SDG'S Flashcards

1
Q

geen armoede

A

de armoede moet worden aangepakt. Niemand mag arm zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

geen honger

A

niemand mag honger lijden. Iedereen heeft recht op betaalbaar, gezond en gevarieerde voeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

goede gezondheid en welzijn

A

iedereen moet voldoende info krijgen over bepaalde ziektes. Er moet meer aandacht zijn voor mentale gezondheid en drank-en drugsgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

kwaliteitsonderwijs

A

iedereen heeft recht om naar school te gaan en verder te studeren ongeacht geslacht. Het moet veilig zijn en van een voldoende hoog niveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

gendergelijkheid

A

iedereen moet gelijke kansen krijgen en rechtspraak ongeacht geslacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

schoon water en sanitair

A

iedereen heeft recht op schoon drinkbaar water en sanitaire voorzieningen. Het moet veilig zijn zonder afvalstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

betaalbare en duurzame energie

A

iedereen heeft recht op betaalbare en duurzame energie. Je moet zuinig zijn met energie en investeren in hernieuwbare bronnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

eerlijk werk en economische groei

A

slavernij, dwang- en kinderarbeid moeten verdwijnen. Er moet een duurzame economische groei zijn voor elk land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

industrie, innovatie en infrastructuur

A

er moet een duurzame infrastructuur zijn. vernieuwde industrie is belangrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ongelijkheid verminderen

A

nergens in de wet mag discriminatie staan obv. geslacht, leeftijd, afkomst…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

duurzame steden en gemeenschappen

A

Er moeten betaalbare woningen zijn en duurzame mobiliteit om het milieu zoveel mogelijk te verbeteren. Veilige groene ruimtes en belangrijke gebouwen moeten bewaard blijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

verantwoorde consumptie en productie

A

we moeten grondstoffen zo zuinig mogelijk gebruiken, recycleren en voedselverspilling moet verminderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

klimaatactie

A

iedereen moet meewerken aan veranderingen. We moeten kwetsbare landen weerbaarder maken tegen natuurrampen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

leven in het water

A

we moeten oceanen en zeeën beschermen. We moeten in gaan tegen vervuiling en overbevissing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

leven op aarde

A

ecosystemen beschermen en biodiversiteit behouden, beschadigde natuurgebieden herstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

vrede, justitie, sterke publieke diensten

A

ingaan tegen misdaad en geweld, rechtspraak moet onafhankelijk zijn

17
Q

partnerschap om doelstellingen te bereiken

A

we moeten samenwerken met bedrijven, burgers, overheden, en kennis delen