Signaalwoorden Flashcards
da
Daar, omdat
daher
Daarom
Daraus geht hervor
Daaruit blijkt
Darum
Daarom
Das heiß
Dat betekent
Denn
Want
Deshalb
Daarom
Deswegen
Daarom
Es ist klar
Het is duidelijk
Grund
Reden
Nämlich
Namelijk
Wegen
Vanwege
Weil
Omdat
Sogar
Zelfs
Und zwar
En wel
Vor allem
Vooral
Allerdings
Echter
Außer
Behalve
Jedenfalls
In elk geval
Kaum
Nauwelijks
Nachteil
Nadeel
Nur
Alleen
Weder… noch
Noch… noch
Zwar
Wel, weliswaar
In der tat
Inderdaad, werkelijk
Natürlich
Natuurlijk
Tatsächlich
Inderdaad, werkelijk
Also
Dus
Je… desto
Hoe… hoe
Schließlich
Uiteindelijk, tenslotte
Außerdem
Bovendien
Dann
Dan
Erstens, zweitens, drittens
Ten eerste, ten tweede, ten derde
Ob… Ob
Of… of
Sowohl… als auch
Zowel… als (ook)
Und
En
Aber
Maar, echter
Allerdings
Echter
Dagegen
Daarentegen
Dennoch
Echter
Doch
Toch
Einerseits, andererseits
Aan de ene kant, aan de andere kant
Jedoch
Echter
Obwohl
Hoewel
Oder
Of
Sondern
Maar