Signaalwoorden Flashcards
1
Q
Actually
A
eigenlijk
2
Q
as a matter of fact
A
in feite
3
Q
in fact
A
in fiete
4
Q
surely….but
A
eigenlijk wel…. maar
5
Q
in order to
A
om te
6
Q
so that
A
zodat
7
Q
hardly
A
nauwelijks
8
Q
merely
A
slechts
9
Q
scarcely
A
nauwelijks
10
Q
to a certain degree
A
tot op zekere hoogte
11
Q
to a large xtent
A
in hoge mate
12
Q
virtually
A
vrijwel
13
Q
inevitably
A
het is onvermijdelijk dat
14
Q
maybe
A
misschien
15
Q
perhaps
A
misschien
16
Q
possibly
A
mogelijk
17
Q
probably
A
waarschijnlijk
18
Q
undoubtedly
A
ongetwijfeld
19
Q
without doubt
A
ongetwijfled
20
Q
after all
A
tenslotte
21
Q
all in all
A
alles bij elkaar
22
Q
as a result of
A
als gevolg daarvan
23
Q
Consequently
A
als gevolg daarvan
24
Q
hence
A
vandaar dat
25
in brief
kortom
26
so
dus
27
therefore
daarom
28
that is why
daarom
29
thus -begin vd zin-
daardoor
30
as
aangezien
31
because
omdat
32
deu to
vanwege
33
for -begin vd zin-
want
34
since
omdat
35
although
hoewel
36
but
maar
37
contrary to
in tegenstelling tot
38
conversely
daarentegen
39
despite
ondanks
40
even so
toch
41
even though
ook al
42
however
echter
43
in contrast to
in tegenstelling tot
44
in spite of
ondanks
45
instead of
in plaats van
46
nevertheless
niettemin
47
nonetheless
niettemin
48
on the contrary
integendeel
49
on the one hand, on the other hand
enerzijds, anderzijds
50
rather than
eerder dan
51
still
toch
52
though
hoewel
53
unfortunately
helaas
54
whereas
terwijl
55
while
terwijl
56
yet
terwijl
57
e.g (exemplu gratia)
bijvoorbeeld
58
equally
in dezelfde mate
59
for example
bijvoorbeeld
60
for instance
bijvoorbeeld
61
fortunately
gelukkig
62
i.e. (id est)
dat wil zeggen
63
likewise
eveneens
64
similarly
evenzeer
65
such as
zoals
66
thus
op deze manier
67
currently
tegenwoordig
68
eventually
uiteindelijk
69
in the meantime
intussenm
70
eanwhile
intussen
71
now
nun
72
nowadays
tegenwoordig
73
then
toen
74
besides
daarnaast
75
both...and
zowel...als
76
either...or
of...of
77
furthermore
bovendien
78
first of all...secondly
ten eerste...ten tweede
79
finally
ten slotte
80
in addition
bovendien
81
indeed
werkelijkm
82
moreover
bovendien
83
neither...nor
noch...noch
84
what is more
bovendien
85
if
indien
86
on the condition that
op voorwaarde dat
87
provided that
mits
88
unless
tenzij
89
whether
of