SWOT Flashcards
1
Q
Waar staat de “S” voor?
A
Strengths (sterktes)
2
Q
Waar staat de “W” voor?
A
Weaknesses (zwaktes)
3
Q
Waar staat de “O” voor?
A
Opportunities (kansen)
4
Q
Waar staat de “T” voor?
A
Threats (bedreigingen)
5
Q
Welke zijn intern?
A
Strengths en weaknesses
6
Q
Welke zijn extern?
A
Opportunities en threats
7
Q
Waarom maak je een SWOT analyse?
A
Om de beste marktstrategie voor jouw onderneming te bepalen
8
Q
Wat laat een SWOT analyse zien?
A
Waar de kansen liggen voor je onderneming en wat extra aandacht vraagt