spijsverteringstelsel Flashcards
ander woord voor
dikke darm
colon
ander woord voor
darmbacteriën
darmflora
waar voor heb je vitamine k nodig
voor stolling
functie van de lever
- glucose stofwisseling
- ## eiwitstofwisseling ( opbouw en afbraak, en afbraak aminozuren tot ureum)
dia 20
de wand van de maag bestaat uit
4 punten
- slijmvlieslaag - sterk gepooid éénlagig dekweefsel met maagklieren
- nekcellen -maken slijm
- hoofcellen - maken pepsinogeen
- wandcellen - maken zoutzuur en ‘intrinsieke factor’ - bindweefsellaag met bloed-, en lymfevaten en lymfeklieren
- spierlaag met lengtespieren en kringspieren
- buikvlies
peristaltiek
Peristaltiek is de knijpende beweging van een buisvormig orgaan die ervoor zorgt dat het voedsel vooruitkomt in het maag-darmstelsel
functie van de slokdarm
3 punten
- transport van voedsel door peristaltiek
- strottenklepje sluit de luchtpijp af bij het slikken (de huig sluit de neusholte af)
- voorkomen dat voedsel / maagzuur vanuit de maag terugloopt in de slokdarm
- opening in middenrif = diafragma (hiatus)
- sfincter ( sluitspier tussen slokdarm en maag)
sfincter =
sluitspier tussen slokdarm en maag
diafragma (hiatus) =
opening in middenrif
de wand van de slokdarm bestaat uit
4 punten
- slijmvlies
- bindweefsel met zenuwen en bloedvaten
- kringspieren en lengtespieren
- bindweefsel
de slokdarm
ander woord
oesophagus
hoe slik je?
4 punten
- tong tegen harde gehemelte
- zachte gehemelte sluit de neus af
- strottenklep sluit luchtpijp af
- wand keel trekt samen
functies van de tong
5 punten
- kauwen
- proeven
- spreken
- slikken
- reinigen gebit en mond
functie speekselklieren
4 punten
- speeksel heeft een smerende hulpfunctie bij spreken en kauwen
- speeksel beschermt het mondslijmvlies
- speeksel reinigt de mond en verwijdert resten
- speeksel bevat amylase, een enzym die zorgt voor het afbreken van zetmeel (koolhydraten)
3 belangrijkste speekselklieren (plaatje)
a. oorspeekselklier
b. ondertongspeekselklier
c. onderkaakspekselklier
functie mond (tong en gebit) 7 punten
- opname van voedsel
- fijnmaken van voedsel
- vermengen van voedsel met speeksel
- de smaak (smaakpapillen op de tong)
- de mimiek (gelaatsexpressie)
- de spraak
- begin van het verteren van voedsel ( zetmeel door amylase)
functie van het spijsverteringsstelsel
6 punten
- het opname van voedsel door de mond
- het fijnmaken van voedsel
- het vervoeren van voedsel d.m.v. peristaltiek (knijpende beweging van een buisvormig orgaan die ervoor zorgt dat het voedsel vooruitkomt in het maagdarmstelsel) - samenwerking tussen lengtespieren en kringspieren
- het afbreken en verteren van voedsel m.b.v. spijsverteringssappen die verteringsenzymen bevatten
- afgeven van voedingsstoffen aan het bloed -lichaam
- het verwijderen van de onverteerbare voedingsresten uit het lichaam via de ontlasting.
benoem het spijsverteringsstelsel ( 13 punten)
- mondholte (os)
- slokdarm (oesophagus)
- maag(gaster)
- maagpoort
- 12 vingerige darm (duodenum)
- alvleesklier (pancreas)
- lever (hepar)
- galblaas
- dunne darm
- blinde darm (caecam)
- dikke darm (colon)
- endeldarm (rectum)
- endeldarmopening (anus)
koolhydraten zijn op de delen in 3 groepen:
- monosacharide (glucose, fructose) bevat een enkele suikermolecule.
- disacharide (sacharose, maltose, lactose) bevat 2 suikermoleculen.
- polysacharide (zetmeel, glycogeen) bevat veel suikermoleculen (vaak 1000 en meer)
voedingstof: vitamines
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: X
functie: bouwstof en bescherming, water oplosbaar, vet oplosbaar (a, d, k)
voedingstof: mineralen
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: X
functie: bouwstof en bescherming
voedingstof: water
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: X
functie: bouwstof oplosmiddel, transportmiddel warmteregelaar
voedingstof: vetten (triglyceride)
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: glycerol en vetzuren
functie: bouwstoffen, opslag, energie
voedingstof: koolhydraten
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: enkelvoudige suikers (glucose, fructose)
functie: verbranding- energie opslag ( kan omgezet worden in vet)
voedingstof: eiwitten
kleinste eenheid:
functie:
kleinste eenheid: aminozuren
functie: bouwstoffen
katabolisme =
afbraakstofwisseling ( vertering van voedsel), energie komt vrij
anabolisme =
opbouwstofwisseling (energie is nodig)
stofwisseling
ander woord en betekenis
Metabolisme
Het totaal van de chemische reacties die voor deze omzetting zorgen binnen het lichaam.
wat bevat gal
- water
-zouten - natriumbicarbonaat
- ## bilirubine ( geconjungeerd)