Scheikunde H2 Flashcards
2.1) triviale naam
Alledaagse naam van een stof.
2.1) chemische reactie
Een reactie waarbij beginstoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan.
2.1) atoombindingen
Bindingen tussen atomen in een molecuul.
2.1) index
Het cijfer dat rechts onder het symbool in de molecuulformule staat en aangeeft hoeveel atomen van de betreffende atoomsoort in het molecuul voorkomen.
2.1) verbinding
Stof die uit meerdere atoomsoorten bestaat.
2.1) systematische naam
Wetenschappelijke, door regels opgestelde naam van een stof.
2.1) molecuulformule
Een formule die aangeeft welke atoomsoorten aanwezig zijn en hoe vaak deze atoomsoorten voorkomen in het molecuul.
2.1). element
Een atoomsoort en een stof waarvan de moleculen bestaan uit atomen van één atoomsoort.
2.1) atomen
Bouwstenen van moleculen.
2.1) atoomsymbool
Weergave van een atoomsoort in één of twee letters, altijd beginnend met een hoofdletter.
2.2) atoombalans
Het aantal atomen links en rechts van de reactiepijl is hetzelfde in een reactievergelijking.
2.2) coëfficiënt
De verhouding waarin de moleculen reageren.
2.2) reactieschema
De weergave van een chemische reactie, uitgedrukt in woorden.
2.2) reactievergelijking
De weergave van een chemische reactie, waarbij in formuletaal wordt weergegeven welke stoffen in welke verhouding aan de reactie deelnemen.
2.3) elektrolyse
Een ontledingsreactie door middel van elektrische energie.