Q3 (139-140) Flashcards
le comportement
het gedrag
le concept
het concept
l’environnement
het milieu
le fonctionnement
de werking
le jeu de société
het gezelschapspel
le négociateur
de onderhandelaar
l’objectif
het doel
le point de vue
het standpunt
le raisonnement
de redenering
le son
het geluid
la capacité
de bekwaamheid
la cause
de oorzaak
la chorale
het koor
l’équipe
de ploeg
l’exécution
de uitvoering
la donnée
het gegeven
la matière
de leerstof
la mémoire
het geheugen
la protection
de bescherming
la randonnée
de trektocht
la science
de wetenschap
consulter
raadplegen
griffonner
tekenen
manier
hanteren
mémoriser
memoriseren
mimer
uitbeelden
raisonner
redeneren
résoudre
oplossen
saiser
begrijpen
se passionner pour
geboeid raken
se soucier de
zich zorgen maken
s’orienter
zich oriënteren
trier
sorteren
abstrait
abstract
attentif
aandachtig
auditif
auditief
doué pour
begaafd
entreprenant
ondernemend
fasciné par
geboeid door
habile
handig
manuel
manueel
naturaliste
natuurkundig