Ralfs Dutch Words Flashcards
1
Q
rock
A
rotsen
2
Q
rotsen
A
rock
3
Q
zwart
A
black
4
Q
black
A
zwart
5
Q
avonture
A
adventure
6
Q
adventure
A
avonture
7
Q
airplane
A
vliegtuig
8
Q
vliegtuig
A
airplane
9
Q
engine failure
A
motorstoring
10
Q
motorstoring
A
engine failure
11
Q
particulier
A
special
12
Q
special
A
particulier
13
Q
take long
A
lang duren
14
Q
lang duren
A
take.long
15
Q
reparatie
A
repair
16
Q
repair
A
reparatie
17
Q
kenteken
A
licence plate
18
Q
licence plate
A
kenteken
19
Q
iemand
A
someone
20
Q
someone
A
iemand
21
Q
vreemd
A
strange
22
Q
vreemd
A
strange
23
Q
kijken
A
have a look
24
Q
have a look
A
kijken
25
geen
no, none
26
no, none
geen
27
pity
jammer
28
jammer
pity
29
je weet
you know
30
you know
je weet
31
for him
voor hem
32
voor hem
for.him
33
kwestie
issue, question
34
issue, question
kwestie
35
kan ik u soms helpen?
may i help you?
36
may i help you?
kan ik u soms helpen?
37
goedemorgen
good.morning
38
good morning
goedemorgen
39
Because I am dumb
Omdat ik dom ben
40
Because
Omdat
41
begeer
covet
42
Brieven
letters
43
Inhoudsopgave
content (of book)
44
Lieve
dear
45
ook
also
46
allereerst
at first
47
uitnodigingen
invitations
48
ik houd niet
I do not
49
afpakken
take away
50
mensen
people
51
helemaal
at all
52
bezit
property
53
Natuurlijk kun je je afvragen
Of course, you might wonder
54
als de deur wijd openstaat
when the door is wide open
55
geloof
faith, belief
56
bezighouden
keep busy with, occupy
57
weer
again
58
echtgenoot
husband
59
toekomstige
future (verb)
60
merkwaardige
curious, strange
61
gevoelens
feelings
62
voor jou
for you
63
ontwikkelen
develop
64
daarvan meteenop the hoogste gesteld
immediately informed of them
65
en hij leek en schik in the hebben
and he seems to enjoy it
66
daarvan
of that
67
meteenop
right away
68
hij zei
he said
69
Nou
well,
70
dan moet je maar weer snel langskomen
you'd better come by again sool
71
langskomen
come along
72
verbaas
amaze, wonder
73
want
because
74
mij al laten weten dat
let me know that
75
leek
look like
76
dat hij jou zo leuk vond
that he liked you so much
77
omdat je op een model leek
because you looked like a model
78
opmerking
remark
79
van een man
of a man
80
delen
to share
81
dacht ik
I thought
82
ik haast mij
I hurry
83
te zeggen
to say
84
gebit
teeth
85
En het gaat mij ook niet om
And I am not concerned with
86
Anders dan
Different from
87
gepreoccupeerd
preoccupied
88
met het juiste
with the right
89
merk schoenen
brand shoes
90
mij gaat het vooral om
to me its all about
91
Twee dagen darnaa
two days later
92
klootzakje
asshole
93
bovendien
moreover
94
De besten gaan als eerste, zegt men
The best go first, so they say
95
Meer niet
Not more
96
dood
dead
97
Overigens
By the way
98
uitstekende
excellent
99
tandarts
dentist
100
zwanger
pregnant
101
hoef ik niet nodig
I do not need
102
hogerop
up
103
maatschappelijke stijgers
social climbers
104
moeten er ook zijn
need to be there
105
zulke pietjes precies
exactly such people
106
pietjes
people
107
precies
exactly
108
altijd
always
109
altijd bang
always afraid
110
altijd bezig
always busy
111
altijd bang het verkeerde word te zeggen
always afraid to say the wrong word
112
uit den boze
out of question
113
laat ik je uit de droom helpen
let me help you out of a dream
114
uitgestorven
died out, extinct
115
onverzekerte mensen
people without insurance
116
rustig
quietly
117
daarna
afterwards
118
nooit meer
never again
119
wie
who
120
