proefwerken Kerst Flashcards

1
Q

Wat is een grootheid?

A

een eigenschap van een grootheid of stof die je kan meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is massa?

A

Grootheid dat een hoeveelheid stof bepaalt en wordt gemeten met een balans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom zijn massa en gewicht niet hetzelfde?

A

Aantrekkingskracht van de aarde die inwerkt op een ondersteund voorwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In wat wordt massa uitgedrukt

A

Newton

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is volume

A

De plaats dat een voorwerp of stof inneemt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar wordt volume in uitgedrukt?

A

kubieke meter (m3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Formule kubus

A

Z.Z.Z

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Formule balk

A

L.B.H

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Formule cilinder

A

R.R.pi.H

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe zoek je ro?

A

Massa delen door volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe zoek je massa?

A

Ro x volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zoek je het volume?

A

Massa delen door ro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ro

A

Massadichtheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1dm3 is hoeveel liter?

A

1 liter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoeveel liter is 1m3

A

1000l

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de gegeven grootheid?

A

De grootheid dat je zelf bepaald in een onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de gemeten grootheid?

A

De grootheid dat afhankelijk is van de gegeven grootheid in een onderzoek

18
Q

Aan welke kolom moet de gegeven grootheid?

A

Linker kolom

19
Q

In welke kolom moet de gemeten grootheid

A

Rechter kolom

20
Q

Wat is bewerkte voeding?

A

Voeding waar stoffen bij zijn toegevoegd en verwijderd

21
Q

Wat is onbewerkte voeding?

A

Voeding dat volledig natuurlijk is

22
Q

Wat zijn de vier B’s?

A

Bouwstoffen, beschermstoffen, bevorderen spijsvertering, brandstoffen

23
Q

Welke voedingstoffen horen bij beschermstoffen?

A

Vitamine en mineralen

24
Q

Welke stoffen horen bij bouwstoffen?

A

Mineralen water en eiwitten

25
Q

Welke stoffen horen er bij bevorderen spijsvertering

A

Vezels

26
Q

Welke stoffen horen bij brandstoffen?

A

Koolhydraten, vetten en eiwitten

27
Q

Wat is een nutri -score?

A

Een label over hoe gezond het product onbewerkt is

28
Q

Wat is de voedingsdriehoek?

A

Info over hoe gezond het voedingsmiddel is en hoe groot de ecologische voetafdruk is.

29
Q

Wat is de bewegings driehoek?

A

Activiteiten dat je lichaam gezond houdt.

30
Q

Wat is materie?

A

Alles waar de aarde mee is opgebouwd

31
Q

Wat zijn voorwerp eigenschappen

A

Vast volume, de massa

32
Q

Wat is een zuivere stof?

A

1 stof en 1 soort molecule

33
Q

Wat is een mengsel?

A

Meerdere stoffen, meerdere moleculen dat niet op elkaar reageren.

34
Q

Wat zijn scheidingstechnieken?

A

Techniek om een mengsel te scheiden tot een zuivere stof.

35
Q

Wat zijn scheidingstechnieken voorbeeld?

A

Decanteren, kristalliseren, destilleren

36
Q

Wat zijn P-zinnen?

A

Voorzorgsmaatregelen bij het gebruiken van een product

37
Q

Wat zijn h-zinnen?

A

Gevaarzinnen, die je waarschuwen van het gevaar bij een product

38
Q

Wat kan je doen om te weten welk product je mee te maken hebt?

A

Kijken naar de hoeveelheid, naam, veiligheidspictogram, producent

39
Q

Wat is het nummer van het Anti-gif centrum?

A

070/245 245

40
Q

Wanneer is de PH-waarde zuur?

A

Onder de 7

41
Q

Wanneer is je PH waarde neutraal

A

Als het 7 is

42
Q

Wanneer is je PH-waarde base?

A

Als hij boven de 7 is