Schoudergewricht Flashcards

1
Q

M. supraspinatus

A

Oorsprong:
Fossa supraspinata van de scapula

Aanhechting:
Tuberculum majus van de humerus

Functie:
Abductie

Innervatie:
N. suprascapularis (C4-6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

M. infraspinatus

A

Oorsprong:
Fossa infraspinata van de scapula

Aanhechting:
Tuberculum majus van de humerus

Functie:
Exorotatie

Innervatie:
N. suprascapularis (C4-6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

M. teres minor

A

Oorsprong:
Margo lateralis van de scapula

Aanhechting:
Tuberculum majus van de humerus

Functie:
Exorotatie, zwakke adductie

Innervatie:
N. axillaris (C5-6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

M. subscapularis

A

Oorsprong:
Fossa subscapularis van de scapula

Aanhechting:
Tuberculum minus van de humerus

Functie:
Endorotatie

Innervatie:
N. subscapularis (C5-6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

M. deltoideus

A

Oorsprong:

  • Pars clavicularis: Lateraal derde deel van de clavicula
  • Pars acromialis: Acromion
  • Pars spinalis: Spina scapulae

Aanhechting:
Tuberositas deltoidea van de humerus

Functie:

  • Pars clavicularis: Anteversie, endorotatie, adductie
  • Pars acromialis: Abductie
  • Pars spinalis: Retroversie, exorotatie, addductie

Innervatie:
N. axillaris (C5-6)

Innervatie:

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

M. latissimus dorsi

A

Oorsprong:

  • Pars vertebralis: Procc. spinosi van de 7e-12e borstwervel. Via de fascia thoracolumbalis van de doorn-uitsteeksels van alle lendenwervels en van het os sacrum.
  • Pars iliaca: Achterste derde deel van de crista illiaca
  • Pars costalis: 9e-12e rib
  • Pars scapularis: Angulus inferior

Aanhechting:
Crista tuberculi minoris van de humerus

Functie:
Endorotatie, adductie, retroversie, hulpademhalingsspier (uitademing)

Innervatie:
N. thoracodorsalis (C6-8)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

M. teres major

A

Oorsprong:
Angulus inferior van de scapula

Aanhechting:
Crista tuberculi minoris van de humerus

Functie:
Endorotatie, adductie, retroversie

Innervatie:
N. thoracodorsalis (C6-8)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

M. pectoralis major

A

Oorsprong:

  • Pars clavicularis: mediale helft van de clavicula
  • Pars sternocostalis: sternum en 2e-6e ribkraakbeen
  • Pars abdominalis: lamina anterior van de rectusschede

Aanhechting:
Crista tuberculi majoris van de humerus

Functie:

  • Adductie en endorotatie (gehele spier)
  • Anteversie (Pars clavicularis en pars sternocostalis)
  • Hulpademhalingsspier

Innervatie:
Nn. pectorales mediales en laterales (C5-Th1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

M. coracobrachialis

A

Oorsprong:
Proc. coracoideus van de scapula

Aanhechting:
Humerus (verlenging van de crista tuberculi minoris)

Functie:
Anteversie, adductie, endorotatie

Innervatie:
N. musculocutaneus (C6-7)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly