Recht HF 1/3 Flashcards

1
Q

Wat is Recht?

A

De door de overheid gemaakte regels die nodig zijn om de samenleving rechtvaardig te ordenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Eigenrichting

A

Zelf voor rechter spelen, is niet toegestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de rechtsbronnen?

A

Wetten
Verderagen
jurisprudentie
gewoonte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is wet

A

Een geschreven rechtsregel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is codificeren

A

het systematisch opnemen van regels in wetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is wet in materiele zin?

A

Een wet die voor herhaalde toepassing vatbaar is en algemene regels
bevat. Zegt iets over de inhoud van de wet.
Bijvoorbeeld: Burgerlijk Wetboek, Wetboek van Strafrecht, Algemene
wet Bestuursrecht, Algemene maatregelen van bestuur, Provinciale
verordeningen, Gemeentelijke verordeningen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is wet in formele zin

A

Gezamenlijk besluit van de Regering en Staten Generaal (art. 81
Grondwet). Zegt iets over de maker van de wet.
Bijvoorbeeld: Burgerlijk Wetboek, Wetboek van Strafrecht, Algemene
wet Bestuursrecht, Begrotingswet, Toestemmingswet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waardoor worden wetten gemaakt?

A

De gemeenteraad, provinciale staten, de regering en de staten generaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is jurisprudentie

A

Uitspraken van de rechters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een vonnis

A

Uitspraak van de rechtbank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is arrest?

A

Uitspraak van het gerechtshog of hoge raad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is gewoonterecht

A

Ongeschreven recht omdat deze regels niet in een wet zijn opgenomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is privaatrecht

A

Regelt de relatie tussen burgers onderling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is publiekrecht

A

Regelt de relatie tussen overheden onderling en tussen overheden en burger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is objectief recht

A

Het geheel van geschreven en ongeschreven regels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is subjectief recht

A

Een individueel recht dat aan de objectief recht ontleend kan worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is dwingend recht?

A

Recht waarvan je niet mag afwijken. een afwijkende afspraak is nietig

18
Q

Wat is aanvullend recht

A

vult afspraken aan over onderwerpen die partijen niet hebben geregeld. Geldt alleen als beide partijen niets geregeld hebben

19
Q

Wat is regelend recht?

A

Wetgeving waarvan door middel van afspraak wel van afgeweken mag worden

20
Q

Wat is een verbintenis

A

Een juridische relatie tussen twee of meer personen. Het is een combinatie van recht tegenover plicht

21
Q

Wat zijn de bronnen van verbintenissen

A

De wet
Een overeenkomst
Rechtelijke uitspraken

22
Q

Wat is relatief recht

A

als je een recht alleen maar tegenover één bepaalde persoon (of bepaalde
personen) kunt uitoefenen. (ookwel persoonlijk recht). Bijvoorbeeld recht op loon, recht op
betaling en recht op levering. Let op: er staat altijd een plicht tegenover!

23
Q

Wat is absoluut recht

A

het recht dat je tegenover iedereen kan laten gelden (bijvoorbeeld
eigendomsrecht) bijvoorbeeld eigendomsrecht, octrooirecht.

24
Q

Wat is octrooirecht

A

je hebt dan als uitvinder het alleenrecht op je uitvinding. Je mag dan als enige
jouw uitvinding verkopen, gebruiken of op een andere manier exploiteren.

25
Q

Rechtshandeling intro

A

De rechtsgevolgen van een verkoop zijn dat de verkoper verplicht is een goed product/goede
dienst te leveren aan de koper en dat de koper verplicht is een tegenprestatie te leveren voor
het product/dienst (bijvoorbeeld een geldbedrag betalen)

26
Q

Wat is een rechtsfeit

A

Een feit dat relevant is voor het recht, hieraan verbindt het recht een rechtsgevolg

27
Q

Wat is een blootrechtsfeit

A

Als het rechtsgevolg intreedt zonder dat daarvoor een menselijk handelen van de betrokkene zelf nodig is. (bijv. Meerderjarig worden)

28
Q

Wat is een feitelijke handeling

A

Ale een menselijke handeling niet gericht is op het intreden van een bepaald rechtsgevolg terwijl het rechtsgevolg wel ontstaat (perongeluk)

29
Q

Wat is rechtshandeling

A

een handeling die gericht is op een rechtsgevolg
Rechtshandelingen kun je onderscheiden in de volgende groepen:

  1. Eenzijdige rechtshandelingen:
    Deze komen tot stand door één persoon. Bijvoorbeeld: het maken van een testament,
    het opzeggen van een overeenkomst en het geven van ontslag.
  2. Meerzijdige rechtshandelingen:
    Komen tot stand door twee of meer personen. Bijvoorbeeld: het sluiten van een
    overeenkomst.
30
Q

Wat is een overeenkomst

A

Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling.
Eenzijdig: is bijvoorbeeld een schenking.
Wederkerig: is bijvoorbeeld een koopovereenkomst.

31
Q

Hoe komt een overeenkomst tot stand?

A

Vormvrij: dat de wet niet een bepaalde vorm voorschrijft zoals een contract ook een per mail gesloten overeenkomst is rechtsgeldig
Wilsovereenstemming: dat de overeenkomst gesloten is als je het met elkaar eens bent

32
Q

Wanneer heb je een aanbod

A

Van een aanbod is sprake wanneer het ten minste de essentiële elementen van de te sluiten
overeenkomst bevat. Bij een koopovereenkomst zijn essentiële elementen met name de prijs
en de zaak.

33
Q

Wanneer niet overeen gestemd word

A

Als de wil van een persoon niet overeenstemt met zijn verklaring, ontstaat er volgens de wet
geen overeenkomst. Juridisch gesproken zeg je dan dat er sprake is van een nietige en
soms vernietigbare overeenkomst.

34
Q

Wat is een nietige rechtshandeling

A

Is niet geldig en nooit geldig geweest (van rechtswege vanhuit het recht) Hierbij was de afspraak dus zo fout, dat het niet mocht bestaan en nooit bestaan mag hebben,

35
Q

Wat is een vernietigbare rechtshandeling?

A

Je hebt keuze om de rechtshandeling te
vernietigen of laten bestaan. Let op: na vernietiging heeft het dezelfde werking als nietigheid.
Het kan met terugwerkende kracht worden vernietigd Voorbeeld: als iemand onder dwang
een overeenkomst tekent.

36
Q

Wat zijn redenen voor een verklaring die niet in overstemming is met de wil?

A

Duidelijk misverstand
Geestelijke stoornis, valt onder vernietigbaar. Het is wel rechtsgeldig maar kan met terugwerkende kracht worden vernietigd

37
Q

Wat is een wederkerige overeenkomst?

A

als voor beide partijen over en weer verbintenissen uit de
overeenkomst ontstaan. Hierbij is elke partij zowel schuldeiser (crediteur) als schuldenaar
(debiteur). Bijvoorbeeld: een koopovereenkomst.

38
Q

Wat is een eenzijdige overeenkomst?

A

als uit een overeenkomst voor slechts een van beide partijen

één of meerdere verbintenissen ontstaan. Bijvoorbeeld: schenkingsovereenkomst.

39
Q

Wat zijn de 3 soorten tijdsduur aanbod

A

Herroepelijk
Onherroepelijk
vrijblijvend

40
Q

Wat is een herroepelijk aan bod?

A

Een aanbod kan worden herroepen zolang het nog niet is aanvaard. Een aanbod kan
niet meer worden herroepen als er een mededeling waarin de aanvaarding staat, is
verzonden

41
Q

Wat is een onherroepelijk aanbod?

A

Als het voorstel een termijnstelling voor de aanvaarding inhoudt of als de
onherroepelijkheid op andere wijze uit het aanbod blijkt.

42
Q

Wat is een vrijblijvend aanbod

A

Hierbij kan zelfs direct na de aanvaarding van het bod nog worden herroepen.
Let op: een uitnodiging tot het doen van een aanbod is GEEN aanbod!