Samenvatting t/m pagina 9 Flashcards

1
Q

Wat is online marketing?

A

Online marketing is een vorm van marketing waarbij digitale technologieën worden ingezet om producten en diensten te vermarkten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat het 4C model? (denk aan de 4 P’s)

A

.1 customer solution (product)
.2 Costs (prijs)
.3 Convenience (plaats)
.4 Communication (promotie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke verschillende sites zijn er?

A
.1 corporatesites 
.2 webshops
.3 merksites
.4 Dienstverleningsites
.5 Portals (verzamelsites)
.6 Inhoudsites
.7 Vergelijkingssites
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen een corporatesite en een merksite?

A

Een corporatesite is ook voor stakeholders, een merk dient vooral voor branding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

via welke 4 aspecten bepaal je een online middelenmix?

A

.1 einddoelen
.2 specifieke doelen
.3 Strategie
.4 Tactiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat wordt er bedoeld met strategie?

A

Welke middelen je inzet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke online verdienmodellen zijn er?

A
.1 goederenverkoop
.2 abonnement
.3 Verbruiksmodel
.4 Lokaasmodel
.5 instapmodel/freemiummodel
.6 koppelverkoop
.7 Servicemodel
.8 Reclamemodel
.9 Makelaarsmodel
.10 Licentie
.11 Intermediair
.12 disintermediair
.13 crowdfunding
.14veiling
.15 affiliate
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt er bedoeld met het verbruiksmodel?

A

Wanneer een bedrijf verdient per hoeveelheid waarmee de klant het verbruikt. bv. google ads, betaalde skype, of een dienst die wordt aangeboden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat wordt er bedoeld met het lokaasmodel

A

Het scheermesjesmodel, dus goedkoop hoofdproduct en dure bijproducten met veel marges.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe ziet het verdienmodel licentie eruit?

A

Bv. een licentie moeten aacshaffen om software te gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat wordt er bedoeld met crowd donation?

A

Sites zoals patreon, waarop mensen vrijwillig geld kunnen doneren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat wordt er bedoel met disintermediar.

A

Juist een tussenpersoon weghalen. Zoals aliexpress (tissenhanbdel is weg) of makelaarsland (makelaarsbureau is weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke 5 verschillende e-commercekanalen zijn er?

A

.1 google shopping: een uitbreiding van google ads
.2 Prijsvergelijkers
.3 Resellers zoals bol.com en amazon
.4 Admarkt, het platform van marktplaats waar je advertenties kan plaatsen
.5 Affiliate marketing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarvoor staat de afkorting CRM?

A

customer relationship management

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat houdt CRM in?

A

CRM is de implementatie van een strategie waarmee een bedrijf of instelling beoogt klantrelaties te optimaliseren in termen van klantrendement en klanttevredenheid. CRM wordt daarbij gezien als een continue en systematische organisatieomvattende activiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de 8 V’s van de CRM trechter?

A
.1 verkennen
.2 Verfijnen
.3 Verleiden
.4 Veroveren
.5 Verwennen
.6 Verbinden
.7 Verrassen
.8 verhogen
17
Q

Wat wordt er bedoeld met verfijnen in de CRM trechter?

A

Marktsegementen en niches kiezen die de meeste kansen bieden.

18
Q

Wat wordt er bedoeld met veroveren in de CRM trechter?

A

de unique buying reasons, oftewel klantgericht verkopen

19
Q

Wat wordt er bedoeld met verhogen in de CRM trechter?

A

De klantwaarde verhogen

20
Q

Welke persoonlijke omstandigheden kunnen een rol spelen in de besluitvorming?

A

.1 demografische kenmerken
.2 levensstijl
.3 Situationele factoren

21
Q

Welke psychologische factoren kunnen een rol spelen in de besluitvorming?

A
.1 behoeften en motieven
.2 perceptie
.3 leerprocessen
.4 Persoonlijkheid
.5 Attitudes
22
Q

Welke sociale factoren kunnen een rol spelen bij besluitvorming?

A

.1 cultuur
.2 Sociale klasse
.3 referentiegroepen
.4 Gezinsinvloeden

23
Q

Hoe ziet het koopbeslissingsproces eruit?

A
.1 probleemherkenning
.2 informatie zoeken
.3 Evalueren van alternatieven
.4 ! Aankoopbeslissing ! 
.5 evaluatie na de aankoop.
24
Q

Wat wordt er bedoeld met crossselling?

A

Klanten stimuleren om meerdere producten en of diensten (samen) af te nemen. Bv. een verzekwering aanbieden bij een vakantie

25
Q

Wat wordt er bedoeld met deepselling?

A

Het vergroten van de afname van meer producten of diensten uit het assortiment. Dus assortiment vergroten.

26
Q

Wat wordt er bedoeld met upselling?

A

De klant stimuleren om een duurdere versie van het product aan te schappen.

27
Q

Welke 3 manieren zijn er om meer nieuwe klanten aan te trekken?

A

.1 Referenties: Klanten stimuleren om andere klanten te werven
.2 Mond tot mondreclame: Stimuleren van klanten om aanbevelingen te doen
.3 Socialshopping: Stimuleren m anderen bij een aankoop te betrekken, bv. social group buying.

28
Q

Want zijn manieren om het klantbehoud te vergroten?

A

.1 producten en diensten op maat leveren
.2 meer klantbetrokkenheid
.3Uitstekende service

29
Q

Wat is de definitie van contentmarketing?

A

Het maken, aanbieden en verspreiden van content die aansluit op een vooraf gedefinieerde behoefte om zo nieuwe relaties aan te gaan en bestaande relaties te versterken

30
Q

Welke 5 stapen doorloopt een klant in de customer journey?

A
.1 bewustwording
.2 orientatie
.3 Selectie
.4 Aankoop
.5 Retentie
31
Q

Wat wordt er bedoeld met retentie

A

Content aanbieden om klanten terug te laten komen. Bv. gebruikerstips.