Staats en bestuursrecht lesweek 1 Flashcards

1
Q

welke bevoegdheden heeft de tweede kamer ?

A

budgetrecht, vragenrecht, recht op interpellatie, recht op enquete, recht op initiatief, recht op amendement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke bevoegdheden heeft de eerste kamer ?

A

budgetrecht, vragenrecht, recht op interpellatie, recht op enquete

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat betekent vragenrecht ?

A

1e en 2e kamer mogen schriftelijk of mondeling vragen stellen aan de ministers of staatssecretarissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat betekent recht op interpellatie ?

A

een kamerlid mag een vraag stellen aan een minister of staatssecretaris die niet op de agenda staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat betekent recht op enquete ?

A

diepgaand onderzoek aangevraagd naar een bepaald onderwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat betekent recht op initiatief ?

A

bevoegdheid van de tweede kamer om een wetsvoorstel in te dienen door of vanwege de koning en door de tweede kamer der Staten-Generaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat betekent recht op amendement

A

bevoegdheid van de tweede kamer om wetsvoorstellen te wijzigen en veranderingen in aan te brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ander woord voor Staten-Generaal

A

parlement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

constitutionele positie Staten-Generaal ?

A

geen hiërarchische verhouding. zelfstandig en onafhankelijke positie van de andere overheidsinstellingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat betekent hiërarchische verhoudingen ?

A

een rangorde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat houdt de trias politica in ?

A

uitvoerende macht
wetgevende macht
rechterlijke macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welke twee gezichten heeft de Koning ?

A

staatshoofd en lid regering (geen zelfstandige of politieke bevoegdheden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat houdt de ministerraad in ?

A

alle ministers gezamenlijk+staatssecretaris. (geen hiërarchische verhouding)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat doet de staatssecretaris ?

A

plaatsvervangers van minister.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

door wie wordt een staatssecretaris formeel staatsrechtelijk ontslagen ?

A

door de regering bij koninklijk besluit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ministers kunnen niet in rechte aangesproken of vervolgd worden voor hetgeen zij in vergaderingen van Staten-Generaal of Kamercommissies hebben gezegd of aan deze hebben voorgelegd.. Hoe noem je dit ?

A

parlementaire immuniteit

17
Q

wie vertegenwoordigt de gehele Nederlandse volk

A

De Staten-Generaal

18
Q

wat is een minister-president ?

A

voorzitter van ministerraad.

19
Q

Regering bestaat uit ?

A

koning en kabinet

20
Q

kabinet bestaat uit

A

minister-president + ministers en staatssecretarissen

21
Q

wat is een minister zonder portefeuille ?

A

een ministers die niet de leiding heeft over een ministerie

22
Q

wat is het verschil tussen de regering en het kabinet ?

A

de regering bestaat uit de koning en een of meer ministers en/of staatssecretarissen. en het kabinet bestaat uit alleen de ministers en staatssecretarissen