Probleem 7: Je zal het maar hebben Flashcards

1
Q

Defenitie lb

A

zij die door tijdelijke, blijvende of recidiverende motorische belemmeringen gehinderd worden in hun groei, ontwikkeling en handhaving. Hun toestand belemmert de mogelijkheid om het lichaam te gebruiken. De belemmeringen vinden hun oorsprong in neurologische, orthopedische, musculaire, metabolische stoornissen of trauma’s.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

reuma

A

functioneren gewrichten aangetast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

congenitale amputaties

A

missen van ledematen bij de geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

spierdystrofie

A

afbraak van spierweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

stoornis

A

iedere afwezigheid of afwijking van een psychische, fysiologische of anatomische structuur of functie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

beperking

A

tekorten in handelingen of vaardigheden die noodzakelijk zijn voor het functioneren waar een mens normaal tot in staat is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

participatieproblemen

A

plaatsen van een persoon in een sociaal nadelige positie of verhinderen van de normale rolvervulling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

cerebrale parese

A

groep permanente stoornissen in de motorische controle en houding, leiden tot verminderde activiteit en worden veroorzaakt door niet progressieve hersenbeschadiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hemiparese

A

verlamming lichaamszijde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

diparese

A

verzwakking onderste ledematen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

triparese

A

verzwakking beide armen en arm of omgekeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

paraparese

A

verzwakking beide benen of armen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

quadriparese

A

verzwakking alle 4 de ledematen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

monoparese

A

verzwakking 1 ledemaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

spastische cp

A

de aangespannen spieren blijven door hersenletsel gespannen wat zorgt voor vervorming lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

athetose

A

bewegingen die buiten de wil van de persoon worden gemaakt

17
Q

ataxie

A

coordinatiestoornis vooral bij lopen

18
Q

spina bifida

A

aangeboren afwijking die het gevolg is van een ontwikkelingsstoornis van ruggenmerg en wervelkoloom

19
Q

hydrocephalus

A

ophoping van vocht in de hersenen, de druk neemt toe en het hersenweefsel beschadigt

20
Q

medullaire aandoening

A

aandoening aan het ruggenmerg

21
Q

dwarslaesie

A

scheef staan van de ruggenwervels en ontbreken van continu ruggenmerg

22
Q

multipele sclerose

A

progressieve neurologische aandoening

23
Q

spierdystrofie

A

erfelijke langzaam progressieve spierziekte

24
Q

juveniele idiopathische artritis

A

ontsteking van gewricht wat leidt tot gewrichtsverlies en chronische pijn

25
Q

osteogenesis imperfecta

A

erfelijke ziekte waarbij de beenderen te klein, te dun en te broos zijn

26
Q

psychosomatische klachten

A

lichamelijke klachten die een psychische oorzaak hebben en medisch aantoonbaar zijn

27
Q

somatoforme stoornis

A

lichamelijke klachten met alleen een psychische oorzaak en geen medische oorzaak

28
Q

chronische ziekte

A

een, medisch aantoonbare, fysieke conditie die langdurig invloed uitoefent op de gezondheid en het psychologisch functioneren van het kind

29
Q

portage groepsprogamma

A

hulpmiddel en een planningsinstrument om structuur en inhoud te geven aan de begeleiding van individuele kinderen met ontwikkelingsproblemen of problemen in de omgang in een groepssituatie.

30
Q

portage programma nederland

A

gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van het kind

31
Q

conductieve pedagogiek

A

behandeling die geintegreed is in alle aspecten van het leven

32
Q

integratieve handelingspedagogiek

A

integreren van meerdere theorieen en behandelingsmethoden