Spreekwoorden Flashcards

1
Q

Dat staat bij ons hoog in het vaandel

A

Staat hoog op de agenda
Staat hoog op mijn lijst

اولويت

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ik zal nooit om de tuin geleid worden 209

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Dat is toch een klein mazzeltje

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Buiten de geijkte kaders te treden

A

Denken buiten de kaders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Je moet wel door de zure appel heen bijten

A

Ik heb een dikke huid gekregen
Olifantshuid want ik heb veel doorstan
Nu pluk ik de vruchten daarvan
Dat heeft veel wat voeten in de aarde gehad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hij weet van de hoed en de rand

A

Hij is door de wol geverfd
Hij weet waar Abraham mosterd haalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Er is een kink in de kabel gekomen

A

Onverwacht probleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ik kan me tot op zekere hoogte uit te voeten

A

Ik kan me reden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ik schrik me de pleuris

A

Ik ben me rot geschrokken van dit lawaai 82

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Presteert voortreffelijk

A

Hij is uitzonderlijk begaafd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Schiet bij mij de melk in de tieten

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Je weet drommels goed

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ik werd onheus bejegend

Bejegenen

A

بِيِيْ خِنِنْ
Onvriendelijk behandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Jan met de pet

A

Iemand van het gewone volk

Humble
Humility

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Prettig gestoord

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bezoek en vis blijven 3 dagen fris

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wees tevreden met uw deel, of het weinig zij of veel./ elke gek heeft zijn gebrek./ niemand is volmaakt

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Dat heeft veel wat voeten in de aarde gehad. (Kost veel moeite)/ uitputtingsslag/ je moet wel door de zure appel heen bijten

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Alexander is uit het goede hout gesneden/ revital heeft het haart op de juiste plaats/ heeft een hart van goud/

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Dat gaat niet lukken/ dat snijdt geen hout/ daar kom ik niet verder mee/ dat heeft geen zin/ die vlieger (badbadak) gaat niet op/ dat is geen doen/

A

Dat wordt niks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten/

A

Ik moet nu met billen bloot

eigen schuld dikke bult

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Dar heb ik heel bewondering voor/ ik neem petje (kolah) ervoor af/

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoogmoed komt voor de val/

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

We moeten het ijzer smeden als het heet is/ de koe bij de hoorns pakken/ ik laat er geen gras over groeien/ een proefballonnetje oplaten/

A

de Daad bij het woord voegen (=onmiddellijk doen wat men zegt te zullen doen)
Laten we de daad bij het woord voegen = je moet een gunstige gelegenheid niet ongebruikt laten gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Daar kun je donder op zeggen/ dat kun je op je klompen aanvoelen
Zeker 100%
26
Geroeid met de riemen die we hadden
Roeien met de riemen die we hebben
27
Ik doe alles op eigen houtje (in mijn eentje) / ik moet de kar trekken/ ik moet zorgen ervoor dat tent draaiende wordt gehouden/
28
Ik val met de deur in huis
29
Prijs de dag niet voor het avond is
30
Het kwartje is nog niet gevallen/ ik heb de klok horen luiden, maar ik weet niet waar de klepel hangt.
31
Ik hou een slag om de arm/
32
Dus ik was met mijn neus op het feit gedrukt/ daar werd ik met mijn neus opgedrukt/
33
Als een donderslag bij heldere hemel/ als een duiveltje uit een doosje/ uit de lucht vallen/
34
Loopt als een trein/ het gaat zonder horten en stoten/ het verloop vlotjes/ alles loopt op rolletjes/ gaat van een leien dakje/ loopt gesmeerd/
35
Beter éen vogel in de hand dan tien in de lucht/ beter een half ei dan een lege dop
36
Van de complimentjes heb een zolder vul/ dat geeft de burger moed/Waar het hart vol van is, loopt de mond van over/ dat is mijn stokpaardje
37
De buit is (bijna) binnen/
De beer is geschoten De vis is binnen
38
Sla die beelden op en haal het voor de geest, ik kan me daarvan niet precies voor de geest halen
39
Proef ballonnetje oplaten= een visje uitgooien
40
Ik ben niet goed snik/ niet zo snugger
Humble Humility
41
David weet van de hoed en de rand/ hij kent van a tot z/ hij wilt het naadje van de kous weten/ weten waar Abraham de mosterd haalt
42
Driemaal is scheepsrecht
43
Dat is uit het leven gegrepen
C’est la vie That is life That’s life زندگي همينه
44
Ik dank je feestelijke (dat doe ik niet)
45
Wens denken/ het probleem word vanzelf opgelost met pappen en nathouden
سيمونه Luchtfietser هوگو Onuitvoerbare plannen maken
46
Dat zou erg in de smaak vallen/
47
Het gebeurt om de haverklap
48
Dat zit wel snor
Het is goed Het is on orde Het komt goed
49
Misschien ik heb ook boter op mijn hoofd
It is also my fault
50
We schieten ons doel voorbij door deze opdracht
51
Zo helder als een koffiedik
zo klaar als een klontje Too obvious
52
Dat is ver van mijn bed
53
Nu kan ik de vruchten daarvan plukken
54
Niet met pappen en nathouden
55
Ik steek mijn mening niet onder stoelen of banken
Ik wind er geen doekje om
56
In de verste verte niet geïnteresseerd
57
Werd in de kiem gesmoord
58
Is een kink in de kabel
59
Waar is de kamer 100
60
Grotere risico’s liggen op de loer
61
Ik moet iets achter de hand hebben
62
De schoorsteen moet roken
Het moet brood op de plank komen
63
Even aan je jasje trekken
Geheugensteuntje
64
Waar het hart vol van is, loopt de mond van over
65
Ik haal alles uit de kast
66
Gestolen goed gedijt niet
67
Hardlopers zijn doodlopers
Haastige spoed is zelden goed (=zaken in te hoog tempo afwerken vergroot de kans op fouten) Geduld is een schone zaak (=wie rustig afwacht wordt beloond) wie al te voortvarend begint, heeft kans dat hij het niet tot het einde toe kan volhouden. Je bezigt dit spreekwoord soms als waarschuwing dat wie een vliegende start maakt met een project dat vaak niet weet af te ronden. Als je zo snel doet, dan kan het verkeerd aflopen 158
68
Even wachten tot de kruitdampen zijn opgetrokken
69
Bij dat plan zal ik mijn neus stoten
Gaat niet lukken De vlieger gaat niet op
70
Jij moet het gelag betalen
71
Ik moet niet bij de pakken neer zitten
Teleurgesteld en moedeloos
72
Ik moet uithuilen en opnieuw beginnen
73
De goeden niet te na gesproken
74
In een mum van tijd
In een oogwenk doen
75
Ik loop met de ziek onder de arm
Ongewis en onbestemd onduidelijk
76
Ik ben blij gemaakt met een dooie mus
77
Allemaal gesneden koek is
78
Het is op een oor na gevild
Bijna klaar
79
Als je een hond wilt slaan, vind je altijd wel een stok 157
80
Ik verdedig en het komt minder goed uit
De aanval is de beste verdediging 157
81
Probeer een positieve draai te geven aan de …157
Om de aarde leefbaar en gezond te houden 23 idiom
82
Verbeter de wereld begin bij jezelf
Iemand goedaardig en zachtaardig
83
gedeelde Smart is halve Smart
(=als je over problemen praat, dan kan je het makkelijker verwerken
84
en kale kip kan nog leggen
(=iemand die niets heeft, kan nog voor je werken) Humble Humility
85
elke dag een Draadje is een hemdsmouw in een jaar
(=als je iedere dag een beetje doet komt het karwei uiteindelijk klaar)
86
slome duikelaar
Een traag en sloom iemand Humble humility
87
alle Gekheid op een stokje (=maar nu liever ernstig)
Aside from joking Kidding aside
88
een Gek kan meer vragen dan honderd wijzen kunnen beantwoorden
(=op gekke of onverwachte vragen weet men meestal het antwoord niet)
89
eén Gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden (=er zijn altijd wel vragen waar niemand het antwoord op weet
90
elke Gek heeft zijn gebrek (=er valt op iedereen wel iets aan te merken)
91
dat is een waarheid als een Koe (=dat is overduidelijk waar)
92
de Koe bij de horens vatten (=met de lastige zaak beginnen)
93
je weet nooit hoe een Koe een haas vangt
(=het kan altijd nog op onverwachte wijze tot een oplossing komen)
94
iets aan de grote Klok hangen (=iets algemeen kenbaar maken)
95
wat in het Vat zit, verzuurt niet
(=iets wat goed is en goed bewaard wordt, verliest zijn waarde niet / wat beloofd is zal ook worden ingelost
96
redeneren als een Kip zonder kop (=erg dom redeneren)
97
een Ongeluk komt zelden/nooit alleen (=als er iets misgaat, gaat er vaak nog meer mis) een Ongeluk zit in een klein hoekje (=door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
98
op de Schopstoel zitten (=elk ogenblik ontslagen kunnen worden)
99
Als je me de deur wijst dan zoek ik naar een andere mogelijkheid 152
100
Ik ben verzadigd en verkwikt
101
Ik wil het niet خوشم نمياد
Daar ben ik niet van gediend Ik ben niet gediend van deze houding
102
Moeder worden is een wonder, moeder zijn een heel gedonder
103
Wie niet met zijn hart werkt, werkt nooit hard
104
Proactive
Een lopende hond vindt altijd wat Een vliegende kraai heeft altijd wat Blijf actief Trek eropuit
105
schompes werken
Ik werk me pleuris 249 Door noeste arbeid spreek ik nu goede Nederlands. Dat lukt alleen met noeste arbeid
106
Onbekend maakt onbemind
107
Ik krijg de kriebels ervan
Onrustig ongemakkelijk voelen
108
Niet over één nacht ijs gaan
109
Die zijn schering en inslag
Gebeurt heel vaak bij Schering en inslag gebeuren (=erg vaak gebeuren) dat is Schering en inslag
110
De pot verwijt de ketel dat hij zwart niet
de pot verwijt de Ketel dat die zwart ziet (=een ander aanwijzen als schuldige, terwijl die zelf hetzelfde gedaan heeft) ديگ به ديگ ميگه روت سياه
111
Ik zit in een keurslijf
Unfair
112
Waar je mee omgaat, wordt je mee besmet
113
een Kat in het donker/nauw maakt rare sprongen (=in een benarde situatie doet men vreemde dingen
114
Op de valreep
Bijna vergeten
115
Als een duiveltje uit een doosje
116
Gedane zaken nemen geen keer
117
Gedeelde vreugd is dubbel vreugd
118
Mijn gezicht in de plooi te houden
119
Ik raak de draad kwijt
I totally lost control Literally means I lost the thread نخ
120
Keihard gewerkt/ Ik heb mijn tanden in mijn werk gezet
Hard work Met volle inzet aan werken Iets ondernemen en helemaal goed afronden tot het klaar is Ik zet mijn tanden erin en hou ik het vast en laat het niet los
121
Dat is mosterd na de maaltijd
122
Ik maak een slag in de lucht
Ik zeg maar wat Even een slag in de ruimte Een schatting/ inschatting En gok
123
Ieder diertje zijn pleziertje
124
Dat is water naar de zee dragen
Onzinnig
125
Een scheve schaats rijden
Ik heb een scheve schaats gereden Iets verkeerd
126
Ik ben goed van de tongriem gesneden
Goed gebekt
127
Moed verliezen is erger dan bloed verliezen
128
Wie vecht kan verliezen maar wie niet vecht is al verloren
129
Maak je geen zorgen over een ei dat nog niet gelegd is
130
Ik moet zorgen dat de tent draaiende wordt gehouden
Ik hou de vaart erin
131
Alle goede komt in drieën
132
Gemengde gevoelens hebben
133
Ik heb een dubbel gevoel over iets
Positieve en negatieve gevoelens door elkaar lopen
134
Oude wijn in nieuwe zakken
=de zaken zijn anders gepresenteerd, maar niet wezenlijk veranderd)
135
Dat geeft niet Dat mag de pret niet drukken
Dat is niet zo erg Pret= plezier
136
Dat is een gepasseerde station
137
Oefening baart kunst
138
Is een belangrijke spil in het web
139
Ik zwijg in alle talen
Spreken is zilver maar zwijgen is goud
140
Geen roosje zonder doornen
141
Dat is een open deur intrappen
142
Met twee tongen spreken
143
Nieuwe bezems vegen schoon
144
S’lands wijs, s’lands eer
145
Het is een blok aan het been
146
Het is omgekeerde wereld
147
Deze worden vaak in één adem genoemd
In praktijk deze doelen vaak een beetje door elkaar lopen
148
Ik zie te veel beren op de weg
149
Het water staat me tot/aan de lippen
150
Er is geen vis zonder graat
151
Beter ge buigen dan te barsten
152
De eerste klap is een daalder waard
153
Van de kaart
Hij is van de kaart. Hij is de kluts kwijt Ik ben de hele tijd van de kaart geweest
154
Zeggen en doen is twee
155
We hebben in alle hoeken en gaten gezocht
156
Woont op steenworp afstand
157
Als je over de duivel spreekt, trap je op zijn staart
158
We zitten allemaal in hetzelfde schuitje
159
Kaasstolp
symbool voor een gebrek aan contact met de buitenwereld: onder de Haagse kaasstolp Afgesloten van de wereld
160
Op zijn Stokpaardje zitten.
(=Hij spreekt over een door hem geliefd onderwerp)
161
ergens een Stokje voor steken (=iets verhinderen)
162
het komt voor de Bakker (=het komt in orde; het wordt geregeld)
163
dat zit wel Snor (=dat komt wel goed)
164
kunnen missen als kiespijn
(=veel liever niet hebben
165
met zo'n jong broekie als jij? Ik ben geen jong broekie meer dat alles doet wat de dokter zegt.
166
jong broekie
167
met een kluitje in het Riet sturen (=iemand met veel woorden niet veel wijzer maken)
Iemand met een smoesje afschepen Iemand met een kluitje in het riet sturen Iemand met een nietszeggend antwoord afschepen
168
een stok achter de Deur (=een dreigement om iets gedaan te krijgen)
169
Dat kun je wel op je buik schrijven
iets op je Buik kunnen schrijven (=iets wel kunnen vergeten, dat wat je wilde gaat niet door)
170
Mijn naam is haas
I weet niks
171
vinger op de zere plek (zetten leggen)
Pijn plek
172
ruis op de lijn komt
Vervelende bijgeluid Ouwehoeren Verlammend فرلامند
173
A blinkt uit in onduidelijkheid
Uitblinken Shine
174
Ik heb er mijn buik van vol
Ik heb hier zo genoeg van
175
Favoriete onderwerp
Waarbij ik heel passie heb Waar ik heel erg mee begaan ben Waar over ik heel passioneel ben پاشُنِل
176
iemand tegen zich in het Harnas jagen (=iemand door eigen toedoen boos maken)
دو بهم زني
177
zich op zijn Pik getrapt voelen (=zich zwaar vernederd voelen)
178
knollen voor citroenen verkopen. met praatjes of mooie voorwendsels iets wijsmaken.
179
Hij is gauw op zijn tenen getrapt
Snel voelt zich beledigd Hij heeft lange tenen Easily offended and sensitive
180
in de Watten leggen (=uitzonderlijk goed verzorgen
Ik word in de watten gelegd (ik word verwend) ze zorgen goed voor mij Er wordt goed verzorgd voor mij
181
de vis begint te stinken Bij de kop (=het loopt het eerst mis bij de leiding)
آنيلا مشكل ريشه اي
182
wie zijn billen brandt, moet op de Blaren zitten (=als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen (liefst zonder klagen))
183
Daar heb ik mijn buik vol van
ergens zijn Buik van vol hebben (=ergens genoeg van hebben) Don’t get me started on that
184
Oh dat lijkt me gaaf 253 Goh dat klinkt leuk 241
Daar zou ik steentje aan bij willen dragen 253 Daar draag ik graag een steentje aan bij (bijdragen aan) Ik kan steentje bijdragen
185
Het geluk is met de dommen.
بي عقل ها شانسشون بيشتره
186
zoals de waard is vertrouwt hij zijn Gasten (=men ziet de anderen zoals men zichzelf ziet)
Zo de waard is vertrouwt hij zijn gasten, he? به هوگو گفتم كافر همه راه به كيش خود پندارد
187
Uit het oog, uit het hart (=de aandacht voor iemand verliezen, als die persoon niet meer in de nabijheid is)
از دل برود هر آنكه از ديده برفت
188
Maar zonder dollen gaat het goed alle Gekheid op een stokje (=maar nu liever ernstig)
zonder gekheid; serieus nu. All the kidding aside, جدا از شوخي
189
ik heb meer in mijn mars
een Ijzer in het vuur hebben (=een plan hebben dat nog onbekend is voor de buitenwereld) Ik heb meer ijzers in het vuur
190
met iemand in Zee gaan (=met iemand een samenwerking beginnen)
Ik weet niet of hij met mij in Zee gaat نميدونم قبول ميشم مصاحبه يا نه
191
met de natte vinger`.
Ik zeg het met met de natte vinger`. Uneducated guess حدس een slag in de ruimte. Shot in the dark
192
De tent de zaak staat niet in de fik
House is not on fire
193
Niet geschoten, altijd mis. He who dares, wins. Niet geschoten, altijd mis. I'll try it anyway.
194
Knock on the wood
Ik moet even afkloppen بزنم به تخته
195
Wijd en zijd zijn (=bij iedereen bekend zijn)
Je bent wijd en zijd bekend Groeten van ING
196
eigen schuld dikke bult
خود كرده را تدبير نيست خودم كردم كه لعنت بر خودم باد
197
je weet nooit hoe een koe een haas vangt (=het kan altijd nog op onverwachte wijze tot een oplossing komen)
En het geluk is met de dommen
198
De eerste klap is een daalder waard.
چك اول
199
Ik zal meteen met de deur in huis vallen
200
De manager van lik mijn vestje
Big talk هوگو و ماركو
201
Daar is geen kruid voor gewassen
Dat is een hopeloos geval (=er is niets aan te doen) Onuitvoerbaar Ik kan het niet ongedaan maken Ondoenlijk
202
Hij is in de zevende hemel
Hij is opgetogen van vreugde, in de wolken Hij springt gat in de lucht (een gat in de Lucht springen (=ongeremd enthousiast zijn) Uitermate blij zijn
203
van Nul en generlei waarde (=waardeloos)
204
Dat gaat boven mijn pet
Dat gaat boven mijn verstand
205
Onkruid: ongewenste plant, Iemand heeft die alle moeilijkheden overwonnen Ik ben nog hier, Tough Interview
Onkruid vergaat niet onkruid vergaat niet: sommige mensen komen elke tegenslag weer te boven. بدبياري پشت هم و بازهم غلبه كردن onkruid vergaat niet (=het slechte is moeilijk uit te roeien) uitroeien= vernietigen=
206
Dat is de hamvraag
Dat is de kardinale vraag, het voornaamste punt, de belangrijkste vraag
207
Gewogen en te licht bevonden (=na onderzoek afgekeurd zijn)
Interview Het betekent dat je niet door de keuring komt of dreigt veroordeeld te worden. Het gaat verkeerd met je aflopen en het is maar de vraag of je een tweede kans krijgt.
208
ik hou mijn woord gestand خستاند
Mijn woord gestand doen Belofte houden Nakomen
209
Eenvoud is het kenmerk van het ware
210
Daar komt de aap uit de mouw
nu komt de Aap uit de mouw (=nu blijkt wat werkelijk de bedoeling was)
211
Praatjes voor de vaak قصه و حرف قبل از خواب
Onbetekenende praatjes
212
Praatjes vullen geen gaatjes
Zeggen en doen is twee ING
213
hij is bij de pink Smart/ slim/ hij is bijdehand
Pink (انگشت كوچيكه دست)
214
دندان اسب پيشكشي نميشمرن
Een gegeven paard moet men niet in de bek zien Een geschenk moet men niet te nauw beoordelen
215
Het paard achter de wagen spannen
put the horse before the cart (=de zaak verkeerd aanpakken)
216
iets op het Tapijt brengen (=over een onderwerp beginnen (te praten))
217
Een tang van een wijf
boosaardig, een lastige vrouw Kwaad wijf een zeer agressieve vrouw Zij is een tang van een wijf. Het is een boosaardige vrouw. vinnige vrouw سليطه Bitch
218
van de hak op de tak springen (=steeds weer van onderwerp wisselen en geen duidelijke rode draad in een verhaal hebben)
Letta Hij springt van de hak op de tak
219
Je moet niet al je eieren onder één kip leggen / in één mandje doen. Beperk de schade door spreiding.
All the balls in one basket
220
Wie met de gebakken peren zit, heeft te maken met onaangename gevolgen van eerdere gebeurtenissen.
221
Je slaat de spijker op zijn kop
precies zeggen waar het op staat. kop slaan Spijker op de kop slaan. Precies aangeven wat de kern is You hit it right on the head
222
Daden spreken luider dan woorden
Actions speak louder than words
223
goed voorbeeld doet goed volgen
224
Jij bent de eerste vrouw in jaren voor wie ik echt val, als een blok. But you're the first woman in years who sends me spinning.
Ik val als een BLOK voor jou
225
Maak van je hart geen moordkuil
226
iets niet tegen/aan Dovemans oren zeggen (=iets wordt erg goed onthouden) fall on deaf ears
Dat ga ik onthouden Dat is niet aan dovemans oren
227
op een oude fiets moet je het leren (=lesmateriaal is zelden nieuw)
زن پير قدركير و ميدونه
228
likken naar boven en trappen naar beneden
Erik jan EJ
229
met Passen en met meten wordt de meeste tijd versleten (=voorbereidingen zijn dikwijls het meest tijdrovend onderdeel van een taak)
Iets tijdrovend
230
goede Wijn behoeft geen krans (=iets wat goed is hoeft niet geprezen worden)
درخت هرچه پربار تر سر به زير تر
231
goede Wijn behoeft geen krans (=iets wat goed is hoeft niet geprezen worden)
درخت هرچه پربار تر سر به زير تر
232
Met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid’ Met aan waarschijnlijkheid grenzende zekerheid
Most probably Zo goed als zeker
233
wijze raad Is halve Daad. (=met verstandig advies ben je al halverwege om succesvol te zijn)
De raad Good advice Goed advies
234
wijze raad Is halve Daad. (=met verstandig advies ben je al halverwege om succesvol te zijn)
De raad Good advice Goed advies
235
het Kaf van het koren scheiden (=het waardevolle van het waardeloze scheiden)
Kaf is het oneetbare vliesje om graankorrels
236
het Kaf van het koren scheiden (=het waardevolle van het waardeloze scheiden)
Kaf is het oneetbare vliesje om graankorrels
237
van twee Walletjes eten (=van verschillende kanten voordeel behalen (negatief))
Maar we kunnen niet van twee walletjes eten. But we cannot have it both ways.
238
En dat gaat nooit goedkomen ook.Ze denkt veel te veel in haar eigen straatje. And that will never be okay. She thinks too much in her own little street
Je praat in je eigen straatje
239
Volgens Nietzsche wel. 'Wat je niet doodt, maakt je sterker.
What doesn’t kill you makes you ­stronger
240
Dat is Een kolfje naar zijn (mijn) hand
Kolfje: راكت گلف Dat bevalt me goed Dat is echt iets voor mij is
241
De uitdrukking als een tierelier om aan te geven dat iets goed en soepel verloopt
Als een tierelier gebruik je om aan te geven dat iets heel soepel en goed verloopt Boek: het leest als een tierelier Het loopt als een tierelier
242
Blaffende honden bijten niet
هاي و هوي دارد
243
Eigen haard is goud waard
Home sweet home Oost west, thuis best.
244
Iemand de kat in het donker knijpt
De kat in het donker knijpen Marco pronk= iemand die kwaad doen wanneer niemand het ziet= schijnheilig = stiekemerd=achterbaks=
245
Eten wat de pot schaft ….
I eat everything
246
3. door Schade en schande wordt men wijs (=een mens leert het beste van z`n fouten) Ik heb geleerd door schade en schande
سخًدِ ان سخاندِ
247
Roken als een ketter
Hugo zei “mijn moeder rookt(e) asl een ketter Te veel roken سيگار زياد ميكشه
248
"Zonder wrijving geen glans"
Discussion is needed The saying “No friction, no shine” is an expression deeply rooted in human culture and language. It expresses the belief that obstacles and difficulties in life, symbolized as “friction,” are necessary to achieve success, satisfaction, and accomplishment, or “shine.” ING
249