Radiologie Flashcards
Bestraling op snel delende cellen + bijwerking
Kort termijn
Revisibel
Bestraling op langzaam delende cellen + bijwerking
Bijwerking op lang termijn
Irreversibel
Elektronen (3)
Uitwendige bestraling
Oppervlakkig
Negatief geladen
Oppervlakkig 1-6 cm in lichaam
Fotonen (4)
Gamma en rontgen stalen
Apparaat aan = straling
Ongeladen deeltje
Dieper dan electronen
Protonen (3)
Positief geladen
Nauwkeurig (pas op bij fout instellen)
Eenheid = 1 Gray (GY) = 1 Joule/kg
Inwendige bestraling 2 voorbeelden
Brachytherapie (gesloten bron)
Prostaatcarcinoom: direct radioactief jodium (1-125)preloading/blijft in
Gynaecologischeca: Irridium (ir-192) afterloading, tijdelijk
Bestralingstechnieken (5)
Doelvolume dmv CT scan Conventionele radiotherpie Conformatietherapie Intensiteit modulaties radiotherapy (IMRT) Rotatietechniek (IMRT)
Doelvolume (3) (Bestralingstechnieken)
GTV tumorvolume CTV klinisch doelvolume (+marge rond tumor + tumorcellen) PTV planningsvolume (marge rekening houdend met beweging, ademhaling, variatie in grote organen, onnauwkeurigheden in positionering patient
Conventionele radiotherapie
Klassieke vorm van bestraling, gezond weefsel minimaal gespaard worden
Comformatietherapie (Bestralingstechnieken)
Gedoseerde bestraling, besparing gezondweefsel
Intensiteit modulaties radiotherapy (IMRT) (Bestralingstechnieken)
Maximale sparing van gezond weefsel, minimale kans op irreversibele beschadiging
Rotatietechniek (Bestralingstechnieken)
toegepast bij de IMRT, fraxidosis in een beweging toe brengen
VMAT = Volumetric modulated Arc Therapie.
(Niet elk bestralingsvelden hoeft apart te worden ingesteld, + duurt korter)
Sparen gezondweefsel
Begeleide radiotherapie (Bestralingstechnieken)
Rontgen techniek om te controleren of pte nog op de juiste positie ligt
EPID - 2D afbeelding
Cone beam CT (elke lineaire versneller) Wit = ligt goed, groen en roze niet goed
Steroetactische bestraling (Bestralingstechnieken)
Hypofractionering
Goed beschreven doelgebied
Hoge bestralingsdosis met precisie
BV hersenen
Hypofractionering (Bestralingstechnieken)
Minder fracties
Grotere bestralings dosis per fractie
Meer kans op late schade (organen)
Palliatief
Hyperfractionering (Bestralingstechnieken)
Meer fracties
Lagere bestralingsdosis per fractie
Gezond weefsel heeft de kans zich te herstellen
Curatief
Geaccelereerde fractionering (Bestralingstechnieken)
Bij long, hoofd, hals
Verkorte bestralingstijd
2 x per dag = verkort behandeltijd (weken)
Radiosensitizers (Bestralingstechnieken)
Chemo die versterkt de behandeling
Strooibehandeling (Bestralingstechnieken)
Pas op met metaalhoudende crème:
Metaal verstrooit de door ioniserende opgewekte elektronen
Pacemaker/ICD (bestralingtechnieken)
De werking kan verstoord worden door de bestraling dus mag niet in het bestralingsveld liggen
Procedure bestraling (radiotherapie)
Consult radiotherapie
Mouldroom (hulpmiddel aanmeten?) tatoeage puntjes
Lokaliseren en aftekenen van bestralingsgebied (dmv van CT)
Bestralingsplannen (PTV en vereiste dosis) multidisciplinair
Bestralingsbehandeling (met megavoltapparatuur, lineaire versneller) duur 10-20 min
OAR (dosis bestraling) (radiotherpie)
Risciodosis kritieke organen zo laag mogelijk
Protonen bestraling (radiotherapie)
Dosis pas in het lichaam = minder schade aan omliggende weefsel
Therapeutische breedte bepalen (radiotherapie)
Gevoeligheid tumor voor bestraling (therapeutische dosis)
Gevoeligheid omliggende weefsels (OAR) (tolerantiedosis)
Meerveldentechniek (rotatie) (radiotherpie)
Zoveel mogelijk gezond weefsel te besparen
Curatieve behandeling (radiotherapie)
4-7 weken 5 x per week kleine fracties (+/-2Gy)
Zodat gezond weefsel zich sneller hersteld
Palliatieve behandeling (radiotherapie)
Verlichten klachten
Beperkt aantal zittingen
Acute bijwerking acceptabel
Electieve (gericht) behandeling (preventieve)(radiotherpie)
Bij tumor met een voorspelbaar metastaseringpatroon naar bepaald gebied
Profylaxe bestraling van niet zichtbare micro metastasen
Combinatiebehandeling (radiotherapie) (5)
Pre operatief (chemo)(adjuvant) Post operatief Peroperatief Sequentieel( eerst chemo dan bestraling) concomitant (gelijktijdig met chemo) Hyperthermie 42/43 graden oxygenatie = tumor gevoelig voor radiotherapie
Bijwerkingen radiotherapie (2) Kort
Kort:
Huid
Mucositis (van mond tot kont)
Erytheem (radiotherapie)
Roodheid van de huid / lanette crème, calendulacreme
Droge en natte desquamatie (radiotherpie)
Schilverige huid
Oppervlakkige natte wond/ lanette + zacht katoen of siliconenverband op huid
Bijwerkingen radiotherapie lang termijn (3 mnd na) (6)
Huid: atrofie, Tele angiectastieen, pigmentverandering, fibrose
Haarverlies: + 40GY
Slijmvlies: stop aanmaak (oraal/vaginaal)
Vermoeidheid
Lymfeoedeem
Groeistoornis
Psychosociaal
Inwendige radiotherapie
Radionuclidentherapie gekoppeld aan dragerstof
Selectief opgenomen door tumor
Omliggende weefsel sparen
Systematisch: oraal of intraveneus
Nadeel: radioactieve besmetting van patient
Inwendige straling (radiotherapie)
Straling (Bq) (MbQ)
Halfwaardetijd na 10 behandelingen, geen straling meer aantoonbaar in het lichaam
Toepassing inwendige radiotherapie (8)
Schildklierkanker: chirurgie/stop schildklierhormoon/opname jodium + 1 mnd = radioactief jodium (oraal/iv/pil) in rest schildklier weefsel, + 7dgn scintigram waar ophoping = meta’s
Skeletmeta’s: Palliatief: radioactief in osteoblastische meta’s poli/klinisch
Neuro-endocrien: hormoon, meta’s, goed gediff. Tumor, niet agressief, goed te behandelen, scintigram of tumor stof opneemt.
Non-hodgekin lymfoom: hematogeen (B/Tlymfocyten) radio immunotherapie + 90 Y-ibritumomab. Monoklonale antilichaam voorzien van radionuclide. Straling in lymfoomcellen
Carcinoid: neuro-endocriene tumor: somatische tostatine receptoren tot expressie, dunne darm, uitz lever
Prostaatcarcinoom:
Blaastumor:
Cervixtumor:
Stralingshygiene (inwendige bestraling) (5)
Afstand van stralingsbron (3 x zover van de bron)
Tijd (kort)
Bescherming: beschermende kleding/afvalt. TL dosimeter, meting , zwangerschap kjk
Artikel MIBG bij kinderen met neuroblastoom
Neuroblastoom tumor van sympathische zenuwstelsel (neuro endocriene tumor)
Mataiodobenzylguanidine 1311 MIBG jodium
Jodium 131 mataiodobenzylguanidine (MIBG) in neuroblastoom opgeslagen in de opslagblaasjes in cytoplasma
Voornamelijk bij feochromocytoom, paraganglioom, carcinoide en medullaire schildklierkanker.
Kinderen? Goede opmeting en retentie van MIBG in tumor dmv scintigram
Contra: myelosuppressie, nierfunctiestoornis, ons
Onstabiele pte, isolatie therapie niet mogelijk
Standaards dosis: 3,7-7,4 CBC (100-200mCi) iv gedurende 1-4 uur
Tussenpozen van: 4-6 weken
Bescherming schildklier: orale kaliumjodide 1 x dgs 100mg + 1 dag voor behandeling
Familie aparte kamer + intercom
Stralingshygiene (6)
Afstand stralingsbron Tijd Bescherming (afval) TL dosimeter straling gemeten (preventie, niet voorkomen) Zwangerschap Calamiteiten (protocol)
Leefregels na behandeling (radiotherapie) (6)
Afstand houden (in bijzonder vrouw/kind) Toilet hygiene (spetteren) soda in het toilet (tegen jodium) Ziekenhuisopname ongepland? Niet zwanger +6mnd na Medicatie herstarten Bijwerkingen melden
Dosis limiet van straling (radiotherapie)
1 mSv per jaar
Eerste 24 uur geen bezoek
Zwanger/kind nooit
Brachytherapie bij prostaatcarcinoom
Behandeling (4)
Afwachtend beleid
Radicale prostatectomie
Uitwendige/inwendige radiotherapie
Hormonale therapie
Inwendige brachy (prostaat)
Dosis 145 GY
Continue bestraling (effectiever dan gefractioneerd)
= Herstel van beschadigde cellen vermindering bij langzaam groeiende kanker!
Inclusie criteria (inwendige brachy/prostaat) (4)
TNM (
Behandeling (radioth/prostaat)
21-125 zaadjes per CC
MRI = positie van tumor: binnen kapsel prostaat? = goeie dekking radiotherapie
Geen obstructie/mictie klachten
Op OK onder narcose
Procedure (brachy/inw/prostaat)
Cad
Transrectaal echosonde (prostaat in beeld)
Naalden opvoeren met zaadjes (per naald 5/6 zaadjes)
Dag post operatief = verwijderen cad
2 x plassen = huis
+ 6 weken = CT scan zaadjes controleren
Zaadjes I 125 (brachy/inw/prostaat)?
Halfwaardetijd +60 dgn
Laag energetisch (dosis buiten pte laag)
Kinderen niet op schoot
Bijwerkingen (brachy/inw/prostaat)
Lang/kort
Post ok + 6 weken Obstructief (mictie) Zwakke straal (niet uitplassen) (door zwelling) Irritatieve mictie Mycturie Urge-oncontinentie Lang: Erectiestoornissen
Follow up (brachy/inw/prostaat)
2 jaar> 1x 3 maanden + PSA
2 + >1 x 6 maanden
5+ >1 x 12 maanden
Focal brachytherapie
Zaadjes in de tumor
Mammachirurgie
Epidemiologie en etiologie (6)
Vrouw 45/75 jaar Westerse landen Hormonaal Erfelijk Omgeving
Mammachirurgie
Hormonaal (4)
Blootstelling oestrogeen (menstruatie)
Kind na 35tig
Kortdurend borstvoeding
>5 jaar hormoonsuplletie/overgang
Mammachirurgie
Erfelijk (2)
BRCA1 (chromosoom 17) (30-60% kans op ovarium)
BRCA2 (chromosoom 13) (60/80% kans op mammaca, max 60% kans op 2e primaire mammaca (5-20% kans op ovarium)
Mannen 1 = 1%/2 = 7% (prostaatcarcinoom verhoogd)
DNA onderzoek
Bloedonderzoek bij jongste met mamma/ovariumcarcinoom
(Voor 40 jaar)
NB geen mutatie (erfelijkheid niet uitgesloten) onbekend gen?
Draagster van gen?
Alleen bij vrouw Vanaf 25 jaar: borstcontrole + MRI + LO Vanaf 30: + mammografie Vanaf 35: gyn (ovariumcarcinoom?) (ovaria/tuba uit?) >35: + 1 jaar mammografie >40: + 1 jaar mammografie >50: + 2 jaar mammografie
NB echo + CA125 niet effectief
Mammachirugie
Omgevingsfactoren (5)
Eerder mamma/ovarium/endometrium/colon Bestraling Goedaardige afw mamma Overgewicht Alcohol
Mammachirurgie
Preventie (3)
BVO (50-76 jaar)
Zelfonderzoek
Screening bij groot risico
Mammachirurgie
Symptomen (6)
Zelfonderzoek/BVO Pijn (menstruatie?) Voelbare afwijkingen Huid/tepelintrekking Tepel uitbloed (bloed en bruinig 10% maligne) Eczeem (ziekte van paget) Ontsteking/lymfangitis carcinomatos/ blokkering van lymfedrainage Ulceratie
Mammachirurgie
Meta’s (2)
Lymfebanen —- locoregionale klierstations (oksel/parasternaal)
Hematogeen—–longen, lever en skelet
Mammachirurgie
Triplediagnostiek
Klinisch
Beeldvormend (mammografie + echografie + MRI)
Pathologisch-anatomisch onderzoek (cyt/hyst) (dunne naald/dikke)
Mammachirurgie
Klinisch (6)
Anamnese Borstonderzoek Palpatie lymfeklieren Mammografie Cytologie (Niet te beoordelen in situ/invasief) Histologie (verdoving)
Mammachirurgie
Soorten mamma
Ductaal (melkgangen) 80% (in situ) (niet voelbaar) (Excisie/RTH/ablatie)
Lobulair (melkklieren) 20% (in situ) (niet voelbaar)(geen excisie)
Andere: medullair, mucineus, colloid, tubulair & papillair
Hormonaal 80%
Her 2 25% (trastuzimab)
Lokaal uitgebreid: huidoedeem, mastitis, ulceratie, oedeem, fixatie,okselklieren, meta’s supraclavulaire, infraclaviculaire, parasternale lymfe = neoadjuvante RTH + chirurgie +RT, hormoontherapie
Mammachirurgie
Behandeling
1e keus: chirurgie (curatief)
MST (mastectomie) /MSO (mamma sparend): excisie,okselstadiering, RTH (clips)
Re excisie: met litteken???? = Pos snijvlak = ablatie (borstamputatie)
RTH boost op litteken (T1-2)
Mammachirurgie
MTS niet mogelijk?
Multifocaal (meer dan een tumor) Tumorpositieve snijvlakken (na poging excisie) Eerdere bestraling borst Lokaal recidief na eerder mamma BRCA gen
Mammachirurgie
Mastectomie
Ablatio (borstamputatie)mammae = 1 borstklier excisie, spier intact bij ductaal in situ, recidief na MST, preventie (combi met schildwachtklierprocedure)
Gemodificeerde radicale mastectomie (GRM): ablatio mamma + okselklierdiss bij preoperatieve vastgestelde Pos oksel/SN van spierlaag fascie mee
Mammachirurgie
Regionale behandeling
Okselstadiering
Uitgebreidheid ziekte?
Okselklierdissectie: lymfeklieren van laagste okselniv tot okseltop
= lymfeoedeem, pijn, functie (schouder) (40%)
NB 50/60% verwijderen geen nut
Dus: SN procedure = okselmeta’s okselklierdiss niet zinvol!!!
Mammachirurgie
SN = minder betrouwbaar als….
Tumor >5cm???
Voor maligniteit verdachte bevindingen oksel
Aantal tumor haarden
Eerder grote lumpectomie
Mammachirurgie
Adjudanten therapie
Micrometa’s
Mammachirurgie
Microarray
Voorspellen hoe het risico is op ziekte na 5 jaar
70 genen/kans op mammaca 1-10 jaar na 1e behandeling
Mamma chirurgie
Mammareconstructie
Prothese onder grote borstspier
Weefselverplaatsing: myocutane latissimus dorsi eiland flap, tramflap (spier,vet,bloedvat), diep-flap (buikspieren intact + bloedvoorziening hersteld hoogte borstkas)
Mamma chirurgie
Gemetastaseerde ziekte
Systemisch: hormonaal,Targeted,chemo
Botafbraak: bisfosfonaten, denosumab
RTH: Palliatief: botmeta’s/pathologische fracturen, hersenen en schedelbasis,myelum of caudacompressie
Mamma chirurgie
Prognose
Grootte
Hormoongevoelig
Meta’s naar lymfeklieren
10 jaar is 75%
Mamma chirurgie
Postoperatieve zorg
Wond/drain Seroom (lymfevocht) punctie Gedeeltelijke gevoelloosheid na lymfeklierdissectie (herstelt) Fantoomsensaties geamputeerde borst Afstaand schouderblad (okselzenuw) Lymfeoedeem
Mamma chirurgie
Lymfeoedeem
Niet laten prikken Voorkomen overbelasting Niet in de zon Geen knellende kleding Arm niet laten afhangen
Manuele lymfedrainage Oefentherapie Bandageren Compressietherapie Kousen Chirurgie: shunt voor lymfoveneuze anastomosering
Longchirurgie
Etiologie
Roken 80% Meeroken 20% COPD Litteken weefsel tbc Asbest of radon
Longcarcinoom
Symptomatologie
Algemeen
Vermoeidheid
Algehele malaise
Vermagering
Long carcinoom
Symptomatologie
Centraal geleden (grote luchtwegen)
Vroeg klachten Prikkelhoest Hemaptoe Pijn thorax Benauwdheid
Longcarcinoom
Symptomatolgie
Perifeer gelegen longtumor
Late klachten Afwijkend hoestpatroon Benauwdheid Bloed in het sputum Recidiverende ontstekingen Pijn tgv doorgroei
Longcarcinoom
Symptomatologie
Klachten bij lokale doorgroei/mediastinale lymfekliermeta’s
Heesheid
Gelaatszwelling (venacavasueriorsyndroom)
Longcarcinoom
Symptomatologie
Doorgroei bij bronchuscarcinoom
Huidskleur: grauw, bleek
Stuwing: van de hals, halsvenen
Adempatroon: dyspnoe in rust; patroon met mogelijk pursed lip breathing
Nagels: gele verkleuring
Longcarcinoom
Paraneoplastische syndromen
Hyponatriemie: SIADH (tumor produceert ADH/vasopressine = vocht vast = laag natrium
Hypercalciemie: parahormoonactiviteit/botmeta’s: sufheid en verwardheid
Ziekte van Marie-bamberger: ontsteking botvlies pijpbeenderen, horlogenagels, trommelstokvingers
Longcarcinoom
Vroegdiagnostiek
Screening = niet zinvol Xthorax = geen uitsluiting longca
Longcarcinoom
Onderzoeken
LO
Palpabele lymfeklieren
Stuwing bij venacavasueriorsyndroom
Vergrote lever
Huidafwijkingen (?)
Longcarcinoom
Onderzoeken
Lab
Naast algemene lab
HB laag is gevolg van Paraneoplastische syndroom
Natrium (Paraneoplastische syndroom)
Calcium (botmeta’s)
Albumine: laag eiwitsynthese door tumoractiviteit
LDH Paraneoplastische syndroom
Alk fosfatase: stuwing galwegen, druk op lever, verhoogde botmeta’s
Trombocyten: beenmerginvasie
Longcarcinoom
Onderzoek
FDG (20% teruggebracht van de pte die ten onrechte geopereerd werden)
Xthorax
CT thorax + bovenhuik/bijnieren
Lymfe: >1cm = meta (te zien op CT)
FDG-Pet/CT-scan indien:
FDG wordt opgenomen door gezwel = maligniteit. (Broncho-alveolairecelcarcinoom/carcinoide + tumor/<10mm neemt het niet op)
-Pos klier
-vergroot mediastinale klier (Nb: bij centrale longtumor is mediastinum minder goed te beoordelen… Mediastum negatief = echo-endo of mediastinoscopie niet!
Longcarcinoom
Onderzoek
MRI/CT hersenen
Verdenking hersenmeta’s
Bij longca stadium III uitsluiting meta’s voor chemoradiatie
Skeletscintigrafie: botmeta’s uitsluiten
Longcarcinoom Endoscopisch onderzoek (5)
Broncoscopie Endo echografie EUS-FNA EBUS TBNA
Longcarcinoom
Bronhoscopie
Flexibele glasvezelscoop In bronchiën Lokale verdoving (keel/neus) Hoest = codeine Antistolling = stop Mediastinale klieren aanprikken Complicatie = zelden = bronchospasme, koorts
Longcarcinoom
Endo-echografie
Glasvezelscoop
Oesophagus/bronchus wand
Echo apparaat aan tip
Klieren puncteren
Longcarcinoom
EUS-FNA
-Endoscopic ultrasound
-Fine Neede aspiration
- via oesophagus
-mediastinale klieren benaderbaar
Vooral:
-klieren onderste mediastum (7,8,9)
-links paratracheale regio (4)
-aortavenster (5/6)
-linker bijnier
-retroperitoneale klieren
Longcarcinoom
EBUS
+
TBNA
Endobronchial ultra sound Transbronchial needle aspiration Paratracheale klieren (2L-4L en 2R - 4R) Wel cytologie, weinig histologie Complicaties = weinig = koorts =indien = mediastinoscopie?
Longcarcinoom
Diagnostische chirurgische ingrepen
Mediastinalescopie
Medische thoracoscopie
VATS
Longcarcinoom
Diagnostische chirurgische ingrepen
Mediastinoscopie
Invasieve methode Histologisch onderzoek Incisie in hals boven sternum voor scoop Onder narcose Bw; bloeding heesheid
Longcarcinoom
Medische thoracoscopie
Onder lokale verdoving
Longvliezen
Longcarcinoom
VATS
Video-assisted thoracoscopic surgery Onder gehele narcose Perifere longbiopten Pleurabiopten Wigexcisie
Longcarcinoom
Pre operatieve risico inschatting
ECG
Cardiale beoordeling
Longfunctieonderzoek: obstructie/reversibiliteit/longinhoud/zuursofopname.
Perfusieschintigrafie (links-rechtsverhouding)
Inspanningstest: risico bij uitslag 10ml/kg/min
Longcarcinoom
Zuurstofopnamecapicitiet (6)
TLC (longcapaciteit)
VC (vitale capaciteit)
FEV1 (Geforceerde expiratoire 1 sec waarde
TLCO totale diffusiecapaciteit (vermogen longblaasjes om O2 op te nemen.
>70% is geen tot gering risico!
Longcarcinoom
Histologie en classificatie
Kleincellig (20-25%) Niet kleincellig (75-80%)
Longcarcinoom
Kleincellig
Grote kern
Weinig cytoplasma
Neuro-endocriene differentiatie
Longcarcinoom
Niet kleincellig
- Adenocarcinoom (30/35%, klierweefsel, perifeer gelegen, meta’s op afstand (+/-) meta’s intrapulmonaal (++) bronchoalveolair: veel sputum
- Plaveiselcelcarcinoom: (25-30%, centraal, groei (+/-) hemoptoe, atelectase)
- Grootcellig ongedifferentieerd (15-20% sulcus superior tumor/ pancoast tumor; gleuf tussen de arteria subclavia n apex van de bovenkwab, in longtop, meta’s (+/-) geen typische klachten, bursitis, artritis, shouderpijn (door ingroei in pleura parietalis)
Longcarcinoom
Histologie
Chemotherapeutica?
EGFR (goede respons chemo)
KRAS (roker, slechte respons, NSCLC,
EML4-ALK (niet roker)
Longcarcinoom
TNM classificatie
(Zelfde voor SCLC/NSCLC
Voor 2010
LD limited disease
ED extensive disease
(SCLC)
Longcarcinoom
Behandeling NSCLC
Beperkte ziekte = chirurgie
20-25% Is curatieve resectie
Lokaal uitgebreide = combi chemo/radiatie
Meta’s: Palliatief, chemo, radio, stent, best supportive care
Cushing: Ongunstige prognostische factoor
Longcarcinoom
Chirurgie
Wig excisie Segment resectie Lob ectomie VATS- lob ectomie Sleeve- lob ectomie Pneumo ectomie Andere
Longcarcinoom
Wig- excisie
Klein stukje long verwijderen
Longcarcinoom
Segment resectie
Lobectomie = niet mogelijk Gunstiger dan Wig Meenemen hilaire klieren Chirurgische stadiering van mediastinum Stereotactische RT is alternatief voorkomen ingreep
Longcarcinoom
Lob ectomie
Verwijderen longkwab
Incisie flank onder arm/rib spreiden
Langdurig herstel
Grote wond
Longcarcinoom
VATS Lob ectomie
Kleine incisies
Scoop met camera
Verschillende operatie instrumenten in de thorax
Minimaal invasief
Longcarcinoom
Sleeve lobectomie
Door luchtweg vanaf de longkwab
Bronchus door + kwab + tumor
Achterblijvende kwab weer op stomp gehecht
Voorkeur op pneumo ectomie
Longcarcinoom
Pneumo ectomie
Verwijderen gehele long
Thorax holte vult zich met vocht
Moraliteit 7-9%
Ectomie Rechts = cardiale complicaties
Longcarcinoom
Andere chirurgische ingrepen
Lobectomie + Wig: Tumor van 1 longkwab naar andere longkwab
Bilobectomie (twee kwabben) bij centrale tumor
Longcarcinoom
Pre operatieve fase
Fyisio Pijn Wond Lastemeter Diëtist IC?
Longcarcinoom
Operatiefase
Algehele anesthesie Epiduraal Drains? Thorax? (Bloed/vocht/lucht) waterstof/zuigkrachtregulator/verzamelreservoir) controle; Los?/Luchtlekkage/verzorging/hygiene Vochtbalans Saturatie Pijnstilling Houding Fysio
Longcarcinoom
Radiotherapie
Lymfe (aangrenzend)
Opzet curatief
Adjuvant: snijvlak mediastinum niet vrij/uitzaaiing. Snijvlak vrij toch ingroei = chemo
Concurrent/sequentieel: stadium IIIA + N2 = Conc indien respons gevolgd door radiotherapie (seq)
Palliatief: bij botmeta’s doorgroei in zenuwbanen, uitzaaiing hersenen, venacava superiorsyndroom (?)
NSCLC stadium 1/2 indien geen operatie
NB: dosis laag (omliggend weefsel) 60-70Gy ipv >100
NB: Ademhaling = groter bestralingsveld
oplossing: stereo tactische RT
Longcarcinoom Radiotherapie Adjuvant Concurrent/sequentieel Palliatief
Adj = na/snijvlak niet vrij mediastinum, uitzaaiingen,
(Ingroei/snijvlak vrij = chemo)
Conc/seq = stadium IIIA + N2, chemo goed respons is radioth
Pall = meta’s: Bot, zenuw, hersenen, venacava superior syndroom
Longcarcinoom Chemotherapie Neo adjuvant Adjuvant Concurrent
Neo= micrometa’s reduceren, tumor slinken (bij inoperabel NSCLC)
Adj= stadium I (5 jaars overleving)(50-75%) /Stadium II (na chirurgie) (25-50%)
Tumor 4-5 cm bij IA/IB + complete resectie = geen chemo
Con= inoperabel st III NSCLC combi radiotherapie = opzet curatief
Longcarcinoom
Endo bronchiale therapie
Obstructie centrale tumor
Elektro cuaterisatie laser therapie: eclectische stroom/curatief tumor <1-3 cm in grote luchtweg, geen doorgroei
Fotodynamische therapie: blijft in tumorcellen, laserlicht is kapot
Brachy: kleine radioactieve bron in luchtweg
Stent: nadeel: hoest infectie. Stent verwijderen indien tumor
Longcarcinoom
Pleuraodese
Chemische ontsteking van pleurabladen
Dmv bleomycine, talk, tetracycline = verkleving van de vliezen
Longcarcinoom
Behandeling SCLC
Chirurgie (+/-) vaak al meta’s
LD (limited disease (T1-2NO-1MO)
Concurrente/seq chemo radiatie
Thoracale bestraling stadium IIIB, <30dgn chemo, <30dgn behandelen. Schema 3 wk, 2x dgs, 30 fracties 1,5Gy
Longcarcinoom
Behandeling SCLC
Gunstige factoren
LD, Vrouwelijk Leeftijd < 70 Performance status WHO 0-1 Afwezigheid Cushing
Longcarcinoom
SCLC behandeling
Follow up
1e jaar = 1 x 3 mnd
2e jaar = 1 x 6 mnd
Daarna t/m jaar 5 = 1 x 12 mnd
Longcarcinoom
Mesothelioom
Longvlies
Mortaliteit 100%
Asbest
Longcarcinoom
Mesothelioom
Symptomen
Pijn borstkas Kortademig Pleuravocht of solide tumorgroei Droge hoest door prikkeling pleurabladen Afvallen Zichtbare verdikking thoraxwand Uitzaaiing naar buikvlies
Longcarcinoom
Mesothelioom
Diagnostiek
Anamnese
LO
Aanvullend: echografie/x thorax, CT/MRI/FDG-PET geen beeld!!!
Pleurabiopsie dmv thoracoscopie = ja!!
CT geleide (histologische) punctie in pleura verdikking
Chirurgische incisie biopt