Stoornissen criteria Flashcards
Fobie
- onmiddellijke angstreactie bij blootstelling stimulus
- realisatie dat angst onredelijk is
- vermijden angstsituatie
- angst duurt minimaal 6 maanden
- angst zorgt voor veel stress en interfereert met het dagelijks leven
Sociale angststoornis
zelfde als bij fobie alleen dat met sociale situaties en moet zowel bij volwassenen als leeftijdsgenoten voorkomen
separatieangst
- voor 18e levensjaar minstens 4 weken sprake van 3 of meer symptomen
- significante beperking voor functioneren
- hardnekkig of buitensporig, matige angst duidt op een veilige hechtingsstijl
school refusal
symptoom van separatieangst. vaak sprake van depressie
gegeneraliseerde angststoornis
minstens 6 maanden sprake van:
- rusteloosheid, nervositeit
- snel vermoeid zijn
- concentratieproblemen
- prikkelbaarheid
- gespannen spieren
- slaapproblemen
kind moet er 1 hebben, volwassenen 3
paniekstoornis
paniekaanvallen minstens een maand gevolgd door:
- hardnekkige zorgen over het hebben van paniekaanvallen of over implicaties ervan
- significante gedragsverandering
posttraumatische stressstoornis
blootstelling aan trauma, gevolgd door heftige angstige reactie en;
- herbeleven van traumatische gebeurtenis
- vermijding trauma-gerelateerde stimuli
- negatieve veranderingen in cognitie en stemming
- hardnekkige symptomen van verhoogde alertheid
obsessief compulsieve stoornis
langer dan een uur per dag dwangmatige gedachten (obsessies) en/of dwangmatige handelingen (compulsies) uitvoert
unipolaire depressie
1 stemming ervaren
Major depressieve stoornis
- minstens 5 symptomen voor minstens 2 weken
- moet interfereren met dagelijks functioneren
Persistent depressieve stoornis
symptomen moeten minstens een jaar aanwezig zijn
dubbele depressie
combinatie van MDS en PDS
disruptieve stemming regulatie stoornis
- volhoudende irritatie
- uitbarstingen
- boosheid gedurende de dag, bijna elke dag
bipolaire stoornis
sprake zowel manie als depressieve episodes
hypomanie: minder ernstige manie
kinderen hebben kortere episoden
manische episode:
- verhoogde eigenwaarde
- minder behoefte aan slaap
- meer praten
- racende gedachten
- afleidbaarheid
cyclothymische stoornis
chronische, maar milde stemmingswisselingen