh ruggenmerg
Volledige dwarslaesie

A

Bij totale RM-letsels
Volledige uitval motoriek, sensibiliteit en reflexen onder het niveau vh letsels
Eerste dagen posttraumatisch verlamde darmperistaltiek, waardoor parenterale voeding
Eerste weken PT mogelijks fatale verwikkelingen

62
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Traumata vh ruggenmerg
Partiële dwarslaesie

A

Ernstige maar onvolledige RM letsels waarbij PT rugpijn of nekpijn en nadien gelijdelijk optrendende paraparese/plegie

63
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Traumata vh ruggenmerg
Lage RM letsels

A

Mictie-/ defecatie stoornissen
Sensibiliteitsstoornissen in het rijbroekgebied

Evt. aantasting conus en quanda equina

64
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Traumata vh ruggenmerg
Hoge RM letsels

A

Tetra(quadri)parese / plegie

65
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Traumata vh ruggenmerg
RM letsels boven C5

A

Diafragmadysfunctie, met meestal fatale ventilatiestoornissen

66
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Spina bifida occulta
Open rugje

A

Met huid bedekt defect, maar huidafwijkingen zoals haar, pigmentvlek, fistel.
Door bindweefselstrengen tss huide en duramater koker.

67
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Spina bifida aperta

A

Geen huidbedekking:

  • 10% meningocoele: zakvorming uitpuilende RM vliezen (spina bifida cystica)
  • 90% meningomyelocoele: uitstulping van meningen, liquor en ruggenmerg

Hieronder volledige medullaire dwarslaesie met slappe paraplegie, gevoelsstoornissen, sfincterverlamming

68
Q

1.6 Neurologische aandoeningen vh ruggenmerg

Syringomyelie

A

Begin:
Parese en atrofie BL
Segmentele en meestal bilaterale uitval v pijn- en tempzin in BL + areflexie vd BL bij 40% neuropathie BL

Daarna uitbreiding naar zijhoorn= symptaticus -> verschillende autonome stoornissen (orthostatisme, Horner)

Daarna grotere cyste, aantasting piramidebaan en achterstreng in BL en OL

Tenslotte uitbreiding nr bulbus = gedissocieerde gevoelsstoornis in gelaat, tongatrofie, nystagmus

69
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Discopathie

A

Lumbaal wortelsyndroom (ischias)
Cauda equina:
Sensibiliteitsstoornis
Pijn in rug, dijen, beide OL
Zadelanesthesie
Achillespeesreflex (normaal quadricepsreflex)
Motorische uitval OL, voet, blaas en anale sfincter

70
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Spinale stenose
Lumbale wervelkanaalstenose
Neurogene Claudicatio intermittens

A

Zandloper vernauwingen in het lumbaal wervelkanaal

Pijn bij retroflexie LWZ (relatieve compressietoename)
Antalgische anteflexiehouding
Progressieve vermoeidheid OL
Uitstralingspijn die verdwijnt bij zitten of hurken en toeneemt bij druk (hoesten, niezen, persen)
Zwakte, paresthesieën bij lopen en staan

71
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Mononeuropathie
N. Radialis

A
Motorische uitval:
DROPHAND
Sensibiliteitsstoornis:
RADIAAL
Trauma:
LAGE HUMERUSFRACTUUR
Compressie:
PARALYSIE DES AMOUREUX
72
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Mononeuropathie
N. medianus

A
Motorische uitval:
PREDIKERSHAND
Sensibiliteitsstoornis:
HANDPALM, NIET PINK
Trauma:
LAGE HUMERUSFRACTUUR
Compressie:
CARPAAL TUNNELSYNDROOM
73
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Mononeuropathie
N. ulnaris

A
Motorische uitval:
KLAUWHAND
Sensibiliteitsstoornis:
ULNAIRE VINGERS
Trauma:
LAGE HUMERUSFRACTUUR
Compressie:
STEUNEN OP ELLEBOOG
74
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Mononeuropathie
N. ischiadicus

A
Motorische uitval:
UITVAL HAMSTRINGS MET DROPVOET
Sensibiliteitsstoornis:
ONDERBEEN
Trauma:
FEMURFRACTUUR
Compressie:
VERKEERDE IM INJECTIE
75
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Mononeuropathie
N. peroneus communis

A
Motorische uitval:
DROPVOET
Sensibiliteitsstoornis:
VOETRUG
Trauma:
FIBULAKOPFRACTUUR
Compressie:
KLEINE ONDERBEENGIPS
76
Q

1.7 Neurologische aandoeningen vh PZS

Polyneuropathie

A
  1. paresthesieën in tenen, trage uitbreiding voeten en onderbenen
  2. motorische zwakte teen en voetspieren
  3. sensibiliteitsverlies in vingers, handen, onderarmen
  4. motorische zwakte hand en onderarmspieren
  5. aantasting distale intercostale zenuwen
\+ Autonome verschijnselen:
orthostatisme
trofische stoornissen huid + nagels
oedeem extremiteiten
darmfunctiestoornissen
gestoorde zweetsecretie