Six Sigma Flashcards
Wat is Lean?
Alle activiteiten voegen maximaal waarde toe om de door de klant vereiste kwaliteit op het juiste moment tegen minimale kosten te leveren
Wat is Six SIgma
Verbetert het proces op basis van meetbare feiten door de variatie te verminderen en zo to teen voorspelbare levering van kwaliteit te komen! Six SIgma streeft naar minimale defects uit oogpunt van de klant.
DPMO per sigma niveau
4,0 sigma: 6.210
4,5 sigma: 1.350
5,0 sigma: 233
6,0 sigma 3,4
USL en LSL
Specificatiegrenzen van de klant waarbinnen de individuele waarnemingen tussen dienen te liggen. Als het hierbuiten ligt noemen we het een defect.
Epsilon
Geeft de aanwezigheid van onzekerheid (error) aan
5 fasen van six sigma
- Define
- Measure
- Analyze
- Improve
- Control
Onderdelen van Define fase
Pijn in het proces.
Wat is het probleem?
- VOIC
- Project Charter
- Business Case
- Leidend team
- SIPOC
- Stakeholder analyse
- CTQ tree
- Project planning
- Start project
2 weken
Onderdelen van Measure fase
Bepaal de Y
Bewijs het probleem
- Analyse meetsysteem
- Data collection Plan
- Proces Capability Analyse
2-6 weken
Onderdelen van Analyse fase
Vind de x-en
Stel de oorzaken vast
- Ishakawa
- 5 x Why analyse
- Brainstorming / Affinity Diagram
- Grafische Analyse
- Hypothese testen met H0- en Ha
- Y = f (x)
2-3 weken
Onderdelen van Improve fase
Verbeter de x-en
Ontwikkel verbeteringen
- Brainstorming
- Solution Selectie Matrix
- DOE
- FMEA
- Pilot
- Implementatie verbeteringen
2-6 weken
Onderdelen van Control fase
Beheer het proces
Richt structuur in
- Borgen van de verbeteringen
- Control Plan
- Statistical Process Control
- SOP en OCAP
- Cost / Benefit Analysis
- Decharge project
3-4 weken
2 doelstellingen Define fase
- Bepalen van het probleemgebied (proces) binnen de organisatie, dat verbonden is aan het product of dienst waarover de klant aangeeft niet tevreden te zijn.
- Het legitimere (voor het bedrijf / stake- en shareholders) van de inspanning en investeringen die nodig zijn om het falende proces te verbeteren.
Return on Investment
opbrengsten project
—————————– x 100%
kosten project
Voordeel business case
Geeft een financiële en kwantitatieve rechtvaardiging van het project en legitimeert waarom het goed is om het geselecteerde project uit te voeren.
Klantsegment
Een homogene groep klanten die een gemeenschappelijke factor heeft en op basis daarvan tot een groep zijn ingedeeld
Vijf relevante factoren voor klantgroepen zijn
- Winstgevendheid
- Grootte
- Volume
- Geografische ligging
- Het type product dat de klant afneemt
Twee soorten methoden om klantwensen te achterhalen
- Kwantitatief (enquetes, bestaande bedrijfsinformatie, branchegegevens en indirecte gegevens)
- Kwalitatief (alles hierboven en overige methodes)
Kwaliteit van enquete wordt bepaald door deze 4 aspecten:
- De juiste doelgroep selecteren
- De juiste vragen stellen
- De vragen op de juiste manier stellen
- De gegeven antwoorden begrijpen en juist interpreteren
4 manieren om een vraag in een enquete onjuist te stellen
- De vraag bestaat eigenlijk uit twee vragen
- De vraag is suggestief van aard
- De vraag is onduidelijk of te breed gesteld
- De vraag is juist te specifiek gesteld
Bias
Een systematische vertekening in de relatie tussen het doel van de vraag en de gegeven antwoorden, waardoor de getrokken conclusies niet overeenkomen met de werkelijkheid die wordt onderzocht
3 voordelen van het gebruik van meetschalen voor enquetes
- Vereenvoudigt het geven van antwoorden
- Helpt bij het verzamelen van de gegevens
- Vereenvoudigt het samenvatten en analyseren tot bruikbare informatie
8 stappen bij opzetten en uitvoeren van een enquete
- Bepaal het doel van de enquete
- Ontwerp een representatieve steekproef
- Stel vast welke informatie verkregen moet worden
- Schrijf de vragen in concept en bepaal de meetschalen
- Test alle vragen en de uitkomsten in relatie tot de doelstellingen
- Valideer de vragen en de enquete
- Zet de enquete definitief op en voer de enquete uit
- Verwerk en analyseer de resultaten en trek de juiste conclusies
Relatiematrix
Er wordt een verbinding gemaakt tussen de kenmerken van het product of dienst en de klantwensen.
5 stappen voor maken van relatiematrix
- Verzamel de VOC en waardeer het belang van elke klantwens (0-5)
- Bepaal de relevante requirements
- Bepaal de relatie tussen iedere VOC en ieder technisch requirement (score van 0, 1, 3 of 9)
- Beoordeel de kracht van de concurrentie
- Bepaal de prioriteit (vermenigvuldigen score klantwens met score relatie tussen klantwens en technische requirement)
12 onderwerpen waar voldoende inzicht in is gekregen bij afsluiting define fase
- Helder wie de klant is, de VOC is verzameld
- De probleem- en project doel en doelstellingen zijn helder
- Team benoemd, teamrollen en verantwoordelijkheden duidelijk
- SIPOC opgesteld en gevalideerd met team
- Gedetailleerde procestekening gemaakt en gevalideerd met team
- Stakeholder analyse uitgevoerd en besproken met opdrachtgever
- Eerste business case gemaakt en gevalideerd
- Quality Function Deployment - Relatiematrix opgesteld
- Eerste planning voor het verbeterproject gereed
- Kick-off-meeting voor het project heeft plaatsgevonden
- Overzicht met de Next Steps voor de Measure-fase
- Project Charter is volledig en door alle Tollgate leden geaccordeerd
Centrale tendens
Dat punt in de verdeling waaromheen de meeste individuele waarnemingen zich groeperen (gemiddelde, mediaan en modus)
Variatie (of spreiding)
Mate waarin er spreiding (variatie) is tussen de afzonderlijke datapunten. Deze maat geeft dus een beeld over hoe de datapunten zijn verdeeld over de x-as.
Mediaan
Middelste punt in een geordende verdeling waarbij een gelijk aantal waarnemingen aan beide zijden van het middelste punt liggen.
Modus
De waarde die binnen een steekproef of populatie het meest aantal keer voorkomt (de grootste frequentie)
Spreidingsbreedte
Het verschil tussen de hoogste en de laagste waarde van alle waarnemingen
Variantie
De gemiddelde kwadratische afwijking van alle individuele waarnemingen ten opzichte van het rekenkundig gemiddelde.
Standaarddeviatie
Wortel van de variantie
Continue data
Kunnen elke waarde op een glijdende schaal aannemen en kunnen tot in de kleinste oneindigheid worden opgedeeld met behoud van betekenis.
Twee subtypes continue data
- Ratio (waarde ‘nul’ heeft geen betekenis meer)
- Interval (waarde ‘nul’ heeft nog wel een betekenis)
Discrete data
Kunnen alleen hele waarden aannemen en zijn altijd tellingen.
Drie subtypes van discrete data
- Tellingen (tellen van aantallen)
- Ordinaal (sprake van een bepaalde ordening en hebben onderling een relatie)
- Nominaal (iedere titel heeft een specifieke naam gekregen zonder dat ze onderling een relatie met elkaar hebben)
5 belangrijke eigenschappen van een normale verdeling
- De vorm van een normaalverdeling wordt bepaald door het gemiddelde (mu) en de standaarddeviatie (sigma)
- De mediaan, de modus en het gemiddelde zijn aan elkaar gelijk
- De parabool is perfect symmetrisch
- De uiteinden van de verdeling tenderen naar oneindig
- De oppervlakte onder de parabool bevat 100% van alle mogelijke waarnemingen
Steekproef
Representatieve deelverzameling van de populatie, aangegeven met kleine letter n.
Drie eisen van een steekproef om statistische conclusies te kunnen trekken over de gehele populatie
- Representatief
- Onafhankelijk
- Unbiased
Stratificeren
Techniek die wordt gebruikt om een totale groep data op te splitsen in homogene groepen (de strata). Het criterium op basis waarvan de groep data wordt gesplitst wordt de stratifier genoemd.