SWT Flashcards

1
Q

5 krachtlijnen (1: Kern van SWT)

A
1 - Nabijheid en laagdrempelig werken
2 - Politiserend werken
3 - Generalistisch werken
4 - Verbindend werken
5 - Proceslogica denken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Functionele patronen: definitie (h2)

A

Je doet dingen op automatische piloot. Je hoeft er niet over na te denken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Niet-functionele patronen: definitie (h2)

A

Patronen die een vervelende of negatieve emotie veroorzaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Primaire relaties:

  • Sociale afstand:
  • Aard:
  • Betrokkenheid:
  • Basis:
  • Sociale ruimte:
A
  • Sociale afstand: Kort
  • Aard: Face to face
  • Betrokkenheid: Totale persoon
  • Basis: Emotioneel
  • Sociale ruimte: Privé
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Secundaire relaties:

  • Sociale afstand:
  • Aard:
  • Betrokkenheid:
  • Basis:
  • Sociale ruimte:
A
  • Sociale afstand: Lang
  • Aard: Functioneel
  • Betrokkenheid: 1 aspect van persoon
  • Basis: Rationeel
  • Sociale ruimte: Publiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Sociale positie - definitie (h2)

A

Een plaats die iemand inneemt in verhouding tot de anderen.

Een plaats in het netwerk van sociale relaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Positiegebonden handelen - definitie (h2)

A

Men handelt zoals dat in de positie gebruikelijk is en men benadert de anderen als positiebekleders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociale rol - definitie (h2)

A

Verwachtingen waarmee we elkaar als positiebekleders bestoken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Rollenconflicten (2)

A

Extern rollenconflict (het kan moeilijk zijn om verschillende rollen vol te houden)

Intern rollenconflict

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cultuur - definitie (h2)

A

Samenhangend geheel van collectieve waarden, normen, verwachtingen en doeleinden, die gedeeld worden in een SL en door de leden van die SL worden aangeleerd en doorgegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarden - definitie (h2)

A

Collectieve opvattingen over wat moreel goed is en maatschappelijk nastrevenswaardig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Normen - definitie (h2)

A

Collectieve opvattingen over wat moet en niet mag (concrete invullingen van waarden).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Doeleinden - definitie (h2)

A

Collectieve opvattingen over gewenste resultaten van gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verwachtingen - definitie (h2)

A

Collectieve opvattingen over wat zal of kan gebeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Dominante cultuur - definitie (h2)

A

De overheersende cultuur van een land.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Subculturen - definitie (h2)

A

Een cultuurpatroon dat in bepaalde opzichten verschilt van het grotere culturele geheel en in andere opzichten daarmee overeenkomt.

17
Q

Socialisering - definitie (h2)

A

Levenslang leerproces waarbij mensen de in hun cultuur heersende waarden, normen en sociale rollen aanleren.

18
Q

Conformisme - definitie (h2)

A

Het zich aanpassen aan het gedrag en aan de opvattingen die heersen in een bepaalde groep, met als doel het geaccepteerd worden door deze groep.

19
Q

Afwijkend, deviant gedrag - definitie (h2)

A

Het (on)bewust overtreden van de regels die heersen in de groep of SL waar men deel van uitmaakt.

20
Q

Sociale controle - definitie (h2)

A

Proces om leden van de LS op het juiste pad te houden of te brengen (als reactie op deviant gedrag).

21
Q

Duurzaamheid - definitie (h3)

A

Een duurzame SL is een SL met een hoge levenskwaliteit, waarin mensen rechtvaardig behandeld worden, die binnen ecologische grenzen blijft en die democratisch georganiseerd is.

22
Q

Duurzame SL - 3 P’s: (h3)

A
  1. Planet
  2. People
  3. Profit
23
Q

Globalisering - definitie (h3)

A

Proces waarbij het sociaal handelen minder afhankelijk is van tijd en ruimte.

24
Q

Migratie - definitie (h4)

A

Verplaatsen van een groep van de ene naar de andere plaats.

25
Q

Migrant - definitie (h4)

A

Persoon die om economische of familiale redenen uit eigen beweging zijn/haar land verlaat.

26
Q

Vluchteling - definitie (h4)

A

Persoon die op de vlucht gaat voor geweld of vervolging in zijn/haar land. Ze kunnen niet veilig terugkeren naar hun land.

27
Q

Asielzoeker - definitie (h4)

A

Vluchtelingen die de vluchtelingenstatus aanvragen om officieel in een land te kunnen verblijven.

28
Q

Braindrain - definitie (h4)

A

Het wegtrekken van de intellectuele bovenlaag uit arme landen naar rijke, westerse landen.

29
Q

Sociale gelaagdheid - definitie (h5)

A

Indeling van SL in verschillende klassen, waartussen sociale ongelijkheid bestaat.

30
Q

Sociale ongelijkheid - definitie (h5)

A

Ongelijke waardering en behandeling en ongelijke verdeling van maatschappelijk belangrijke zaken.

31
Q

Sociale klassen - definitie (h5)

A

Sociale opdeling van onze maatschappij.

32
Q

MEI - afkorting (h5)

A

Mediane Equivalente Inkomen

33
Q

Sociale mobiliteit - definitie (h5)

A

De beweging van een persoon, groep of een positie op de sociale ladder.

34
Q

Sociale mobiliteit (2) - (h5)

A
  1. Verticale mobiliteit

2. Horizontale mobiliteit

35
Q

Vermogen - definitie (h5)

A

Al het bijeen gespaarde en geïnvesteerde bezit op een bepaald moment, min de schulden.

36
Q

Armoede - definitie (h6)

A

Armoede is een netwerk van sociale uitsluitingen dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele e en collectieve bestaan, in die mate dat men geen leven kan leiden dat voldoet aan de menselijke waardigheid. Hierdoor ontstaat een kloof met de rest van de SL.