Psychiatrische ziektebeelden Flashcards

1
Q

Soorten ADHD volgens DSM 4?(3)

A
  • Onoplettende typ, ADD
  • Hyperactief- impulsieve type
  • Gecombineerde type
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar staat ADHD voor?

A

Attention Deficit Hyperactivity Disorder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar staat ADD voor?

A

Attention deficit disorder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Behandeling ADHD?(4)

A
  • Psycho educatie
  • Medicatie
  • Psychologische behandeling
  • Psychotherapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Subtypen autismespectrumstoornissen?(3)

A
  • Autistische stoornis
  • Syndroom van asperger
  • PDD-NOS (Pervasieve ontwikkelingsstoornis niet naderszin omschreven.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kenmerken autistische stoornis?(3)

A
  • Problemen met sociale omgang
  • Beperkingen in communicatie
  • Typisch gedragspatroon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kenmerken PDD-NOS?(3)

A
  • Problemen sociale omgang
  • Sterke interesse specifieke voorwerpen/onderwerpen
  • Herhalende gedragspatroon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Behandeling autismespectrum stoornis?(4)

A
  • Psycho educatie
  • Educatieve programma’s
  • Cognitieve gedragstherapie
  • Medicatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is unipolaire stemmingsstoornis?

A

Alleen depressieve episoden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is bipolaire stemmingsstoornissen?

A

Zowel depressieve als manische episoden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is anhedonie?

A

Sombere symptomen, geen plezier/interesse meer in activiteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn conatieve symptomen?

A

Psychomotoriek is geremd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Subtypen stemmingsstoornissen?(5)

A
  • Postpartum depressie
  • Seizoensgebonden depressie
  • Depressie met vitale kenmerken
  • Depressie met psychotische kenmerken
  • Depressie met atypische kenmeren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Behandeling depressie?(3)

A
  • Psychotherapie
  • Medicatie
  • Elektroconvulsieve therapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is elektroconvulsieve therapie?

A

Insult opgewekt door elektriciteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een dysthyme stoornis?

A

Chronische sombere stemming. Langdurig, tenminste 2 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een bipolaire stoornis?

A

Stemming wisselt tussen manie en depressieve perioden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is een hypomanie?

A

Manie zonder dat iemand in ernstige problemen raakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is een bipolaire-I stoornis?

A

Afwisselend manisch en depressieve perioden.

20
Q

Wat is een bipolaire-II stoornis?

A

Geen manische perioden. Wel afwisselend depressieve en hypomane perioden.

21
Q

Behandeling bipolaire stoornis meeste effect?

A

Medicatie, stemmingsstabilisatoren.

22
Q

Wat is een waan?

A

Denkbeelden of overtuigingen die niet waar zijn.

23
Q

Wat is een hallucinaties?

A

Dingen waarnemen die in werkelijkheid niet bestaan.

24
Q

Wat zijn pseudohallucinaties?

A

Iemand is zich wel bewust dat de waarnemingen niet bestaan.

25
Q

Wat is katatoon gedrag?

A

Iemand beweegt en praat vrijwel niet meer, of beweegt juist veel en doelloos.

26
Q

Subtypen van angststoornis?(6)

A
  • Specifieke fobie
  • Paniekstoornis
  • Sociale fobie
  • Gegeneraliseerde angststoornis
  • Obsessief compulsieve stoornis
  • Posttraumatische stressstoornis
27
Q

Hoe ontstaat Lewy Body dementie?

A

Ontstaat door abnormale eiwitten in de hersenen.

28
Q

Hoe ontstaat Frontotemporale dementie?

A

Beschadigingen hersencellen in de voorhoofdkwab en slaapbeenkwab.

29
Q

Wat is een delier?

A

Verandering in grote hersenen. Hersenen zijn niet in staat om alle prikkels samen te voegen to een logisch samenhangend beeld van werkelijkheid.

30
Q

Indeling persoonlijkheidsstoornissen?

A

Cluster A, B en C

31
Q

Cluster A?(3)

A
  • Paranoïde
  • Schizoïde
  • Schizotypische persoonlijkheidsstoornis
32
Q

Custer B?(4)

A
  • Antisociale
  • Borderline
  • Theatrale
  • Narcistische persoonlijkheidsstoornis
33
Q

Cluster C?(3)

A
  • Ontwijkende
  • Afhankelijke
  • Obsessief/compulsieve persoonlijkheidsstoornis
34
Q

Paranoïde persoonlijkheidsstoornis?

A

Achterdochtig en wantrouwend.

35
Q

Schizoïde persoonlijkheidsstoornis ?

A

Afstandelijk en tonen geen emoties.

36
Q

Schizotypische persoonlijkheidsstoornis ?

A

Moeite met sociaal contact, gestoord in denken en waarnemen.

37
Q

Antisociale persoonlijkheidsstoornis ?

A

Wantrouwig, Gebrek aan schuldgevoelens

38
Q

Borderline persoonlijkheidsstoornis ?

A

Impulsief, instabiel in zelfbeeld, emoties en gedachten

39
Q

Theatrale persoonlijkheidsstoornis ?

A

Dramatisch, uitdagend, verleidelijk gedrag.

40
Q

Narcistische persoonlijkheidsstoornis ?

A

Arrogant gedrag, vaak onzeker.

41
Q

Ontwijkende persoonlijkheidsstoornis ?

A

Bang voor kritiek en afwijzing.

42
Q

Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis ?

A

Hebben anderen nodig, denken minder te zijn.

43
Q

Obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis ?

A

Veel bezig met orde, perfectie en controle.

44
Q

Wat is insomnie?

A

Slapeloosheid

45
Q

Wat is hypersomnie?

A

Verhoogde slaapneiging overdag