qozimegjmq Flashcards

1
Q

Wat zijn mysteriespelen?

A
  • Passiespelen genoemd in Duitsland
  • Lijden en dood van Jezus centraal + verlossing
  • OT en NT
  • Sacramentsdag: processie waarbij hostie wordt rondgedragen in monstrans
  • Simultaan toneel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een hypocrites?

A

Personage ingevoerd door Thespis (oude Griekenland). Eerste toneelspeler die in dialoog treedt met het koor of vragen van het koor beantwoordt.
Verklaarder, beantwoorder, presentator

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is Terentius Christianus?

A

Terentius was een Romeinse komedieschrijver. De titel Terentius Christianus werd soms toegekend aan schrijvers uit de renaissance die hem navolgden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de peripetie in Agamemnon?

A

Strikvraag: er is er geen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom zijn de Dionysosfeesten belangrijk voor het Griekse theater?

A

Het ontstond eruit (dithyramben voor Dionysos), jaarlijke toneelwedstrijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is simultaantoneel?

A

Polyscenisch, scènes spelen zich op verschillende plaatsen af, publiek loopt rond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef de verschillende manieren waarop een toneelstuk kan beginnen en leg uit.

A

Ab ovo: vanaf het begin. (amper mogelijk voor toneelstuk)

In medias res: in het midden van de gebeurtenissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef de twee verhaallijnen die in de Gekroonde Laars verstrengeld zijn.

A
  • Het liefdesverhaal van Jaquelijn met Joren en Kosen

- Het verhaal van keizer Karel die bij hen aan tafel komt en nadien bij hem roept

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een rederijkerskamer en hoe is ze georganiseerd?

A

Ontstaan vanuit broederschappen in stedelijke context, later Kamers van Rethorica. Groepen rederijkers in verschillende steden, voordragen. Wordt gezien als feestcomité van de stad. Organisatie: Prinse, deken, factor, zot, knaap, vaandrig, penningmeester en leden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een exostra?

A

Draaischijf/deur om binnenhuisscènes te tonen in het Romeinse theater. Deuren van het scaenae frons worden opengezet, waarachter zich een scène afspeelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is agnitio?

A

Herkenningsscène: ontdekken van ware identiteit. Enkel: iemand ontdekt identiteit waar andere al van wist. Dubbel: beide ontdekken identiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Houdt Lanseloet zich aan de drie eenheden?

A

Tijd en plaats niet: Denemerken, paleis, bos + reis van Reinoud duurt langer dan 1 dag. Handeling ongeveer wel: (afh. van redenering) Lanseloets verhaal is primair, dat van Sanderijn secundair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is liturgisch toneel?

A

Valt onder het geestelijk toneel in de middeleeuwen. Liturgie = deelnemen aan het werk van God. Eerste vormen van toneel herkenbaar binnen de Kerk. Tropen (Gregorius), Quem Quaeritis?, Paasspel, Kerstspel, Profetenspel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn sinnekens?

A

Personages uit het sinnespel van de rederijkers (16e eeuw). Vertegenwoordigers van het kwaad, zorgen voor komisch element, maken mensen bang. Vergelijkbaar met rol van duivel uit oudere stukken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vergelijk de status van het theater in Griekenland en Rome.

A

Grieken: belangrijk tijdverdrijf, veel toneelwedstrijden die veel volk trekken (Dionysa en Lenaia). Publiek is nauw betrokken en kritisch, lage inkomprijs.
Romeinen: lage status, geen Latijnse term voor acteur. Acteurs waren vaak Griekse slaven met weinig aanzien. Eerder propaganda en samen met andere spelen een manier om het volk rustig te houden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn abele spelen? Wat is het Hulthemse handschrift?

A

Verzamelhandschrift in Middelnederlands (15e eeuw) uit Brussel, waarin enkele abele spelen bewaard zijn gebleven. Abel = schoon. Ernstige spelen, vaak gevolgd door klucht. Hoofse sfeer. Adellijke figuren in de hoofdrol.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een dithyrambe?

A

Koorlied voor Dionysos, extatisch loflied waarin vaak over drank en seksuele losbandigheid wordt gezongen om deze god te eren. Improvisatorisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wie is de bode in Phèdre van Racine?

A

Theramenes brengt bodeverhaal: hij is degene die op het einde vertelt aan Theseus hoe diens zoon gestorven is. Dood is te gruwelijk om te tonen, dus wordt verteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wie is Lope de Vega?

A

Spaans auteur in de 16e-17e eeuw. Beweert 1500 comedias geschreven te hebben, waarvan 800 bewaard zijn. Schreef gedicht over hoe je comedias moet schrijven. Wil werkelijkheid nabootsen: ernstige en komische vermengen, hoge en lage afkomst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is dominus gregis?

A

Leider en eigenaar van een Romeins toneelgezelschap, regisseur. Rijke burger die toneelstukken van auteurs koopt en er mee doet wat hij wil.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een teichoskopie?

A

Passage waarin een personage die op een muur zit rechtstreeks verslag uitbrengt van wat er zich achter de muur afspeelt (te gruwelijk om te tonen). < Theorie van de tragedie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Is er agnitio en peripetie in Lanseloet van Denemerken?

A

Peripetie: Reinout beslist om aan Lanseloet te vertellen dat Sanderijn dood is, wat niet zo is. Lanseloet komt om van liefdesverdriet
Agnitio: Kenteken dat Sanderijn aan Reinout meegeeft, waaraan Lanseloet herkent dat ze dood is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is de problematiek met de drie eenheden?

A

Discussie tss theorie en praktijk. Volgens theoretici: eenheden moeten nageleefd worden (want staat zo in Poetica). Praktijk: moeilijkheden, publiek kan tijdsspringen en verplaatsingen wel begrijpen. Moeilijk om verhaal op 1 plaats binnen 12u te vertellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is peripetie?

A

Omkering, beslissende wending, plotse verandering waar agnitio (herkenning) aan vooraf ging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is de rol van de voedster?

A

Vertrouwelinge van hoofdfiguur, vervangster van de moeder. Functioneert als stem van de rede, moet dwaze daad van het hoofdpersonage tegenhouden, maar geeft meestal toe en helpt dan het hoofdpersonage.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Waar in Oedipus bevindt zich de hamartia?

A

Hamartia van Oedipus is koppigheid: hij wil koste wat kost de moordenaar vinden al weet hij niet dat hij het zelf is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is de agnitio in Het leven is droom?

A

Het moment dat Astolphus Rosaura herkent.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat is utile dulci?

A

Horatius: het nuttige aan het aangename koppelen: moraliserend toneel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wie/wat is een Arlequino?

A

Acrobaat, acteur, zanger: personage in de Italiaanse commedia dell’arte (16e-17e eeuw)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Hoe wordt een mysteriespel op het toneel gebracht?

A

Vaak gespeeld op de trappen van de kerk tijdens Sacramentsdag. Later ook processies op praalwagens, tableaux vivants. Polyscenisch, machinerieën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat is de peripetia in Oedipus?

A

Het moment waarop Oedipus beseft wie hij is, dat hij zijn vader gedood heeft en met zijn moeder getrouwd is. Van onwetendheid naar besef.

32
Q

Hoe kwam er een einde aan het geestelijk toneel in Engeland?

A

Henry V trouwt met protestantse en wordt door de paus buiten de Kerk geplaatst. Corpus Christi wordt afgeschaft als feestdag van de Engelse Kerk. Elisabeth I verbiedt alle spelen met christelijk karakter. (16e eeuw)

33
Q

Wat zijn histriones?

A

Benaming voor Romeinse acteurs met lange gewaden, cothurnen, maskers… Komt van het Etruskische “ister” = acteur

34
Q

Wat is de scaenae frons?

A

Hoge wand achter het toneel, monumentaal decor in het Romeinse theater.

35
Q

Wat is een gracioso?

A

Typisch personage in het Spaanse toneel (16-17e eeuw): komische knecht. Relativeert handeling in terzijdes, theaterillusie wordt door zijn opmerkingen doorbroken.

36
Q

Vergelijk de functie van het koor in Agamemnon met het koor in Oedipus

A

Agamemnon (Aeschylos): vrij grote rol, gaat in discussie met personages.
Oedipus: enkel nog aan bod voor het zingen van een stasimon

37
Q

Hoe ontstond de Griekse tragedie?

A

Religieuze oorsprong uit de bokkenzang, uit dithyrambes die voor Dionysos gezongen werden: ritueel

38
Q

Wat is een dit?

A

Een rede, korte humoristische monoloog in het komisch toneel van de Franse middeleeuwen.

39
Q

Wat is catharsis?

A

Zuivering, opwekken van tragische emoties zoals medelijden en vrees. Ultieme doel van Griekse tragedie volgens Aristoteles.

40
Q

Hoe relativeert Klaroen La vida es sueño?

A

Klaroen is de komische noot in het verhaal en relativeert met humor (= gracioso). Terzijdes: toont aan dat het slechts een toneelstuk is

41
Q

Wat is de theorie over het ontstaan van het toneel in de middeleeuwen en wat zijn hierbij de bedenkingen?

A

Na Romeinse tijd zou toneel verdwenen zijn (geen teksten bewaard). Katholieke Kerk was tegen het toneel. Toch start toneel door Kerk: liturgie, Quem Quaeritis. Steeds meer personages, handelingen

42
Q

Wat is waarschijnlijkheid?

A

Volledigheid, intrige is zo opgesteld dat de ene handeling op geloofwaardige, logische wijze uit de andere voortvloeit. Waarschijnlijkheid > werkelijkheid. (Beschreven door Heinsius)

43
Q

Waarom is Arcadia van Sannazarro zo belangrijk?

A

Ligt aan de basis van het pastorale toneel. Was geen toneelstuk, maar herdersroman. (1502) Ridderroman wordt vervangen door wereld waarin mens in harmonie met natuur leeft. Nieuw soort droomwereld. De leden van het hof konden zich hieraan spiegelen en dan een soort van competitie onderling voeren van wie het meest luxe kon neerzetten binnen het paradijselijke arcadia

44
Q

Wat is tragische ironie?

A

= dramatische ironie. Toeschouwer weet meer dan personages.

45
Q

Geef een voorbeeld van dramatische ironie in Oedipus.

A

Ziener Tiresias weet wie Oedipus is en vertelt dit. Publiek weet wat er gaat gebeuren.

46
Q

Wat is het verschil tussen de oude en nieuwe komedie in Griekenland?

A

Nieuwe komedie: veel minder politiek gericht (werd verboden). Makkelijker achteraf te begrijpen, koor speelt minder grote rol. Oude komedie: Aristophanes. Nieuw: Menander

47
Q

Wie was Castelvetro?

A

Realistische theatertheoreticus uit de renaissance (16e eeuw). Schreef boek: interpretatie en commentaar bij Poetica Aristoteles. Legt nadruk op realisme in het toneel.

48
Q

Op welk moment van de dag begint Othello?

A

Op een avond/nacht. Iago beklaagt zich over Othello en gaat dan naar Brabantio om hem mee te delen dat zijn dochter een relatie heeft met Othello. Het is al donker, want hij kan niet zien wie er buiten staat.

49
Q

Wat is een agoon?

A

Dialoog tussen twee spelers met tegengestelde opinies. Vaste scène in Griekse tragedie

50
Q

Wat is een ecloge?

A

Pastoraal herdersgedicht. In Italië vernieuwd: gedramatiseerde ecloge

51
Q

Wie is de bode bij Lanseloet en wat is zijn boodschap?

A

Reinout komt vertellen aan Lanseloet dat Sanderijn dood is (leugen), terwijl ze met iemand anders getrouwd is.

52
Q

Wat is fabulae attelanae?

A

Oud-Italische kermiskluchten met vaste komische personages, vaak geïmproviseerd (bijna geen teksten bewaard). Bekend in Rome op eind 3e eeuw vC.

53
Q

Wat is de functie van de bode in Medea van Euripides?

A

Bode komt vertellen over dood prinses en Kreon, Medea is blij, vermoordt haar kinderen.

54
Q

Wat is Quem Quaeritis?

A

Een van de oudste tropen (rond 900), opent de paasmis. Tekst met melismen, Gregorius de Grote. Vrouwen bij leeg graf vragen aan Engel waar Christus is. Hieruit ontstaat het religieuze toneel

55
Q

Vergelijk de verschillen van de theaters bij de Grieken en Romeinen (gebouwen)

A

Grieken: eerst op de agora, daarna buiten de stad tegen een helling (theatron, orchestra, parodos, skènè, tempel)
Romeinen: lang op houten stellages. Pas in 55vC eerste stenen theater (Pompeius). Niet tegen helling. Zitplaatsen, scène en achterwand: 1 geheel. Luifelachtig afdak. Zeil bij slecht weer/te veel zon. Scaenae frons. Exostra

56
Q

In de Gekroonde Laars wordt de humor bewerkstelligd door dramatische ironie. Leg uit.

A

Niemand weet dat de persoon die aanwezig is bij hen aan tafel in werkelijkheid de koning is. Later worden ze tot bij hem geroepen, denkende dat ze gestraft zouden worden, terwijl ze beloond worden.

57
Q

Wat is sententia?

A

Geïntroduceerd door Seneca (Romeins tragedieschrijver, 5vC - 65 nC). Spreekwoorden, wijsheden.

58
Q

Wat zijn phlyakes?

A

Vóór periode van Romeinen: Grieken voerden soort van parodieën op tragedies op in Sicilië en Zuid-Italië. Phlyakes zowel benaming voor acteurs als de stukken. Hoofdpersonages zijn gewone mensen (ambachtslui, boeren). Afbeeldingen op vazen –> gespeeld op houten podia. Veel improvisatie, geen koor.

59
Q

Protagonist, antagonist en tritagonist. Leg uit

A

Protagonist: hoofdfiguur, meestal held waarmee publiek zich identificeert. Heeft meestal een gebrek (hamartia) en kan aan hybris lijden (hoogmoed)
Antagonist: ingevoerd door Aeschylos. Gaat in dialoog met het koor, kan voor conflict zorgen met protagonist. Belangrijk bijfiguur, maar niet even frequent aanwezig als protagonist.
Tritagonist: ingevoerd door Sophokles. Kan als soort vervanging van koor optreden. Koor hierdoor minder belangrijk.

60
Q

Wie waren Plautus en Terentius?

A

Twee Romeinse komedieschrijvers die vooral bekend waren om hun navolging van Griekse komedieschrijver Menander.

61
Q

Wat is een heiligenspel?

A

Op feestdag van de stadsheilige wordt kermis georganiseerd (ME) waarbij leven vd heilige wordt nagespeeld. Bv. Ludus Daniel

62
Q

Wat is een sotternie?

A

Speelden vooral in de Nederlanden. Middeleeuwse klucht die volgde op de opvoering van abel spel. Volks van aard, verbaal en fysiek geweld. Diende als tegengewicht voor abel spel. Ook in Hulthemse handschrift enkele sotternieën.

63
Q

Wat is een parabelspel?

A

Parabel = verhaal uit het NT dat Jezus gebruikt in het evangelie om iets te illustreren.

64
Q

Geef de kenmerken van het sinnespel.

A

(Rederijkers) Leren hoe mensen zich moeten gedragen, allegorische personages. Vaak aanzien als saai: discussies over problemen in de 16e eeuw. Leunt nauw aan bij moraliteit. Niet echt een verhaal, eerder keuze tussen goed en kwaad. Didactisch, moraliserend, allegorisch opgezet, ethisch-maatschappelijke kwesties.

65
Q

Bespreek de toneelwedstrijden van de rederijkers.

A

Drie soorten spelen: Landjuweel: groot, officieel, interstedelijk. Brabantse landjuwelen: reeks van 7 wedstrijden, prijs voor beste esbattement wint en is verplicht om volgende wedstrijd te organiseren.
Haagspelen: niet-officiële landjuwelen, typisch Brabants
Loterijspelen: rederijkersfeesten in Holland bij organisatie van loterijen voor liefdadige doeleinden

66
Q

Wat is een auto-sacramental?

A

Spaans toneel 16e-17e eeuw. Bestaat uit slechts 1 bedrijf. Sacramentsdag: oorspronkelijk in kerk, later op wagens (steeds spectaculairder)

67
Q

Geef de kenmerken van een comedia.

A

Spaans toneel 16e-17e eeuw. Geen onderscheid tussen komedie en tragedie: niet per se humoristische stukken. Bestaat uit drie bedrijven. Respecteert eenheden niet (vooral plaats en tijd niet). Gaat vaak over liefde, toont conflicten tussen geloof en eer

68
Q

Waarom was Lope de Vega belangrijk voor de comedia?

A

Beweert 1500 comedias geschreven te hebben en schreef gedicht met theorie over de comedia. Had aantal navolgers - school van Lope de Vega: Tirso de Molina.

69
Q

Wat is het verschil tussen een public playhouse en een private playhouse?

A

Public: in 1576 bouwt James Burbage het eerste theater in Londen (eerste in moderne Europa). Niet rond, maar 8-hoekig, vorm geïnspireerd op bear- or bull-baiting houses. 2000 à 3000 toeschouwers. Openlucht, voornamelijk tijdens zomermaanden gebruikt.
Private: bv. Blackfriars. Max 700 toeschouwers. Duurder, dus verfijnder toneel en intellectueler publiek. In privéwoningen, herbergen… Voor boy’s companies, en vanaf 1609 ook voor professionele acteurs (overdekt, verwarming)

70
Q

Wat is de rol van de bode in Agamemnon?

A

Bode beschrijft het lijden vh leger in Troje, bedankt goden voor een veilige thuiskomst. Vertelt ook dat er een vreselijke storm de Griekse vloot onverwachts had overkomen en dat Menelaus envele anderen verdwenen waren. Fungeert dus als belangrijke informatiebrenger voor het publiek, vertelt een deel vd voorgeschiedenis.

71
Q

Waat zit de peripetia in het eerste bedrijf van Phèdre?

A

Panope komt zeggen dat Theseus dood is. Ze meldt ook dat er een nieuwe koning nodig is. Hierdoor mag Phèdre nu zeker niet sterven, want anders wordt haar zoon slaaf. Bovendien is haar liefde voor Hippolytus niet langer verboden.

72
Q

Wanneer gebruikt men in Medea een toneelmachine?

A

Op het einde van het stuk wanneer ze haar kinderen heeft gedood, vertrekt Medea in de zonnewagen. Hiervoor is de techniek nodig die ook wordt gebruikt voor de deus ex machina: mechane

73
Q

Wat wijst op het feit dat er in Othello een balkon op het podium was?

A

Wanneer Rodrigo en Iago Brabantio gaan halen, roept Iago naar hem. Brabantio verschijnt “above at a window”.

74
Q

Wat is de eer in Het leven is droom?

A

Rosaura is een edelvrouw die het hof werd gemaakt door Astolphus. Hij tracht echter Stella (nicht van de koning) het hof te maken, aangezien ze dan samen koning en koningin zouden worden. Rosaura gaat incognito als hofdame van Stella, om zo Astolphus trachten te doden.

75
Q

Wat is het Neidhartspiel?

A

Neidhart von Reuenthal (13e eeuw). Oostenrijkse minnenzanger. Hof vs ongecultiveerde boeren. Gemaakt voor stedelijke context. Oorspronkelijk 38 verzen, uitgebreid tot 2000 verzen. Komt voor in Duitsland en Oostenrijk