Spaans les 2 Flashcards
1
Q
dar a luz
A
geboren worden
2
Q
aficiones
A
hobby’s
3
Q
vecinos
A
buren
4
Q
sabor
A
Smaak
5
Q
guitar hierba mala
A
onkruid wieden
6
Q
llevar
A
wegbrengen
7
Q
llegar
A
dragen
8
Q
llevantarse
A
opstaan
9
Q
descantarse
A
uitrusten
10
Q
relajarse
A
uitrusten
11
Q
suegra
A
schoonmoeder
12
Q
me encanta
A
ik vind het leuk
13
Q
me siento fatal
A
ik voel me vreselijk
14
Q
costarse
A
moeite hebben met
15
Q
me cuesta entender
A
het is moeilijk voor mij om te begrijpen
16
Q
costarse
A
moeite hebben met
17
Q
conjugar
A
vervoegen
18
Q
ilusionado
A
opgewonden